Met bizarre optredens vol covers, karaoke en drumstick-incidenten maakte Mac DeMarco de afgelopen jaren naam voor zichzelf. Maar de Canadese clown en indie darling bleek ook een serieus goede songwriter die zijn schijtlollige shows en aanstekelijke hits prima achter zich kon laten. Zijn nieuwe plaat Here Comes The Cowboy is een collectie minimalistische liedjes die DeMarco zomaar uit z’n mouw schudde en in twee weken moederziel alleen opnam. 'Ik wilde dat mensen zich een beetje ongemakkelijk zouden voelen.’

Stiekem kwam het debuutalbum van Mac DeMarco pas zeven jaar geleden uit. Maar het lijkt alsof de Canadese indieclown al veel langer vaste gast is op de Nederlandse festivalweides, nietwaar? Na Down The Rabbit Hole 2016 en Lowlands 2017 volgt dit jaar DeMarco’s debuut op Best Kept Secret. Vooral met 2 (2012) en Salad Days (2014) groeide hij uit tot een onwaarschijnlijke beroemdheid, een cultheld die met hits vol valse gitaarmelodieën bovendien enorm invloedrijk werd. In een bepaalde scene natuurlijk, maar wie de afgelopen vijf jaar weleens op een festival rondliep hoorde ongetwijfeld een band die klonk als DeMarco en zag vast en zeker hordes jonge hipsters die er precies zo uitzien als de Canadees. Witte sportsokken in afgetrapte sneakers, een blouse van ribfluweel en een petje dat ook een vrachtwagenchauffeur niet zou misstaan? Jep, dat is Mac's signature style.

DeMarco verkreeg zijn faam trouwens niet alleen door zijn muziek en kledingstijl, maar ook – of misschien zelfs vooral – door zijn liveshows, die door de jaren heen nogal eens uit de hand liepen. Zo laat DeMarco zijn eigen materiaal graag twintig minuten lang links liggen om zich te wenden tot bizarre covers van AC/DC, Red Hot Chili Peppers en U2. Toen hij in 2012 Bono’s ‘Beautiful Day’ onder handen nam in Montreal, deed hij dat zelfs poedelnaakt en met een drumstick in z’n kont. Bij iedere show die de Canadees speelt, kan plots zoiets geks gebeuren.
 

Mac DeMarco

1990 als Vernor Winfield McBriare Smith IV geboren in Duncan, British Columbia, Canada 

2010 Ying Yang (als Makeout Videotape)
2012 Rock and Roll Night Club 
2012 2
2014 Salad Days
2015 Another One 
2017 This Old Dog
2019 Here Comes the Cowboy

En toch tellen de jaren ook voor de Peter Pan van de nonchalante indierock onverbiddelijk door. Mac is inmiddels ‘al’ 28 en heeft al jaren een vaste relatie met Kiera McNally, aan wie hij op Here Comes The Cowboy het McCartney-eske liedje 'K' opdraagt. Wie zijn show op Coachella zag, ontdekte dat hij die petjes tegenwoordig misschien vooral draagt om die kale plek op z’n achterhoofd te verbergen. Z’n shirt ging weliswaar uit, maar de broek bleef netjes aan. En ook DeMarco’s muziek is de afgelopen jaren aanzienlijk minder schijtlollig geworden. Op zijn vorige album This Old Dog zong hij openhartig over de moeizame relatie met zijn vader, die het gezin verliet toen Mac pas vier jaar oud was. ‘We hebben na die plaat veel gesprekken gevoerd en staan nu op iets betere voet,’ zegt hij daar nu over. 

De aanstekelijke refreinen over prille liefde en zijn favoriete sigarettenmerk (Viceroys, dus) waren verruild voor grotendeels akoestische luisterliedjes. Op Here Comes The Cowboy, een plaat die weinig tot niets met cowboys van doen heeft en in tegenstelling tot This Old Dog zo'n beetje niks lijkt te betekenen, wordt die lijn nog verder doorgetrokken. De verstilde leadsingle ‘Nobody’ – het dichtst dat DeMarco ooit bij een tranentrekker kwam – doet vermoeden dat de zanger op een barkruk naast je zachtjes op zijn gitaar zit te tokkelen. ‘Het is bijna ASMR. Right up in your grill’, lacht de Canadees. ‘Er gebeurt natuurlijk sowieso niet zo veel op deze plaat, maar ik heb ook nog extreem gevoelige microfoons gebruikt. Ik wilde zorgen dat mensen zich een beetje ongemakkelijk zouden voelen.’

DeMarco is tussen twee weekenden Coachella door terug thuis. Sinds een jaar of twee is thuis Californië, waar hij samenwerkte met Foxygen, The Garden en Anderson .Paak en aan huis een bescheiden opnamestudio bouwde. Daar nam hij Here Comes The Cowboy in januari van dit jaar op, in een periode van slechts twee weken. In sommige liedjes hoor je nog hoe de regen op de ramen tikt. ‘Ik voel me niet thuis in grote studio’s. Tuurlijk is het leuk om met de mooie gear te spelen, maar het is me allemaal wat te klinisch. Je hebt toch altijd het idee dat je op de klok moet kijken en krijgt vaak te maken met mensen bij wie je je net niet comfortabel voelt.’
 

DeMarco nam de nummers niet alleen snel op, hij schreef ze ook zonder er al te veel over na te denken. Zo’n beetje al het materiaal op Here Comes The Cowboy is nog geen halfjaar oud als het album vrijdag uitkomt. ‘Zo deed ik dat vroeger toen ik jong was ook altijd. “Ik heb deze nummers opgenomen en ga ze nú online zetten.”’ De nummers bleven daardoor dicht bij de demo’s die DeMarco in november en december maakte. Het is de zoveelste uiting van zijn fascinatie met ruwe schetsen: voor elk album dat van zijn hand verscheen bracht hij op een later moment óók de demo’s officieel uit. ‘Ik heb demo-itis’, legt hij uit. ‘Ik ben gewoon zo verliefd geworden op de demo’s van deze plaat dat ik het niet aankon om ze te veel te veranderen. Veel van de liedjes bevatten daadwerkelijk nog elementen van de demo’s, dan plakte ik de originele sporen gewoon in de nieuwe opnames. Wat dat betreft is muziek maken niet anders dan de meeste dingen: de eerste keer dat je het doet, is en blijft het best.’

En als iets goed is, dan is het ook gewoon goed, weet DeMarco. Hij is geen fan van superdeluxe opnames of moderne productietrucs. Autotune? Nee, dat is maar ‘whacky’. Zelfs zijn effectpedalen, op 2 en Salad Days nog zo’n gigantisch onderdeel van zijn sound, laat hij de laatste tijd slechts spaarzaam toe in zijn muziek. Tuurlijk gaat die dromerige monosynth op ‘Nobody’ nog door een filtertje, maar dat gebeurt zo subtiel dat het geluid nog hartstikke organisch klinkt. ‘Sommige mensen dachten zelfs dat het een trompet was. Terwijl ik zo’n noot natuurlijk nooit lang genoeg aan zou kunnen houden. Ik vind m’n effectpedalen nog steeds cool, maar op dit moment vind ik het veel interessanter om te kijken wat ik met minder kan doen. Volgens mij wordt het resultaat daar alleen maar puurder van, blijft het dichter bij de daadwerkelijke uitvoering.’

Dat organische, dat schuilt ook in de teksten op Here Comes The Cowboy. Of beter, bij het gebrek daaraan. Die zijn niet ijverig uitgeschreven in notitieboekjes, maar in de meeste gevallen pas in die garage tot stand gekomen als het gevolg van een lekker potje vrij associëren. Luister maar eens naar titeltrack ‘Here Comes The Cowboy’. Tuurlijk kon zelfs het niet altijd even fanatieke publiek op Coachella die albumopener meteen mee zingen: het is simpelweg de titel van het album, een keer of tien herhaald. De eveneens vooruitgesnelde single ‘All Of Our Yesterdays’ – ‘mijn poging om een Oasis-nummer te schrijven’ - duurt een minuut of vier en bevat zijn titel liefst dertien keer. En wat te denken van ‘Choo Choo’, een groovy intermezzo waarin DeMarco om de haverklap het geluid van een naderende trein nadoet. De Canadees lijkt de ideeën stuk voor stuk zó uit zijn mouw te hebben geschud. ‘Dat was een van de voordelen van opnemen in m’n garage, en ook een van de doelstellingen van het album. Iedereen is maar bezig met zijn grootse artistieke en politieke statement nu. “Wat is de betekenis van het leven?” Ik ben daar op dit moment gewoon niet zo in geïnteresseerd. Ik wil gewoon een plaat maken die me blij maakt.’

Het is die ongedwongenheid die voor DeMarco de rode lijn in zijn uitdijende oeuvre vormt. Zelf heeft hij helemaal niet het gevoel dat hij een andere weg is ingeslagen, of plots serieuzere muziek maakt. ‘Ik heb al mijn muziek serieus genomen, met uitzondering van Rock and Roll Night Club misschien. Ik probeer niet per se iets te veranderen of mezelf te bewijzen, ik doe gewoon wat ik altijd al deed.’ En als al die kleine Mac DeMarco’s voor het festivalpodium straks tóch weer staan te wachten tot Mac himself een drumstick in z’n reet steekt of staan te smeken of ze een mopje mee mogen spelen op ‘Freaking Out the Neighborhood’, dan is dat ook allemaal prima. DeMarco heeft niet zo’n behoefte aan een publiek dat doodstil naar z’n nieuwe liedjes luistert en probeert te achterhalen wat hij nou precies bedoelt. ‘Tuurlijk heeft het album een betekenis voor mij, want ik heb het gemaakt. Maar ik voel er niet zoveel voor om uit te leggen wat dat dan precies is.’

Veel liever laat DeMarco zijn fans zelf een betekenis bedenken, zoals ze ook een beeld van hem hebben bedacht dat misschien niet altijd klopt. ‘Mensen bedenken allerlei gekke dingen over me. He’s insane! His shows are crazy! Ik kan daar toch niks aan doen, dus ik maak me er niet zo druk over. Het enige waar ik me druk over maak is muziek maken, gelukkig zijn en hopelijk op een dag een gezinnetje beginnen. That’s pretty much it.