De Utrechtse rockband Coppersky stopt ermee. Na tien jaar, drie albums en talloze shows komt er een einde aan een muzikale reis die vriendschap en een liefde voor The Replacements als rode draad had. Vrienden blijven de vier kernleden voor altijd, melden ze in hun afscheidsbericht op diverse social media. We blikken terug op die tien jaar aan de hand van vijf periodes.

Discografie:

Relief, Be Around the Bend 2013

Coppersky EP 2015

If We're Losing Everything 2016

Orbiter 2019

2010: het begin
Coppersky begint als viertal. De broers Martijn, Robert-Jan en Erik Zwart groeien op in dezelfde buurt in Soest met drummer Ray Murphy. Ze hebben al in verschillende andere bands gespeeld, ook met zijn vieren. In 2010 beginnen ze iets nieuws en ontstaat Coppersky. Hun eerste nummers schrijven ze in een oude verlaten fabriek waar een heleboel andere bands uit Utrecht oefenen.
 

2011 - 2012: de eerste jaren
In 2011 krijgen we een eerste teken van leven van Coppersky. De band brengt een paar singles uit en wordt in augustus van dat jaar gekozen tot Serious Talent bij 3FM. “Een crossover tussen Kings of Leon en Vampire Weekend, maar dán met een pilletje speed”, wordt hun muziek op dat moment omschreven. In oktober 2011 speelt de band op Club 3voor12 Utrecht. Het jaar daarna doet de band verschillende supports, spelen ze tijdens het reizende festival Popronde én worden er nummers geschreven voor het debuutalbum.
 

2013 - 2014: debuutalbum Relief, Be Around The Bend
In 2013 versterkt jeugdvriend Benjamin Buitenhuis de band als gitarist en werken ze toe naar het debuutalbum, dat in oktober verschijnt. Vlak daarvoor spreken we met het vijftal. Relief, Be Around The Bend roept volgens hen nostalgie op, ze noemen het een echte familieplaat. Hoewel ze eerder schreven over grote maatschappelijke thema’s, komt nu het verleden van zanger Erik aan bod en persoonlijke issues die ze hebben verwerkt. “Qua muziek is het een stuk rauwer en harder geworden,” vertelt Martijn. Dit heeft volgens hem deels te maken met de keuzes van producer Jurriaan Sielcken, maar ook “omdat het nu veel dichter bij ons hart ligt”. Als invloeden noemen ze The Killers, The Replacements, The National en The Gaslight Anthem. “En vooral oude bands. Vandaar ook [het gevoel van] nostalgie op deze plaat. Veel jaren 80, maar ook Bruce Springsteen, Pearl Jam en The Pixies.”

Over de releaseshow in een vol EKKO schreven we: “Bij Coppersky draait het om kameraadschap, het meest treffend in beeld gebracht door het aanstekelijke enthousiasme van gitarist Martijn Zwart. EKKO is vanavond even een klein stadion, op een manier die precies past bij de band en de locatie.”

Aan het eind van dat jaar wint de band een 3voor12 Utrecht Award in de categorie meest veelbelovende band. Volgens de jury kan deze act er in slagen om de buzz in het komende jaar ook buiten Utrecht te verzilveren. Dat laatste lukt in 2014 gedeeltelijk met een een nieuwe deelname aan de Popronde en Europese tours. Ook wordt er gespeeld op de Utrechtse festivals Tweetakt en deBeschaving.

Coppersky in Ekko

2015 - 2016: op weg naar tweede plaat If We’re Losing Everything
Zo’n anderhalf jaar na de release van de eerste plaat spreken we Coppersky opnieuw. De band heeft dan net twaalf nieuwe liedjes opgenomen, waarvoor ze zich met producer Jurriaan Sielcken een week lang hebben teruggetrokken in een woonboerderij in Zuid-Gelderland. De nieuwe nummers zijn (wederom) live opgenomen. Voor de band en voor zanger Erik is dit dé manier om op te nemen, het helpt hem beter te presteren. “In ‘Reservoirs’ hoor je aan het einde van die hoge uithalen, die waren live opgenomen en dat kan ik ook niet bereiken zonder band. Dat gevoel wat je krijgt, ik werd helemaal gek op dat stuk. Ik wist gewoon ‘dit is de take’. Het voelde zo ontzettend goed: ik zie natuurlijk de hele band voor me en dan kijk ik naar Ray en dan zie ik hoeveel energie daar vanaf komt. Dat stuwt die vocals dan naar een hoger niveau. En dat is voor mij als band opnemen. Dat je uit elkaar voeding haalt en niet alleen maar bezig bent om je partijtje te doen om het kloppend te hebben, maar dat het gevoel er is van een band die speelt.”

Muzikaal zijn de nieuwe nummers Coppersky’s interpretatie van punk, met The Replacements als inspiratie. Martijn: “The Replacements is onze lievelingsband aller tijden, want zij maakten de muziek die wij willen maken. Zij maakten punk, maar in die scene werden ze eigenlijk raar aangekeken in die tijd van ‘wat de fuck zijn jullie aan het doen?’ want ze maakten glamrock-achtige classic rock dingen met americana; alles door elkaar.”

Drie van de nummers verschijnen in april 2015 op een self-titled EP. De EP fungeert ook als een soort demo voor een eventueel boekingskantoor of label. “Dit is wat we hebben, hier gaat het heel erg op lijken: this is it.” zegt de band daarover. “Als jij een plaat wilt met negen van dit soort nummers of tien of elf, dan is dit wat je gaat krijgen.” Die benadering werkt want het Duitse label Uncle M brengt het tweede album uit. Dat duurt echter nog wel even, If We’re Losing Everything verschijnt ongeveer een jaar na het gesprek.

De releaseshow is in De Helling. Gitarist Benjamin Buitenhuis is dan inmiddels vervangen door Jeffrey van Driest. Buitenhuis speelt echter ook nog een nummer mee. Niet gek ook, omdat hij tijdens het gehele opnameproces aanwezig was. Een mooi moment waarbij duidelijk wordt dat de band niet alleen gebouwd is op muzikaal talent, maar ook op vriendschap. Coppersky laat in die show zien een flinke ontwikkeling te hebben doorgemaakt en creëert steeds meer iets eigens.

2017 - 2019 derde plaat Orbiter en het einde
Na het verschijnen van If We’re Losing Everything speelt Coppersky veel en vooral in Duitsland, mede door de samenwerking met Uncle M. De band doet headline tours of speelt als support van The Grand East, DeWolff en Abramowicz.

Ondertussen is ook gewerkt aan een nieuw album, Orbiter, waarover we de band in januari 2019 spreken. Coppersky is inmiddels weer een viertal en ook het geluid heeft zich verder ontwikkeld. De band heeft ervoor gekozen om meer met jams en grooves te werken, waarbij bassist Robert-Jan meestal de toon zet. “Toen we de nieuwe kant op wilden, hebben we echt besloten om met z’n vieren te zijn en bewust die keuze gemaakt”, licht Martijn toe. “Robert is de Jimmy Page op bas, gewoon de lead. Dus ik doe wat meer rythm-achtige dingen, zeg maar wat Malcolm Young in AC/DC doet. En Ray is een soort van anker. Supersteady. Hij heeft heel goed overzicht. Wij zijn best wel wild: komen met wilde ideeën en hele moeilijke tellingen en rare shit. Door een idee van Pablo van de Poel, die onze plaat opnam, hebben, we bijvoorbeeld een stukje halftime in ‘Dressed in Wool’ toegevoegd. Dan komt voor mij opeens alle energie vrij in het nummer.”

Tijdens de releaseshow in dB’s spelen ook Stefan Wolfs en DeWolff als mee als speciale gasten. Daar laat Coppersky zien dat de nieuwe muzikale jas hen heel goed past. Het optreden wordt afgesloten met een cover van Kiss’ ‘Black Diamond’. De versie die ze spelen lijkt echter meer op die van The Replacements, die het nummer eerder al coverden. Zo is de cirkel rond: Coppersky speelt iets van één van hun favoriete bands die destijds ook al liet zien dat de combinatie van punk, indie en classic (hard)rock helemaal niet zo onlogisch is als hij klinkt.

In het interview voor de release vroegen we Martijn wanneer 2019 voor hem geslaagd is. Zijn antwoord: “Ik denk dat we nu zo’n vijfentwintig tot dertig shows in het voorjaar hebben staan. Als we dat kunnen verdubbelen in het najaar, dat zou een mooi doel zijn. Eigenlijk zou ik aan het eind van 2019 wel een nieuwe plaat willen hebben. ” Die nieuwe plaat is er niet meer gekomen, maar de drie die ze hebben uitgebracht vormen een mooie nalatenschap.