‘De kinderen die ik tegenwoordig les geef, denken allemaal dat het ooit met Tiësto begonnen is,’ vertelt de zestigjarige, Eindhovense Aïda Spaninks, al dertig jaar beter bekend als Lady Aïda. Zij maakte de opkomst van de wereldberoemde dj uit Breda mee en gaat er nog altijd prat op dat de grote Tijs ‘Tiësto’ Verwest ooit in haar voorprogramma stond. Wat had ze een hekel aan zijn slappe trance. Ze schreef er vaak over op haar weblog ‘Rebelbass’ bij vpro’s 3voor12. ‘En dan is daar nu de allesverwoestende EDM [electronic dance music, red.].’ Ook geen visitekaartje voor dancemuziek vindt Aïda. ‘Dat gaat al helemaal niet meer over muziek. Het is marketing geworden, handel.’ En dus begint ze in haar dj-klas steevast met een lesje Dick Raaijmakers. ‘Knip-en-plakmuziek uit de jaren vijftig.’
Voor wie de wereld van de hedendaagse dansmuziek slechts vanaf de zijlijn volgt, is dance een plat fenomeen waarbij een volksmenner op een podium achter een halve witgoedwinkel aan apparatuur staat en duizenden uitzinnige mensen bestookt met beats, lichtsalvo’s, papiersnippers en rooksignalen. Maar rockmuziek is ook meer dan het stadionconcert en dance is in dertig jaar tijd eveneens uitgegroeid tot een volwassen muziekstroming die rijk en breed is.
Hoe anders was dat dertig jaar geleden. Een hoorbaar startschot voor deze nieuwe stroming was er niet. De een zegt, toen de Amsterdamse Roxy in 1987 haar deuren opende, de ander zal een jaar later noemen toen er werd gesproken van een heuse Summer of Love en geheime feesten in pakhuizen schering en inslag werden. En danstrack ‘I Feel Love’ van Donna Summer stamt uit 1977. Aïda : ‘Hoe dan ook, het is altijd mooi om even terug te blikken en te kijken waar we staan.’