‘And fuck Donald Trump!’ Je wist dat ie ging komen bij Green Day, en hoe compleet gescript de show ook is: je gelooft ze nog ook. Het is meteen het gekke van de hele show. Niets is spontaan, alle ‘momentjes’ zitten al jaren in hun show, hij is veel te lang, ze doen het vooral op de automatische piloot: en toch spelen ze het hele veld plat.

Zevenentwintig jaar geleden kwam Green Days eerste album uit. Vier jaar later braken ze door met Dookie, waarmee ze punk transformeerden tot pop, en zo tot het geluid werden voor een hele generatie kids. Sterker nog: dat geluid hebben ze nog steeds. In de afgelopen decennia waren er tig poppunkbandjes die met wat hits de schoolpleinen en vooral slaapkamers domineerden. Ze kwamen, maar ze gingen ook weer. En ondertussen bleef Green Day. Ze overleefden verslavingen en afkickklinieken, een paar hele slechte albums, ze vonden zichzelf opnieuw uit met een fucking musical, en bleven ondertussen altijd nieuwe fans aantrekken.

Een van die jonge fans had zijn droomdag te pakken. Een uur in de set trekken ze een jochie uit het publiek, die vervolgens ‘Knowledge' mag meespelen. Vandaag is het Jules van elf. Stoer doet ie wat ie moet doen, speelt het nummer mee en zingt nog even. Honderd procent effectbejag van Billie Joe Armstrong en zijn maten – ‘ach, ze doen dit iedere avond joh!’ Maar verdomd, als Giel dan aan het einde toch nog in snikken uitbarst omdat de spanning hem wat te veel wordt, dan werkt het ook nog. Het hele veld wil hem even een knuffel geven, en juicht met hem mee als ie vervolgens de gitaar mag houden.

Lang niet alles werkt vanavond. Dat moment dat ze met een handkanon merchandise in het publiek schieten, voelt wel heel erg als corporate punk, heel erg ongemakkelijk. En die lachen-gieren-brullen-medley, met ‘Careless Whisper’, een farao-masker, politiepet en een glitterhoed. Al bij de opening een fan op het podium roepen om een stukje te zingen werkte wonderbaarlijk goed om de vlam in de pan te laten slaan, maar als het kort erna nog eens gebeurt en dan voor het hele nummer, is het toch vooral ongemakkelijk. Hoe hard de fan het hele podium ook claimt. Hetzelfde geldt voor de setlengte. Ruim twee uur of meer dan twintig nummers is op een festival al snel te lang, helemaal als er nogal wat opvullers in de set zitten.

HET CONCERT:
Green Day, Main Stage, zondag 2 juni

HET PUBLIEK:
Generaties staan schouder aan schouder: iedereen is immers puber geweest. 

WAS HET GOED:
Te lang, te gescript en verdomme toch goed. 

HET NUMMER:
'Good Riddance', helemaal aan het eind, door Billy Joe Armstrong in zijn eentje op het podium. 

(Tekst gaat door onder de foto)

En toch was het een goede show. Het is wonderlijk hoe ze het voor elkaar krijgen. Ondanks de automatische piloot en de keihard gescripte show. Al zo lang onveranderd, dat je even twijfelt of je geen herhaling van de show van een paar jaar terug aan het kijken bent. Voor een deel zijn het simpelweg de sterke tracks die ze in die bijna dertig jaar bij elkaar geschreven hebben. Zo’n ‘Boulevard of Broken Dreams’ is een keiharde classic, net als ‘Revolution Radio’, ‘Time of Your Life’, ‘American Idiot’, ‘Basket Case’, ga zo maar door. Ze hebben de ballads, de nummers om bier op te smijten, alles.

En Armstrong is toch ook nog steeds een zanger die je bijna alles vergeeft. Echt gezond ziet hij er nog steeds niet uit. Dankzij zijn kapper ziet hij  er - net als de rest van de band overigens -  nog altijd uit als de shagrokende tantes van Roy Donders. Maar als het merendeel van de klassiekers nog met genoeg pit gespeeld wordt, de ogen van Armstrong nog af en toe fonkelen en er generaties schouder aan schouder staan mee te zingen: dan is het eigenlijk gewoon een perfecte Pinkpop afsluiter.

Setlist

1. Know Your Enemy
2. Bang Bang
3. Revolution Radio
4. Holiday
5. Letterbomb
6. Boulevard of Broken Dreams
7. Longview
8. Youngblood
9. Hitching a Ride
10. When I Come Around
11. Minority
12. Are We The Waiting
13. Saint Jimmy
14. Knowledge
15. Basket Case
16. She
17. King for a Day / Shout
18. Still Breathing
19. Forever Now
20. American Idiot
21. Jesus of Suburbia
22. Ordinary World
23. Good Riddance 

Het moment:

Het is waarschijnlijk de beste crowdsurf van het weekend: de fan die al bij het eerste nummer het podium op wordt getrokken, een flinke aanloop neemt en gestrekt het publiek weer in gaat.