Maxfest071 mag op de monumentenlijst. De derde editie, gehouden op 22 oktober 2022 in Gebr. de Nobel, is wederom een succes, cultureel en sociaal gezien. Extra bijzonder wordt het omdat gastheren Maximum Overdrive er hun vaarwel vieren: na dertig jaar rrrock ‘n’ rrrollen wordt dit hun laatste ‘kunstje’. Alleen daarom al moeten fotograaf Fraukje Vonk en gelegenheidsverslaggever Ruben Verheul naar dit stuk Leids cultureel erfgoed. Maar zij zien, horen en voelen nog veel meer mooie blijken van nostalgie. En passant breken zij een lans voor het voortzetten van de traditie. Enter the comfort zone...

Grave Dohls: pretty good pretenders

Het voordeel van een tributeband is dat je weet wat je krijgt. Grave Dohls, het zal je niet verrassen, ‘doen’ de verzamelde werken van Dave Grohl. Veel Foo Fighters, dus, maar ook Nirvana en Queens of the Stone Age (en vanavond zelfs een verdwaalde Alanis Morissette). Welk nummer ze ook spelen, de Dohls blijven redelijk dicht bij het origineel—met één twist: de Opperdave is een vrouw. Kitt Fitt (zang, gitaar) is gezegend met een fijne rockstrot en een innemende podiumpersoonlijkheid. Jurg van der Jagt vult haar slagpartijen aan en doneert, wanneer het origineel daarom vraagt, bescheiden, doeltreffende solo’s. De broers (althans, wij zien sterke overeenkomsten) Jordy en Nick Boezaard vormen de uiterst betrouwbare ritmesectie.

De band is op z’n best met rechttoe-rechtaan ge-Foo; de ingewikkeldere, meer dynamische nummers zoals ‘Times Like These’ komen niet helemaal uit de verf. Wellicht speelt het vanavond ietwat ‘zompige’ geluid in de kleine zaal van Gebr. de Nobel de Grave Dohls parten. En ongetwijfeld zit hier tegen dat uw recensist van dienst niet de allergrootste Foofan is. Dan ben je als tribute band toch een beetje in het nadeel. Gelukkig zijn Fitt en co. niet de enige a-Foo-cionado’s: het publiek laat zich graag meenemen naar Daveland.

Morning View: cultureel erfgoed

Net als de Grave Dohls is Morning View een vaste waarde op het Maxfest071-affiche (ook present in 2017 en 2018). De band, die sinds 2013 actief is, stelt zich ten doel ‘het publiek [te] laten wegdromen naar de grungehoogtijdagen van weleer.’ De opener, ‘Why Go?’ van Pearl Jam, maakt direct duidelijk dat de missie gaat slagen. Dus we blijven plakken in Seattle aan de Rijn. Daar horen we dat Allard Meijering niet alleen kan zingen; ook klinkt hij alsof ‘ie zo uit de Singles-soundtrack is weggelopen. De gitaristen Bas van Berkum en Keith Schoonderwoerd imponeren met ogenschijnlijk achteloos gespeelde, maar knappe, waarheidsgetrouwe partijen. En ook hier één achternaam op drum en bas: Erik en Simon Olierook. Zij zijn perfect op elkaar ingespeeld en zorgen ervoor dat we niet in slaap vallen bij dat wegdromen. Hier en daar wordt zelfs gedanst.

Morning View doet recht aan het afwisselende en hoogstaande repertoire, waarop naast Pearl Jams natuurlijk ook de nodige Soundgardens, Alices in Chains en Stone Temple Pilots. Muzikale hoogtijdagen waren het, inderdaad! Natuurlijk, geen noot is origineel, buiten de lijntjes of onverwacht; dit is cultureel erfgoed, grunge valt onder de monumentenzorg. Zeker nu zoveel grungers van weleer de aardse podia niet langer kunnen bespelen (Kurt Cobain, Layne Staley, Chris Cornell—de lijst is helaas nog veel langer). Morning View wint ook zieltjes onder de Millennials en binnen Generatie Z, vanavond niet in de meerderheid, maar ook zeker niet ondervertegenwoordigd.

Headfirst: op weg naar zichzelf

Als Duncan Veeren, zanger-gitarist van Headfirst, zijn scheur opentrekt, denk je heel even dat je te maken hebt met een derde Gallagher-broertje. Of met een Kurt Cobain op een betere dag. Heel even, want Headfirst is geen Oasis en ook geen Nirvana. Schatplichtig aan? Oké, dat wel. Maar de sfeer in de band is zichtbaar beter en van levensmoeheid lijkt bij deze jonkies nog geen sprake. Bovendien, sinds wij ze zagen op de Clubavond en in de Nobel Award, lijkt Headfirst steeds meer een eigen weg te vinden. En de optredens buiten de eigen veilige haven hebben de band gesmeed.

Vanavond blijven verkleedpartijen en publieksparticipatie-bevorderende attributen achterwege. Die hebben Duncan, Bo van Kooperen (leadgitaar), Sjoerd de Jong (slagwerk, tweede stem) en Gina Terink (bas) ook helemaal niet nodig. Hun nummers (eigen werk), wurmen zich ook wel op eigen kracht richting prefrontale cortex en lange-termijngeheugen. De nonchalance waarmee Headfirst op het podium staat, is zowel een charme als een valkuil. Want voor je het weet, breekt niet alleen een snaar, maar ook het momentum. Schrijver dezes moet niet zeuren, want er ontstaat uit een ‘dood spelmoment’ spontaan een moshpit. Wel eentje in de amateurklasse, zullen we maar zeggen, dus beter maken we ons uit de voeten. Daarnaast: Maximum Overdrive wacht in de Grote Zaal.

Maximum Overdrive: de allerallerallerlaatste

"Teringsnoer!" Henk van Alphen, de stem van Maximum Overdrive, krijgt zijn microfoon niet aan de praat. "Dat soort dingen, dat is dus waarom we ermee kappen", grapt bassist Marcel Singerling. Arjan Gressie heeft op dat moment al noodgedwongen de Les Paul van Morning Views Bas van Berkum omgehangen; zijn eigen gitaar weigerde dienst, zonder opgaaf van redenen. Vanachter zijn drumstel kijkt Dion de la Rie zorgelijk naar deze valse start. Voodoo? Of op zijn minst een voorteken dat er iets staat te gebeuren dat eigenlijk niet mág gebeuren? Misschien.

Feit is dat de Leidse punkrockvanzelfsprekendheid Maximum Overdrive op het punt staat het ‘allerallerallerlaatste’ optreden te verzorgen. Na dertig jaar is de koek, of het rrrock ‘n’ rrroll equivalent daarvan, op. Maxfest071, hún feestje, de derde editie alweer, is een mijlpaal met een rouwrandje. Soit. Tijd voor ‘Teringherrie!’ De setlist vliegt voorbij. Eigen klassiekers (‘Fanta met een rietje’, ‘Poep in je hoofd’) worden afgewisseld met geleend werk (’Peaches’ van de Presidents of the United States, ‘Higher Ground’ van de Red Hot Chili Peppers, die het nummer op hun beurt in de catalogus van Stevie Wonder hebben gevonden). Met speels gemak en heel veel impact.

Maximum Overdrive heeft de meters gemaakt, van Wok- en Bowlingparadijs Woerdense Verlaat en jongerencentrum De Blye Eyckel tot (bijna?) Ahoy of Ziggo Dome. Onderweg zijn er veel fans aangehaakt en die staan vanavond allemaal met een dubbel gevoel in Gebr. de Nobel, trots op ‘hun’ jongens en een traantje wegpinkend omdat een tijdperk ten einde loopt. De oudere aanhangers hadden misschien zelf wel graag op dat podium staan bazen; de jongeren zouden zich niet schamen als een van de Max-mannen aan het schoolplein stond om ze op te halen. En de gastheren zelf? Pretoogjes! En hier en daar een blijk van het besef dat langzaam indaalt, nu ook open en bloot: "Ons laatste kunstje." Goed kunstje!

Negative Creeps: bijna eng

Intussen wordt in de kleine zaal op een andere manier de muzikale liefde bedreven. ‘Rape Me’, echoot de smeekbede van wijlen Cobain ons tegemoet, uit een ver verleden. Niet alleen de zwaarte van de tekst, ook de (bijna enge) gelijkenis met een ooit, ergens reëel bestaande band slaat ons om het hart. Het is, in één woord, menens. Negative Creeps wekken Nirvana (en niets dan Nirvana) tot leven. Respectvol en indringend. Zelfs als je ‘Bleach’, ‘Nevermind’ en ‘In Utero’ niet hebt grijsgedraaid, voelen de nummers vertrouwd aan. Nirvana zit voor altijd in ons DNA.

En ook hier blijkt: het publiek springt (letterlijk en figuurlijk) om dit soort tributes, die het onbereikbare toegankelijk maken. Een sterk eerbetoon, dus, aan een geliefde band. In een vorig leven waren de Negative Creeps de veelbelovende grungeband The Rudolfs. Misschien dat die ook ooit kunnen worden gereanimeerd?

Nouked: thuiskomen bij Ike, Tina en Robert

De bandnaam Nouked riep vooraf wat onplezierige associaties op. Zoals een een Green Day-pastiche-met-spelfouten of een nucleaire aanval met Anouk-covers. Gelukkig hebben de Maxfest071-organisatoren een passender afsluiter gevonden. Onder het motto "Let’s go back in time!" neemt Nouked (voorheen: Noekje) ons mee naar de jaren 60 en 70 van de vorige eeuw. De dino’s waren toen nét uitgestorven, om plaats te maken voor giganten zoals The Beatles, Led Zeppelin, AC/DC en Ike (foei, weten we nu) & Tina (oké, wisten we altijd al) Turner. De zangeres (en blikvanger) flirt met de grote zaal, maar tot een wederzijdse vonkenregen het niet. Maakt ook niet uit, want we komen hier voor de muziek. Mevrouw Noek (?) heeft, zo lijkt het, eelt op haar stembanden, waardoor ‘Nutbush City Limits’, ‘Baby Love’ (Mother’s Finest) en ‘Whole Lotta Rosie’ heerlijk binnenkomen. En waardoor je even, heel even, gaat twijfelen aan het waarom van Robert Plant op vocalen in ‘Whole Lotta Love’.  Met veel dank ook aan de heilige drie-eenheid van drums, bas en gitaar. Want Nouked kunnen spelen, en hoe!

 

Naschrift

Maxfest071, zeker deze editie, draait, wendt en keert om nostalgie. Nostos is oud-Grieks voor ‘terugkeer’ of ‘thuis’; algos staat voor ’pijn’, ‘leed’, of ‘verlangen’. De goede, oude tijd en hoe wij ons die graag willen herinneren en herbeleven. Soms, als dat kan en mag, ook graag in groepsverband. Maxfest071 voorziet in deze behoefte: je hervindt er je eigen jeugd (of je laaft je aan de tijd waarin jij jong had willen zijn, of aan de ‘soundtrack’ die jou past), je ziet regionale topbands en je ervaart dat Gebr. de Nobel voor álle Leidenaren (en omstrekers) een thuis kan bieden.

Maximum Overdrive gaan zelf over hun agenda (hint: een ‘comeback’ of ‘spontane reünie’, al was ’t maar eens per jaar, passen prima in jullie Maxfest071-concept), maar als het aan jullie verslaggevers ligt, krijgt Maxfest071 ook in 2023 en de jaren daarna een vervolg. Daarbij mag, zo zijn we bij 3voor12 Leiden dan ook wel weer, de precieze invulling van ‘vroeger’ best iets vrijer. We hoeven, tenslotte, niet altijd op precies dezelfde plek thuis te komen, toch?