Vorige maand nog bracht Paula Temple een verpletterende debuut LP vol cinematische techno uit. Opvallend, want de Britse zit al zo’n 25 jaar in het vak. Over dat debuut struikelde ze 15 jaar geleden al, en vertrok zelfs langdurig uit de industrie vanwege een oninspirerende scene. Een turbulente periode - en een tindersuccesverhaal - waren transformatief voor haar muziek.

Wie zich wel eens aan een set van Paula Temple heeft gewaagd, weet van wat voor overrompelend kaliber haar rauwe, industriële techno is. Tijdens haar rusteloze hybride live-set – zelf heeft ze ook meegewerkt aan de ontwikkeling van de eerste MIDI-controller – raast ze in moordtempo door tientallen tracks per uur. En een zachte hand, daar doet Temple niet aan. Liever plaatst ze haar luisteraar pontificaal middenin het oog van de storm. Liefhebbers van duistere techno zullen haar al voorbij horen komen tijdens ADE, in De School en op Katharsis. Ook ontwikkelde ze zich tot een graag gezien gezicht op technofestival Awakenings, waar ze aankomende zaterdag voor het derde jaar op rij draait.

Het natuurgeweld dat de Britse in zulke sets weet te verbeelden, staat op het eerste gezicht haaks op haar persoonlijkheid. Zodra ze de deur van haar appartement in hartje Amsterdam opentrekt, partner Nicole in haar kielzog, speelt een vriendelijke glimlach rond haar mondhoeken. Op de keukentafel heeft ze allerlei platen uitgespreid. Haar woorden zorgvuldig afwegend vertelt ze over haar invloeden, terwijl ze haar vingers over de hoezen van de platen laat glijden. Een klassieke Jeff Mills. Een stapel ambient platen. ‘Het genre waarin ik muziek begon te maken – ik heb honderden eigen producties liggen, maar ik kan me niet voorstellen dat ik die ooit zou uitbrengen,’ geeft ze toe. ‘Zo persoonlijk, zo intens. Ze zeggen stuk voor stuk iets over een bepaald punt in mijn leven.’ In het midden van de tafel ligt haar eigen debuut The Edge Of Everything, een tierend relaas vol filmische techno dat gemaakt lijkt te zijn voor de Apocalyps.

CV Paula Temple

2002: The Speck Of The Future EP
2012: Spank Protest – Anti-Orgasm
2013: Colonized EP
2014: Deathvox EP
2014: Tw33tz / Oscillate EP
2017: Paula Temple & Eomec – EXTC001
2018: SØS Gunver Ryberg / Aïsha Devi / Rrose / Paula Temple – Decon/Recon
2019: The Edge Of Everything

Nou ja – lijkt? De inspiraties voor haar debuut waren, zoals de naam al doet vermoeden, nogal dystopisch. De producer staat al jaren bekend om haar politieke ideeën die ver aan de linkerkant van het spectrum liggen. Aan haar keukentafel somt Temple dan ook op wat zijzelf de grootste pijnpunten van onze maatschappij vindt: kapitalisme, het patriarchaat, klasseverschillen, de centralisatie van de politieke macht, de snelheid waarmee het milieu zich tot de dode hoek van de consumptiemaatschappij heeft ontwikkeld, en de gevolgen die dat voor onze planeet heeft, allemaal komt het aan bod. Knap lastig om zulke forse thema’s in een abstracte technoplaat te schenken. ‘Dat is de vraag die ik mezelf ook stelde: hoe vertel je een verhaal in dit genre? Mijn muziek is altijd tweeledig: entertaining, maar doelbewust. Ik wil aanvechten hoe de wereld nu is, en tegelijkertijd een voorstelling maken hoe het anders zou kunnen.’

Ze besloot die thema’s aan te kaarten door haar gevoel in de plaat te gieten. Frustratie en wanhoop, dat werden de leidende thema’s van haar muziek. Maar ook is er ruimte voor katharsis in de vorm van lang-uitgemeten climaxen en een paar rustgevender soundscapes. En dat geluid resoneert: ‘De reactie van de fans was overweldigd,’ vertelt ze glunderend. ‘Mensen willen hierover praten, ideeën delen, en ze zijn blij dat er iemand is die deze muziek maakt en dit soort ideeën via techno probeert te verkennen.’

‘Een fan die me benaderde op Twitter legde de vinger precies op de zere plek. Ze zei: “Ik voel me als een vlieg die is opgesloten in een fles. Jouw muziek voelt bevrijdend.” Er is veel opgekropte woede, en mensen weten niet wat ze er mee aan moeten. De muziek is een opluchting, want het haakt in op wat ze nu voelen: een absolute frustratie met de huidige status quo.’ Zelf omschrijft Temple de plaat als ‘het resultaat van jarenlange overpeinzingen over de helende werking van loud noise’. Haar obsessie met klank begon als jong meisje, toen ze na doof geboren te zijn op haar vijfde een operatie kreeg die haar gehoor herstelde. Bands als Nine Inch Nails, Nirvana en Sonic Youth waren de katalysator voor haar obsessie met harde geluiden. ‘Kneiterhard en boos. Het was het soort muziek dat me zelfvertrouwen gaf.’

Zelfvertrouwen, dat is iets waar Temple over de jaren heen moeite mee heeft gehad. Haar eerste EP The Speck Of The Future, dat in 2002 werd uitgebracht, werd lovend ontvangen en werd gedraaid in de sets van giganten zoals Jeff Mills en Adam Beyer. Maar het album dat ze zich vervolgens als doel stelde wilde maar niet komen. En het naar haar zeggen oninspirerende klimaat van de technoscene wilde daarbij niet helpen: toen in 2006 minimal techno de scene begon te domineren, trok ze zich volledig terug uit de muziekindustrie. Ze verhuisde naar Leeds, waar ze een non-profit opzette en het van een klein team uitbouwde tot een grote organisatie. Haar contract zegde ze op vanwege een homofobisch voorval: een van haar medewerkers had gezien dat Temple en haar toenmalige vriendin, die ook bij het bedrijf werkte, elkaars hand vasthielden tijdens een trainingssessie, en klaagde erover bij het management.

‘Ze zei dat het schadelijk was voor de organisatie. Dat als geldschieters erachter zouden komen, ze onze fondsen zouden korten. Haar klacht zorgde ervoor dat mijn toenmalige vriendin werd ontslagen. Destijds was ik nog een ander persoon: ik nam alles mezelf kwalijk en zette ieders mening boven die van mezelf. Ik begon te geloven dat die medewerker misschien wel ergens gelijk had.’ Temple stapte op, maar de zaak was daarmee nog niet af. ‘Het management was woedend dat ik ze had durven beschuldigen van homofobie.’ Ze probeerden zichzelf in te dekken door documenten te veinzen die Temple in een kwaad daglicht stelden. In het jaar na het voorval besloot Temple het volledige management voor de rechter te slepen op grond van homofobie – ze won de zaak.

De opluchting inspireerde, en ze stortte zich volledig op muziek. 2012 was een keerpunt voor Temple: ze verbrak haar muzikale radiostilte door de Colonized EP uit te brengen op het invloedrijke label R&S en verhuisde naar Berlijn waar ze zich onderdompelde in een scene vol gelijkgestemden. ‘Dat heeft echt mijn leven gered. Ik leerde allerlei mensen kennen – queer artiesten, voornamelijk – die mijn vertrouwen in andere mensen herstelden.’ Ook legde ze de beginselen voor haar eigen label Noise Manifesto, dat er zaak van maakt om ten minste 50% van de uitgebrachte muziek van de hand van vrouwelijke, trans- en genderqueer muzikanten te laten komen. ‘Ik besloot om nee te zeggen tegen seksisme, geweld, racisme. Het maakte me niet uit wie het nog zou beledigen – Noise Manifesto was een soort beschermingswal, maar het was vooral een handreiking naar gelijkgestemden.’

Naast haar vaste stroom DJ gigs bracht Temple nog enkele releases uit, inclusief het werk van anderen op haar eigen label. En nu dus die eigen plaat. ‘Maar zelfs nu nog gaat mijn zelfvertrouwen op en neer,’ bekent Temple. ‘Toen ik de Colonized EP in 2012 had gemaakt, dacht ik dat ik een doorbraak had gemaakt, dat ik mijn stijl en stem had gevonden. Toen ik daarna weer terugging naar de studio, bekroop het gevoel me dat het maar een stom gelukje was. Wéér die zelftwijfel. Nu heb ik geaccepteerd dat deze pieken en dalen waarschijnlijk bij me horen.’ Toch noemt ze die periode zelf transformatief. ‘Ik moest met zóveel shit dealen, en dat heeft me als persoon wel gevormd. Het heeft me vooral harder gemaakt. Misschien iets te hard. Maar Nicole – zij wist de zachtheid in me naar buiten te brengen.’

Nicole – de naam is gevallen. Het is de partner van Temple, de vrouw met wie ze nu samen het label runt. En, niet geheel ontoevallig: ‘Nicole’ is ook het kloppend hart van het album, een ambient nummer – het enige die ze ooit heeft uitgebracht – dat als een oase van rust middenin een album vol destructieve techno ligt. ‘Het is gewoon een warme track. Als je ernaar luistert, voel je je veilig en geliefd. Dat is het persoonlijke element dat ik wilde delen. Ik wilde niet dat het album alleen maar over de buitenwereld ging. Het gaat ook over mijn wereld. Mijn persoonlijke ervaringen.’

Hoe ze elkaar hebben leren kennen? ‘Een tindersuccesverhaal!’ lacht Nicole, een blonde vrouw met pretogen, vanuit de hoek. ‘Ik was eigenlijk nog nooit naar een technofeest geweest. Het was de eerste Tinderdate die ik ooit heb gehad. Ik liet Paula’s foto aan een vriendin zien. Die gilde meteen uit dat het Paula Temple was. Volgens mij was zij zenuwachtiger voor die date dan ik.’ Vorig jaar, een paar dagen vóór Awakenings, zijn ze getrouwd. Haar vader bleek een gigantische technofan, en dus ging de nieuwe schoonfamilie mee naar het festival.

‘Nicole heeft mijn leven veranderd,’ vertelt Temple glunderend. ‘Ik dacht niet dat ik ooit nog liefde zou vinden – gewoon, vanwege wie ik ben. Ik heb ook mijn eigen fouten en eigenaardigheden, en ik dacht: “Wie zou er nog bij mij willen zijn als ze me eenmaal hebben uitgevogeld?” Nicole zorgt ervoor dat ik mezelf probeer te beteren.’ Dan stopt ze, grinnikt even. ‘En ja, ze tolereert vooral een heleboel shit.’

DJ Shortlist

Een track die het album heeft beïnvloed:

Dark Comedy – War Of The World

‘Kenny Larkin komt uit de Detroit techno scene. Er zijn meerdere versies van deze track, maar de ‘epic’ en ‘dark’-versie schieten er wat mij betreft echt uit want dat is natuurlijk gewoon een fantastische omschrijving van hoe ik draai. Het zijn lange tracks en ze verkennen echt een verhaal, bijna als in een film. Dat heeft echt invloed op ‘Raging Earth’ gehad, wat een lange, cinematische track is geworden.’

De track die het album bij elkaar bracht:

Paula Temple – Joshua and Goliath (slow version)

‘Toen het album af was, voelde het alsof er nog iets miste. Ik had het gevoel dat ik ‘Joshua en Goliath’ nog verder kon nemen. Toen vond ik een nummer van Lorn. ‘Acid Rain’ heet het. Het heeft een hele trage beat, en dat inspireerde me om iets soortgelijks met ‘Joshua en Goliath’ te proberen.’

Een artiest wiens werk je nog zou willen uitbrengen op Noise Manifesto:

Moor Mother – Time Float

‘Geen techno artiest, maar wel heel erg openminded. Ze zit meer in de noise- en jazzhoek, en doet ook experimentele elektronische muziek. Ze maakt echt sterke statements – over racisme, de maatschappij, de structuur waar we nu in leven, en dan met name postkolonialisme. Ik heb haar al eens benaderd, maar ze is heel druk nu, jammer genoeg.'

Een noise track die belangrijk was voor je sound:

Jeff Mills – Phase 4

‘Een vroege Jeff Mills track op 150 bpm. Niet écht uit de noise scene, maar ik vind deze track heel erg noise-achtig. En toch is-ie typisch techno en rauw. Ik zit al lang in de techno scene – zo’n 25 jaar nu! – en in de vroege jaren was het echt punk. Toen ik ouder werd, leek het even tammer te worden. Nu wordt het weer rauwer en meer punk.’

 

Een track die je nu helemaal grijs draait:

Lorn – Devour

‘Het is een korte track, super minimaal, met veel bandruis. De manier waarop hij zijn noten kiest, en de manier waarop het buigt – het is heel erg stripped down, maar het consumeert je volledig.’