Schoonheid. Je hoort of leest er eigenlijk nooit meer wat over. ´t Is dan ook minstens net zo moeilijke materie als humor, maar ook een minstens even krachtig middel om je een andere kijk op de wereld en de werkelijkheid te geven. Het eerste handboek dat ik moest lezen toen ik kunstgeschiedenis ging studeren droeg dan ook niet het woord ‘kunst’ in de titel maar ‘schoonheid’, “Eeuwige Schoonheid”. Die spatte van de pagina’s in de eerste verbeeldingen van wereld en werkelijkheid in de grotten van Lascaux tot en met het abstract expressionisme en alles wat er daarna in met name Amerika maar later ook Europa explodeerde. Ik wist dat mijn verbeelding van wereld en werkelijkheid nooit meer hetzelfde zou zijn en permanent fluïde. Maar daarbij bleef ik altijd op zoek schoonheid. Kraftwerk ìs schoonheid. Kraftwerk is kunst. Kraftwerk is pop-art.
Kraftwerk Der Katalog 6: Techno Pop
Minst populaire avond, maar een veel beter concert dan gisteren
Van alle acht avonden dat Kraftwerk in Paradiso staat, is deze veruit het minst populair. Waar de tickets voor Autobahn, The Man Machine en Trans-Europe Express over de toonbank vlogen, raakte deze show pas vlak voor aanvang uitverkocht. Niet zo gek: de Kraftwerktrein liep in de jaren tachtig vertraging op, en de ongelofelijke voorsprong die ze halverwege de jaren zeventig op alles en iedereen hadden, raakten ze daarmee kwijt. Toch bleek Techno Pop een veel betere avond dan gisteren.
De schoonheid drong tot me door op het moment dat de Greatest Hits weer een aanvang namen met Radio-Activity. Om het moment dat de strakke bassequencer begon, die zoveel beter klonk dan gisteren. Het besef werd nog sterker bij het deel in Trans Europe Express waar de trein over de brug dendert. Staal op staal, een waaier van klankleuren in een strakke cadans. De kletterende ketting bij het ritmisch schakelen van de derailleur in Tour de France. Het brommen, piepen, zoemen, tikken, zwiepen, donderen, in toom gehouden door de vierkwarts, de verdeelsleutel van de popmuziek. Schoonheid.
Het eerste onderzoek, de eerste proeve van hoe dat werkt leverden Ralf en Florian eigenlijk al op het eerste album van Kraftwerk in het eerste nummer, ‘Ruckzuck’. Het is de blauwdruk voor ‘Autobahn’, ‘Radio-Activity’, ‘Trans Europe Express’ en alles wat daarna komt. Tot en met het nummer dat vanavond de avond opende, het oorspronkelijke titelnummer van hun zesde (of negende) album, ‘Electric Café’ uit 1986, dat bij de rerelease in Der Katalog in 2009 zijn oorspronkelijke werktitel terugkreeg, ‘Techno Pop’.
Er zat een gat van vijf jaar tussen de release van ‘Computerworld’ en ‘Electric Café’, een eeuwigheid op het gebied van technologische ontwikkelingen. Ralf Hütter kreeg in 1983 een ernstig ongeluk met z’n racefiets en lag maanden in het ziekenhuis. De boze tong van Wolfgang Flür beweert dat Hütter en Schneider daarna ook nog maanden en maanden nodig hadden om de bijbeldikke handleiding van hun nieuw aangeschafte, kapitale Synclavier in een ware exegese meester te worden. Toen het werk eenmaal weer kon worden opgevat was de klank van wat al was gemaakt zo verouderd dat alles opnieuw moest worden geproduceerd. Velen waren Kraftwerk in 1986 dan ook al helemaal kwijt. En voor wie dat niet zo was, waren ze op Electric Café de weg kwijt.
Vanavond was dan ook de enige avond waarbij het weken kostte om uitverkocht te raken. Uiteindelijk lukte het. Ik hoorde Duits voor me en aan beide kanten naast mee. Misschien was het op voorhand de minste avond, maar al in de eerste minuut werd me duidelijk dat de deceptie van gisteravond zou worden goed gemaakt. Het geluid was harder, voller en strakker en de improvisaties aanzienlijk geïnspireerder. Het wordt een heel goed concert. Na het titelnummer volgen de twee nummers van de oorspronkelijke b-kant van het album, ‘The Telephone Call’ en ‘Sex Object’ (Hütter is intussen 68). Muzikaal zijn die nummers in hun bewerking veel beter dan ik me kon herinneren, maar in thematiek veel minder relevant in de tijd. Zoals titels als ‘Musique Non Stop’ en ‘Boing Boom Tschak’ (met een knipoog naar popartkunstenaar Roy Lichtenstein), die ook vanavond weer werden gespeeld, vooral wijzen op een gebrek aan inspiratie, niet op de existentiële leegte.
Om het allerlaatste concert komende vrijdag dichterbij te brengen was er één nieuw nummer, ‘Vitamin’ van het album ‘Tour de France’, zoals we ‘Aerodynamik’ van dat album afgelopen zondag exclusief kregen te horen. Ik kan zo langzamerhand voorspellen op welke punten in de nummers en in de set het publiek begint te joelen en te juichen. Zo zie je wat muziek massapsychologisch allemaal vermag. Of is dat typisch Duits? Morgen The Mix. Met vier dj’s achter hun consoles. Eins, zwei, drei, vier, fünf, sechs, sieben, acht.