“Ik had niet gedacht dat we hier nog zouden staan”, zegt Aestrids Bo Menning tijdens de releaseshow van hun zevende album YOUTH CARE. Die zin heeft een dubbele betekenis, maar daarover later meer. De emotionele werking van muziek is heel divers: euforie, verdriet, trance, somberheid en meer kunnen erdoor versterkt of gedempt worden. In lastige tijden kan muziek houvast bieden. Dat geldt niet alleen voor de luisteraar, maar ook voor muzikanten zelf. Voor Bo Menning is muziek maken al twintig jaar een manier om zijn innerlijke demonen uit te drijven en tegelijkertijd ook een anker om aan vast te houden als alles in hem stormt.
Dat is misschien nog wel meer zo sinds drummer Ray Murphy en bassist/toetsenist Jurriaan Sielcken deel uitmaken van Aestrid. Alle drie torsen ze een rugzak met persoonlijke trauma’s mee. Trauma’s die ze met elkaar kunnen delen en er op het podium (gedeeltelijk) uit kunnen spelen. Ervaringen die verbinden, maar soms ook voor verwijdering kunnen zorgen en ertoe leiden dat je elkaar kwijtraakt. In een notendop is dat de laatste drie jaar van Aestrid. In de eerste helft van 2020 legde de band de basis voor YOUTH CARE in de Amersfoortse studio FCG. De periode erna was een pittige, waarin bij ieder van de drie bandleden onverwerkt leed weer de kop op stak. Waar ze elkaar eerder wisten te vinden lukte dat nu niet. Het was zelfs even de vraag of Aestrid nog wel bestond, of ze nog wel door wilden.
(tekst gaat verder onder de foto)