“Drummer Eduardo zit in een kooi, want hij is heel gevaarlijk - niet voeren!”, waarschuwt PLÅNET-frontvrouw Isha. En inderdaad, er staat een plastic scherm voor de drums, die de Luxemburgse Braziliaan afsluiten van de rest. Het heeft wel wat weg van de muzikantenbescherming uit de bar in The blues brothers. Publiek en Eduardo maken een onschuldige indruk, maar de drums moeten bij de opnames simpelweg niet te overheersend zijn.
Zangeres Isha van der Burg is getooid met een bontachtige muts. Met hem op voelt ze zich fijn en geborgen, vertelt ze. Met een open blik kijkt ze de zaal in. Een dagje ziekte hield de space shuttle de dag ervoor in dok, in plaats van vanuit Haarlem op te stijgen. Ze is gelukkig hersteld, al moet haar stem nog even opwarmen tijdens het funky 'Stars of July’. Bij een nummer als ‘No more lovesongs’ laat ze horen hoeveel volume ze heeft. Isha toont tijdens de set ook haar emotionele bereik. Ze gaat van zacht en sensueel zingzeggen (het eerst Florenceachtig gezongen "Honey, I want you, so bad") tot een onschuldige, bijna kinderlijke vreugde in ‘San Marino’. Wie in de laatste week van februari Sleutelstad FM aanzet, hoort het nummer veelvuldig voorbijkomen, want het is er de sleutelschijf. PLÅNET is in de race om San Marino te vertegenwoordigen op het Songfestival; op 25 februari horen ze of ze in de nationale finale staan.
De sterspeler van het optreden van vandaag is gitarist Rense van Wierst, die een aantal vonkende solo’s uit zijn gitaar afvuurt. Aan die in ‘Let's move to the countryside’, zit een Arabisch tintje, en die in ‘Darkness & Light’ zit vol distortion. Hij zit er zichtbaar lekker in vandaag. Daan Olieroock, met fraaie baard, maakt een onverstoorbare indruk, zijn bas lekker goed hoorbaar. Daan trekt aan zijn snaren, met af en toe een lichte glimlach om zijn lippen. Zijn kooi houdt Eduardo Leal koest: gepast rustig tikt hij op de drums. In vergelijking met Gluren bij de Buren kunnen de andere drie bandleden staan, wat dit optreden meer energie en beweging geeft.
Vier de variatie
Als ik PLÅNET in één woord moest omschrijven, zou ik kiezen voor “gevarieerd”. Dat maakt de band geschikt maakt voor luisteraars met uiteenlopende voorkeuren. ‘Home’ is rustig, ritmisch en risqué – het gaat over overspel. Het stukje rond het mogelijk uitkomen daarvan, “Honey, are you at home?”, speelt de band bewust disharmonisch, een kakofonie van gitaar en zang dwars door elkaar heen. Vorm en inhoud vallen daardoor samen.
Oké, nog twee voorbeelden dan. ‘Amsterdam’ heeft iets van The Cranberries. ‘No more lovesongs’ doet in de intro denken aan ‘Radar love’, gaat richting opzwepende rocksong, maar kameleoniseert verrassend in een rustige ballad. Na grommend tussenstukje volgt dan weer het refrein van ‘Sk8er Boi’. Can I make it any more obvious? Ad astra!