Hun eerste jaar nam een vliegende start, maar dat ze daarbovenop de Nobel Award zouden winnen? Dat had Antje Krook niet durven dromen. Ze sloten 2024 af met een finaleplek in de muziekwedstrijd, en betraden 2025 met een nieuw bandlid, nieuwe muziek, en een prijzenpakket - inclusief winnaarsinterview met 3voor12 Leiden. Antonio, Aron, Bart, Damiaan en Sam lichten een tipje van de sluier op over winnen, omgaan met kritiek, liedjes schrijven, en toekomstdromen.

"Ik ben nog nooit zo extatisch geweest als na het winnen van de Nobel Award," vertelt Antonio. "Ik had last in mijn kaken van het lachen de dag erna. Het klinkt zo cliché, maar ik had het echt niet verwacht."
We zitten in de woonkamer van gitarist Sam van Tienhoven, die samen met zijn vriendin en twee katten het schattigste huis van de straat bewoont. Er is van alles te zien aan de muur, zoals oude Franse drankenreclames, maar vooral Sams platenspeler trekt het oog. Van zijn platencollectie is een aantal exemplaren met de hoes naar de woonkamer geplaatst, als ware het een etalage. Vandaag uitgestald: platen die Antje Krook inspireren. Rond de eettafel hebben de jongens zich gevoegd - Sam op de kop, frontman Aron Elstgeest bij het raam. Daartussen zitten drummer Antonio Kamerling en nieuwe aanwinst op toetsen en backings Damiaan van Noort. "Damiaan is zo goed, die hoeft niet mee te doen aan een award om hem te winnen," grappen ze. Vlak nadat het eerste biertje is geopend, belt bassist Bart Lubking aan. "Ik heb speciaal mijn ska-blouse aangetrokken."
"Ik wist wel dat de mogelijkheid bestond dat we de award zouden winnen, ik had het niet uitgesloten," zegt Aron voordat hij een slokje neemt van zijn bier, "maar ik had niet verwacht dat de publieksstemmen nog zo zwaar zouden meetellen. Ik dacht dat dat vooral in de voorrondes telde en meer een advies naar de jury was. Of ze vonden dat gewoon een leuk verhaal om te vertellen." 

Als het aan het publiek had gelegen, had finalist Salamander ook met de winst ervandoor kunnen gaan - zij haalden precies evenveel stemmen binnen als Antje Krook. De jury hakte de knoop door en kroonde Antje Krook tot de winnaar.
Aron: "De jury zei wel dingen waar je arrogant door zou kunnen worden. Ze zeiden dat er een gat zit in de Nederlandse ska-markt, en zij vonden ons dan wel geschikt om dat op te gaan vullen. En ze vonden dat we goede liedjes hadden, daardoor hebben ze ons eigenlijk laten winnen." Sam kan zich wel vinden in dat juryoordeel. "Ik denk ook zeker niet dat wij de beste band waren, maar wel dat we de beste liedjes hadden."

Het vijftal van Antje Krook bij de platenspeler van Sam, waar hij LP's die hen inspireren zorgvuldig geëtaleerd heeft. Vlnr: Damiaan van Noort, Antonio Kamerling, Bart Lubking, Sam van Tienhoven en Aron Elstgeest. Buiten beeld: katten Frans en Emmy.

Antje Krook oogstte lof en faam in 2024, maar het zaadje daarvoor werd een tijd terug al geplant. Aron deed zeven jaar geleden een poging een bandje te starten, met hulp van Antonio en Damiaan. Achteraf noemen ze dat een gelegenheidsding. "Als ik nu hoor wat we toen hebben opgenomen, wil ik liever dat dat verdwijnt in de vergetelheid," zegt Antonio.
Aron had niet verwacht na al die jaren dan toch weer met die muziek bezig te zijn, maar anderhalf jaar geleden veranderde dat. "Ik had me er een beetje bij neergelegd dat ik gewoon ging werken en dat dit niks meer werd, maar toen kreeg ik… een boodschap," articuleert hij licht ironisch. "In één avond heb ik toen bedacht dat ik Sam een berichtje moest sturen, ik appte Bart ook meteen. In anderhalve week was toen alles geregeld."
Sam vraagt of Aron geen spijt heeft dat hij al die tussentijd niks met de muziek heeft gedaan, maar dat ontkent hij. "Het is een beetje alsof je wijn weglegt."
Sam: "Je hebt jezelf laten rijpen."
Damiaan: "Goor, man."

Ook via de Nobel Award kreeg de band de kans zichzelf te laten rijpen. Doordat Antje Krook niet meteen doorging naar de finale, hebben ze zich ook in de halve finale aan de jury kunnen tonen. "De jury heeft onze hele leercurve kunnen zien," zegt Aron. Hun podiumpresentatie was daar een groot onderdeel van. Sam vertelt dat ze hulp hebben gehad van een bandcoach die langskwam op hun repetities. "Die coach ging bijvoorbeeld op een stoel voor Aron zitten, en zei: "Nu wil ik dat je je set speelt, mij aankijkt, en die liedjes aan mij vertelt." Hij trok ook aan onze shirts zodat we meer zouden bewegen. Super eng, maar omdat je het op een repetitie al doet, word je op het podium ook beter." Aron ziet ook in dat ze in de finale energieker waren dan in hun eerdere shows. "Niet dat we nu heel extravagant zijn, zo zijn we ook weer niet. De coach suggereerde nog dat we in het goud moest komen, maar dat ging ons te ver." "We zijn een feestelijke band, maar geen feestband. Dat is ook een vooroordeel over ska," vertelt Sam, "mensen denken dat het een oppervlakkig genre is, maar dat is niet hoe wij zien wat we doen. Ik wil niet zeggen dat we een diepgaande band zijn, maar ska gaat ook over maatschappelijke problemen." De vergelijking met punk wordt getrokken: ook maatschappelijk geëngageerder dan je misschien op het eerste oog zou zeggen.

"Ons beste nummer is nog niet geschreven."

Of Antje Krook dat ook is? Aron vertelt dat hij wel eens de kritiek krijgt te veel over de liefde te schrijven; Damiaan schrijft die critici een gekrenkte ziel toe. Sam snapt de opmerking ook niet: "De liefde is al eeuwenlang de grootste drijfveer achter de kunsten, dus ik zou zeker niet je best doen dat uit de weg te gaan." Daarnaast hebben ze ook nummers over andere onderwerpen, zoals maatschappelijke druk. Toch is Aron bang om in clichés te vallen. "Ik probeer in iedere nummer wel een ander soort tekst te schrijven, met bijvoorbeeld andere rijm. Er zijn telkens allerlei details die net weer anders zijn." Antonio noemt het "die constante motivatie om beter te schrijven dan de laatste keer."
"Als ik nummers ga schrijven," zegt Aron, "dan ga ik op steeds dezelfde plek zitten, en dan komt het gewoon. Ik moet hem wel voelen, ik ga ook best vaak zitten en dat ik al snel weet: dit wordt helemaal niks."
Bart: "Soms kan je ook te veel ideeën hebben, dat je van één liedje twee liedjes zou kunnen maken."
Aron: "Of ik gebruik oude, ongebruikte stukjes weer in een heel nieuw nummer." Hij zet zijn licht ironische toon weer op: "Het is bijna spiritueel, dat je je gewoon open moet zetten."
Sam: "We zijn pas net begonnen, we zijn nu pas een beetje ingespeeld."
Aron: "Ons beste nummer is nog niet geschreven."
Sam: "Ik vind het wel leuk dat ik altijd het idee heb dat Aron over zichzelf aan het zingen is, maar dat dat vaak niet zo blijkt te zijn. Heb je dan zo'n levendige fantasie, observeer je veel?"
Damiaan: "Je hebt als barman natuurlijk ook talloze mensen gesproken met liefdesverdriet."
Aron: "Ja, heel mijn repertoire gaat eigenlijk over mensen aan de bar. Nou ja, ik heb wel eens iets geschreven dat over mezelf gaat - over de liefde dus. Maar verder gaat niet veel echt over mij. En we schrijven allemaal wel eens," voegt hij toe.

Antonio vervolgt: "Ik blijf het bizar vinden dat je zo met een nummer van begin tot einde kan komen. Ze blijven maar komen ook."
Aron: "Ik zou eigenlijk willen dat het nog sneller komt. Volgens mij schrijf ik ongeveer één nummer per maand dat ik goed genoeg vind."
Damiaan: "Dat is dan toch een album per jaar."
Arons productiviteit zal de band zeker ten goede komen als ze een andere prijs van de Nobel Award verzilveren: twee opnamedagen in de Wisseloord Studio in Hilversum. "Dat is wel echt de Abbey Road van Nederland," zegt Sam. "Heilige grond," vervolgt hij, waarop de band begint op te sommen welke grootheden hen daar voorgingen: Fleetwood Mac, Toto, David Bowie, The Rolling Stones.
Aron: "We willen het daar dan wel meteen goed doen, meerdere nummers opnemen. Maar willen we dan een EP, of willen we een album. Dat is nog een beetje puzzelen." Het ligt er natuurlijk ook maar net aan of Arons streak van een nummer per maand doorzet. "Gisteren voelde ik het wel borrelen, dat iets aangeeft van, nu moet ik eigenlijk schrijven. Maar ja, toen heb ik dat weer niet gedaan, een beetje dom, maar ik was niet thuis."
Damiaan: "Maar je was wel aan het borrelen."

Bart: "Wat ik ook mooi vind, is dat als Aron ons de ruimte geeft iets te verzinnen voor een partij, er al zoveel duidelijk is qua tekst en tempo. Ik denk na over wat het nodig heeft qua energie in de baslijn, en dan weet ik gelijk wat ik moet doen. Zijn ideeën van liedjes zijn heel duidelijk."
Aron: "Ik vind het heel fijn dat ik met mensen moet spelen die weten hoe ze zoiets in moeten vullen, maar het is ook weer niet dat ik daar zo bewust over na heb gedacht." Sam benadrukt wel dat Aron het bandlid is dat het diepste into ska is en een heldere visie heeft wat hij daarmee wil. "Maar we doen niet altijd wat jij ons zegt te doen." De rest van de band komt uit hele andere muzikale hoeken gevlogen. Zo is bijvoorbeeld Bart van origine jazzgitarist. "Ik heb wel eens bij Aron aan de bar gezeten na een eigen optreden, twee jaar geleden of zo, dat ik zei "Ik haat ska! Maar oké, ik doe wel mee. Is er ook bier?""
Damiaan: "Dat is ook wat ons interessant maakt: dat iedereen zijn eigen interesses in de muziek legt waardoor het een mengelmoes wordt en geen standaard ska-formatie."
Sam: "Antonio komt van origine uit de metal, en Damiaan… uit Paul McCartney."
Antonio: "En Sam is meer van de chansons."
Sam: "Door die mix van stijlen is het spannend en gebeuren er gekke dingetjes." Zo haalde een metalriff van Antonio, dat hij als grapje drumde, het nummer 'Abcdefg'. "Het zou ook saai zijn als we het precies volgens het boekje zouden doen," zegt Sam.

"We zijn eigenlijk een popband die ska-muziek maakt."

Antonio: "Als muzikant vind ik onze muziek ook interessant om naar te luisteren, ik hoor er van alles in. Het is mega catchy, maar ook heel spannend en leuk."
Sam: "Ik denk dat Aron refreinen schrijft die echt van de steigers kunnen schallen, dat bouwvakkers met een boombox die lekker stucen zijn 'Marie' meezingen. Dat is catchy: het zijn goede melodieën, en die blijven hangen. De melodie is een belangrijk onderdeel van onze muziek."
Damiaan: "Ik moet zeggen, met het inspelen is dat wel erg fijn: ik hoef liedjes maar één keer te luisteren en weet hoe ze gaan."
Antonio: "Een goede melodie blijft hangen, maar voelt niet cliché. Niet afgezaagd, maar toch toegankelijk. Dat is een heel dunne lijn waar je overheen kan gaan, maar op de een of andere manier gebeurt dat niet."
Sam: "Misschien is dat het ook, wij zijn eigenlijk een popband die ska-muziek maakt. We zijn natuurlijk geen ska-muzikanten, we doen een beetje hoe wij denken dat het moet. Het is de vorm waarin we onze liedjes gieten, niet eens de enige vorm, maar de liedjes werken ook als je ze in een ander genre zou spelen."

Antje Krook voor de ska-groene kozijnen. Vlnr: Aron Elstgeest, Sam van Tienhoven, Antonio Kamerling, Damiaan van Noort, Bart Lubking. Binnen op tafel: Frans.

Antje Krook heeft alweer verschillende nieuwe gigs op het programma staan. Afgelopen zondag stonden ze voor Gluren bij de Buren in de Nobel, in april spelen ze met Record Store Day in Velvet Leiden, met Midzomernacht in de Hortus Botanicus, en verderop in de zomer op het Noordwijkerhoutse Loungefest. Oh ja, en natuurlijk de andere prijs van de Nobel Award: spelen op Werfpop. "Op een gegeven moment heb je Leiden misschien wel een beetje uit," merkt Aron op.
Liggen er dan andere concertzalen in hun vizier? Bart noemt meteen de Ziggo Dome, Antonio prefereert dan toch Paradiso. "Dat is veel intiemer en realistischer."
Bart: "Naast zalen willen we ook op de radio. Niet alleen Sleutelstad Radio, maar ook landelijk."
De toekomstdromen schieten voorbij. Sam wil het breder trekken: "Het allervetste zou ik vinden als we een album hebben waar we echt trots op kunnen zijn, dat het in de eeuwigheid vastligt. Live spelen is een kort moment, en dat is heel cool, maar dit is voor eeuwig. Dan kan je zeggen: dit was precies zoals we het wilden."
Antonio: "Al deze nummers verdienen gewoon een supertrack, ik weet zeker dat we ook met die instelling de studio in gaan. Het moet iets worden waar je over veertig jaar nog steeds naar wil luisteren."

Aron denkt nog grootser en buiten de grens: Rock Werchter. "En dan wil ik op dezelfde dag als Pearl Jam spelen." Hij vertelt dat Werchter ieder jaar weer wordt uitgeroepen tot de beste backstage van Europa, en daar zou hij met Eddie Vedder wel van willen genieten. "Je wordt daar helemaal in de watten gelegd."
Bart: "Dus dan kunnen we tegen onze rider zeggen dat we moksi meti willen."
Antonio: "Het ontmoeten van andere muzikanten backstage is ook wel iets waar ik naar uitkijk.” Hij vertelt over een ska-band die hij al tien jaar volgt, Babylon Circus, die vorig jaar ook op Loungefest stond. “Best bizar dat je dan op hetzelfde podium staat.”
Dat festival was één van de laatste optredens van de Franse band - het gat in de ska-markt blijft groter en groter worden. En dat terwijl de vraag ernaar niet minder is. "In de platenzaak waar ik werk verkoop ik nog elke dag Doe Maar," zegt Sam, "Echt elke dag. Voornamelijk aan studenten. Ik denk dat als een nieuwe band zich aandient die een beetje hetzelfde doet - we kunnen het er lang of kort over hebben, maar dat doen we wel een beetje - dan zie ik daar echt wel potentie in. Ik moet me altijd inhouden om die mensen niet een Antje Krook-sticker mee te geven.
Damiaan: "Wel slim, in alle Doe Maar-platen een Antje Krook-sticker doen."
Aron: "Henny Vrienten komt er toch niet meer achter."
Sam: "Er is een groot gat in de markt, en wij kunnen dat opvullen. Ja, laat me maar dat statement maken."
Antonio: "Nou, daar heb je je titel."