Wie bij de Leidse Hofjesconcerten het idee heeft van uitsluitend stoffige strijkkwartetten met barokke sonates op pittoreske plekjes in de stad, heeft het mis. Tijdens het Pinksterweekend waren de hofjes in en rond de Leidse binnenstad voor het tiende jaar op rij het podium voor een uiteenlopend scala aan muzikale stromingen en performers: van hypnotiserende minimal music, vrolijke folkpunk en mystieke dreampop tot traditionele balkanliederen. Wij bezochten met name de voor ons nieuwe acts op de Jazz en Volksmuziekroute.

Okee, dat van die pittoreske plekjes is waar. Zeker tijdens zulke zonovergoten Pinksterdagen is zo’n knus en groen hofje ongetwijfeld een van de meest schilderachtige plekjes die je kunt bedenken om naar een concert te luisteren. Het muzikale aanbod van de Leidse Hofjesconcerten is echter een stuk diverser dan je misschien zou verwachten. Niet alleen de klassieke en oude muziek is goed vertegenwoordigd, maar ook voor de jazz- en wereldmuziek is een eigen route samengesteld. We namen een kijkje bij een aantal onderdelen van die route en ontdekten uiteenlopende muzikale verrassingen.

Zelfs het ophalen van de polsbandjes in de Pieterskerk gaat gepaard met muzikale klanken: terwijl een behulpzame mevrouw helpt het bandje vast te plakken – niet te los, niet te strak – horen we de stemmen van een zangensemble dat nog eventjes een stuk repeteert. We zijn meteen in de stemming. Gewapend met polsbandje en programmaboekje bestormen we de hofjes.

Suspense op de marimba

Martijn Boom won in 2013 en 2015 prijzen tijdens het Prinses Christina Concours en studeert sinds 2015 aan het Conservatorium van Amsterdam. Zijn kolossale marimba past precies onder de partytent in het Jean Michelhof aan de Pieterskerkstraat. Hij begint zijn optreden met "een leuk, dansbaar stuk" van een Servische componist. In het begin staat de opperste concentratie op zijn gezicht te lezen, maar gaandeweg zie je hem ontspannen en wordt de muziek alleen maar dynamischer.

Eenmaal geacclimatiseerd kondigt hij een stuk aan dat vrijwel alleen uit zestiende noten bestaat, zonder ook maar een enkele rust. Door omgevingsgeluiden is de naam van de componist helaas niet te verstaan. “Een heftig stuk,” verzekert Martijn ons. Het klinkt onheilspellend en zou niet misstaan als soundtrack van een film met de nodige suspense. We zitten op het puntje van onze stoel. Gaandeweg wordt het ritme iets kabbelender en de laagste diepe toon blijft even hangen. Martijn is zichtbaar opgelucht als het klaar is. Hij sluit af met een veelzijdig werk van Keiko Abe, een componist die van grote betekenis is geweest voor de ontwikkeling van de marimba als soloinstrument.

Martijn Boom

Martijn Boom

Popsongs met een vleugje mystiek

Iets heel anders is de dreampop van Suzanne Sanders: pakkende popliedjes met een mystieke sfeer en keltische invloeden. Tijdens de Hofjesconcerten speelt de band twee sets, beide bestaand uit eigen werk en covers. Waarin deze sets zich precies van elkaar onderscheiden is niet helemaal duidelijk, dus wij gaan gewoon kijken op een willekeurig moment. Met haar heldere stem en het pakkende ritme van het openingsnummer ‘Creatures in the night’ weet Suzanne meteen het publiek te boeien. De nummers zijn een mooie mix van dromerig en catchy en doen hier en daar wat denken aan Tori Amos. Tussendoor geeft ze wat uitleg over hoe de band te werk gaat: zij schrijft in principe de nummers, en de andere muzikanten maken daar dan hun eigen partijen bij.

“Weten jullie wat dit is?” vraagt Suzanne het publiek wanneer bassist Abdel Nadal zijn basgitaar voor een elektrische contrabas verwisselt. Even later horen we wat een mooie, warme basklanken hij uit dit instrument weet te halen. Ook mag het publiek kiezen of een bepaald nummer in majeur of mineur wordt afgesloten. Suzanne en haar achtergrondzangeres Licia van Wijngaarden zingen beide opties even voor. Dan is het tijd voor iets bekends: een cover van ‘Mad World’ van Tears for Fears (of misschien beter bekend in de versie van Gary Jules uit de film ‘Donnie Darko’). Met twee akoestische gitaren en een xylofoon maakt de band er een heel eigen, subtiele versie van. Als afsluiter speelt de band ‘Hold back the arrow’: een nummer over tijd, waarbij ‘arrow’ op de wijzers van de klok slaat.

Suzanne Sanders

Suzanne Sanders

Suzanne Sanders

De kracht van minimal music

In de Wondertuin aan de Gekroonde Liefdepoort speelt een internationaal quartet van percussionisten, studenten aan het Koninklijk Conservatorium Den Haag. Het zijn Antonio Bove, David Alonso Cid en Ricardo Oliveira: een Italiaan, een Portugees en een Spanjaard. De vierde, Lodewijk Bles, is de enige Nederlander in het gezelschap. “Gelukkig ben ik ook een beetje donker,” grapt hij en geeft enthousiast uitleg over de werken die het viertal ten gehore brengt.

Hun vertolking van ‘Mallet Quartet’ van Steve Reich is erg indrukwekkend en laat je de kracht van minimal music ervaren. Het is een stuk voor twee marimba’s en twee vibrafoons. Al na de eerste paar maten zijn de toehoorders in de greep van het ritme van de marimba. Kort daarop komen daar de melodieën van de vibrafoon doorheen. De partijen lijken in elkaar te haken, waardoor strak spelen hier extra belangrijk is. Daardoor werkt het en hypnotiseert het. Gelukkig zijn deze jongens uitstekend op elkaar ingespeeld en zetten ze hiermee echt iets cools neer. Van interactie zien we echter weinig: op alle vier de gezichten staat opperste concentratie te lezen.

Wat luchtiger, maar al even strak getimed is het daarop volgende ‘Story’ van John Cage. Hierbij werken de studenten uitsluitend met hun stem en vertellen al fluitend, sissend, beatboxend, zoemend en ritmisch zuchtend een muzikaal sprookje. Als afsluiter spelen ze opnieuw een stuk met een grote rol voor de marimba: ‘Catching Shadows’ van Ivan Treviño.

Percussiestudenten Koninklijk Conservatorium

Percussiestudenten Koninklijk Conservatorium

Percussiestudenten Koninklijk Conservatorium

Volksliederen uit de Balkan

Aangekomen bij het Eva van Hoogeveenshof aan de Doelensteeg horen we de vogels fluiten en verwonderen we ons over de mooie kleurrijke bloemen en de ouderwetse pomp. In deze landelijke setting worden een aantal meerstemmige liederen vertolkt door de dames van het koor Sedenka. Wanneer je je ogen dicht doet, waan je je met de acapella zang van deze dames in een weids Georgisch landschap.

Zo’n keyboard doet dan wat onnatuurlijk aan. Een akoestisch, resonerend instrument was misschien passender geweest. Erg prettig is de duidelijke toelichting van dirigente Liduin Stumpel bij de gezongen liedjes. Zij introduceert elk nummer met een korte, duidelijke uitleg over waar het vandaan komt en waar het over gaat. Tijdens dit optreden brengt Sedenka vooral liederen uit Kroatië en Georgië; allemaal volksliedjes uit een eeuwenoude traditie. Het meest weten de dames te raken met een verdrietig lied over een meisje dat gaat trouwen, maar daarvoor afscheid moet nemen van haar familie en mee moet gaan in de gewoonte van destijds: ze zou bij de familie van haar man gaan wonen.

Sedenka

Sedenka

Punk uit ‘the swamps of Amsterdam’

Een paar straten verderop zetten The Bucket Boyz een aangenaam folkpunksfeertje neer. Dit trio brengt aanstekelijke, rebelse liedjes over de ruwe kantjes van het leven en ‘the swamps of Amsterdam’, waar ze vandaan komen. Eén van de mannen speelt banjo en de andere twee bespelen samen een bijzonder zelfgemaakt instrument: een eensnarige bas van een oude jerrycan, die tevens dienst doet als trommel. Bij het nummer ‘Mind your own business’ speelt mondharpist Egbert als gastmuzikant mee.

Het optreden heeft een ontspannen sfeer en de mannen hebben zelfspot; ter plekke overleggen ze wat het volgende nummer wordt en zelfs de taal waarin ze zullen aftellen is onderwerp van discussie. Na zo’n beetje elk nummer maakt de banjospeler een sprongetje. Zo te zien hebben ze er enorm veel lol in om hier te spelen. Ondanks de swingende ritmes blijven de bezoekers wat stil op hun stoel zitten. Pas tegen het einde van de set komt daar verandering in: bij het nummer ‘Zulu man’ beweegt iedereen mee en weten de mannen het publiek massaal aan het meeklappen te krijgen.

The Bucket Boys

The Bucket Boys

Deze gitarist ademt muziek

Indrukwekkend is ook het optreden van zanger/gitarist Pedro Diaz en klarinettist Emilio Parrilla. Hun vertolking van een aantal Latijns-Amerikaanse muziekstukken komt zichtbaar recht uit het hart. Parrilla start met een wat ingetogen performance, maar Pedro maakt muziek met zijn hele lijf. Of beter gezegd: deze man ademt muziek. Met zijn ogen dicht en zachtjes meemompelend beroert hij zijn gitaar. Hij lijkt zich met zijn muziek te laten meevoeren naar ergens heel ver weg, maar toch is hij volkomen in het hier en nu; wanneer twee laatkomers recht voor z’n neus op de eerste rij gaan zitten op de enige twee nog lege stoelen, knikt hij hen vriendelijk groetend toe.

De zitruimte in het hofje is beperkt en daarom zit het publiek hier superdicht op de muzikanten. Dat maakt het optreden nog intiemer. Pedro en Emilio vinden het belangrijk om een band te creëren tussen de musici en de luisteraars. Daarom krijgt het publiek bij een van de nummers zelfs een actieve rol toebedeeld als percussiesectie. Daarna neemt Emilio het woord en vertelt met gevoel voor theater waar het volgende nummer over gaat: “Als je zó blij bent dat je zachtjes moet huilen, en eigenlijk niet weet waarom. En hoe dat dan kan omslaan in diep verdriet.” Het is een emotioneel nummer dat diep binnenkomt, maar gelukkig sluit het duo af met een opgewekt sambaliedje. Gaandeweg genieten wij dan ook met ons hele lijf en zitten zachtjes mee te swingen.

Pedro Diaz en Emilio Parrilla

Pedro Diaz en Emilio Parrilla

Pedro Diaz en Emilio Parrilla

Verrassend spel met snaren en ruimte

De ruimtelijke performance van Out Of Skin leent zich perfect voor de Hofjesconcerten. Zij brengen indringende popsongs met zang, viool, harp, gitaar en percussie. Als iedereen klaar zit, begint het optreden met een mysterieus geluid. Wat is dat nu? En waar komt het vandaan? Het is de violist, die van achterin het hofje naar het podium loopt en met een vinger over de rand van een met water gevuld wijnglas wrijft. Eenmaal op het podium wordt het glas snel voor de viool verruild. De combinatie van de drie snaarinstrumenten is prachtig, zanger Wouter Mol ontroert met zijn hoge stem en ook wanneer de drie bandleden samen zingen klinkt het heel mooi: kwetsbaar en sterk tegelijk. Het publiek luistert ademloos naar de dynamische, pakkende songs.

Niet alleen hun muziek, maar ook hun spel met de ruimte is verrassend. Bijvoorbeeld wanneer Wouter "I’m gone" zingt en dan ineens zomaar in een hofjeshuisje verdwijnt tijdens het nummer ‘Ran away from distance’, of wanneer de muzikanten het publiek inlopen. Als onverwacht een kerkklok aanhoudend begint te luiden, speelt Out Of Skin hier sterk op in. Heel even lijkt het of ze stilvallen, maar dan zetten ze langzaam het volgende nummer in en adopteren ze het geluid van de kerkklok, alsof het gewoon bij het nummer hoort. Uiteindelijk versnellen ze en is het niet meer gelijk met het ritme van de kerkklok. Dat het hele nummer volhouden zou niet mooi zijn. “Niet het goede ritme, maar wel de juiste toon!” lacht Wouter.

Ook met hun merchandise weet de band zich te onderscheiden: achteraf verkopen ze niet alleen cd’s en ansichtkaarten, maar ook wijnglazen met de bandnaam erop gegraveerd. “Als je ze met water vult, krijg je precies de toon uit het openingsliedje,” zegt Wouter. En hij zingt het even voor.

Out Of Skin

Out Of Skin

Out Of Skin

Acapella gospels

Het Sint Jacobshof aan de Doezastraat is het domein van Mrs. Darcy, een dameskoor dat haar naam ontleent aan het boek ‘Pride and Prejudice’ van Jane Austen. De leden kennen elkaar via het Leidse studentenkoor Collegium Musicum en zingen inmiddels alweer ruim twintig jaar samen. Ook zij spelen verschillende sets tijdens de Hofjesconcerten. Wij schuiven aan wanneer de dames een programma met gospels, slang en swing vertolken. Ze brengen acapalla-bewerkingen van onder meer songs van Randy Newman en Billy Joel.

“We gaan nu iets unieks doen,” kondigt een van de dames halverwege het optreden aan. “We gaan voor het eerst klappen en zingen tegelijk!” Ze lijkt er zelf aan te twijfelen of het wel zal lukken. Het klappen, stampen en op hun billen slaan bij wijze van ritmische ondersteuning van de zang bij het lied ‘Bring a little water, Sylvie’ gaat echter helemaal goed, en mooi synchroon. “Volgende keer gaan we dit met het publiek doen!” grapt een van de zangeressen enthousiast. We zijn benieuwd of de Hofjesconcerten daarmee volgend jaar weer een primeurtje van deze dames zullen hebben.

Mrs. Darcy

Mrs. Darcy