Willem en Pip hebben elk een eigen wand in hun huis die hun totaal verschillende karakters weerspiegelt, vertelt Blom. ‘Op die van mij hangen twee prikborden met foto’s van familie, vrienden, tours. Vastgemaakt met spelden, maar dan wel aan de zijkant. Niet ín de foto, zodat je hem nog een keer kunt gebruiken. Willem’s muur hangt vol met posters, foto’s, post-its, uitgescheurde pagina’s. Die muur wordt steeds dikker omdat hij van alles over elkaar heen plakt. Dan valt er weer wat vanaf. Het ziet er heel cool uit, maar ik zou het zelf nooit zo kunnen. ik ben super georganiseerd, soms zelfs té, Willem is veel losser en werkt minder strak gestructureerd dan ik. Nee, we lijken echt totaal niet op elkaar, maar we hebben wel dezelfde interesses.’
Een verdieping lager woont dus Tender Blom, al sinds het begin de gitarist van de band. Ze zijn altijd goed met elkaar geweest, vertelt Pip. Zelfs toen zij nog op zoek moest naar muzikale vrienden was Tender al ‘kamp Pip’. Hij woont er met Lena Hessels. Om de stamboom compleet te maken: zij is dan weer de dochter van Terrie Hessels van The Ex. Het kan haast geen toeval zijn dat zo een heel netwerk ontstaat van muzikanten uit een muzieknest, al denkt Pip Blom van wel. ‘Weet je, onze ouders komen inderdaad allemaal uit de punkscene. Dat was een grote scene in Nederland, met veel leeftijdgenoten die min of meer in dezelfde periode kinderen kregen. Het is komisch en ook echt leuk om te zien dat nu weer zo’n scene ontstaat. Maar ik vind het belangrijk om uit te stralen dat die scene geen gesloten wereld is. Als je nu 19 bent en naar Amsterdam komt, kun je ook aansluiting vinden. We ontmoeten voortdurend nieuwe mensen.’
Maar al met al is Pip Blom dus wel een familiebedrijfje geworden. Vader Erwin stapt wel eens achter het stuur van de bandbus, moeder Leonieke werkt aan plannen om de inkomenspositie van de bandleden te verbeteren. Plus: de woonkamer staat vol met backline en dozen vol T-shirts. ‘Dat is wel erg’, lacht Pip. ‘We hebben best een groot huis, maar het staat wel helemaal vol met kisten en dozen. We hebben wel gezocht naar opslag, maar dan zegt mijn moeder: dat is toch helemaal niet handig? Ja, ze herleven ook dingen die ze zelf hebben gedaan, de DIY cultuur. Ze zeggen in elk geval dat ze het heel erg leuk vinden. Dat zie je ook gewoon als mijn moeder achter de merch gaat staan. Dan gaat ze er ook echt helemaal voor, vanaf het begin van de avond tot de laatste bezoeker weg is. Maar als de dozen weg moeten, hoor ik het wel. Dan gaan ze weg.’
Terug naar de bovenste verdieping van huize Blom. Daar zitten twee songschrijvers bij elkaar met heel verschillende karakters. Dat moet ook een heel andere visie op songs schrijven met zich meebrengen. ‘Totaal anders’, beaamt Blom. ‘Willem ademt muziek, hij luistert de hele dag muziek, maakt de hele dag muziek. Ik vind het ook prima om een jaar niks te maken, en als het nodig is ga ik ervoor zitten. Heel functioneel. Ik hou ook helemaal niet zo van gitaarspelen. Ik vind het leuk om mezelf te begeleiden, maar het is niet zo van: oh, ik heb een uurtje vrij, ik ga even gitaar spelen. Als ik muziek maak doe ik dat meteen een hele dag. En als ik dan een uurtje afgeleid word, heb ik meteen het gevoel dat het mislukt is. Of ik het jammer vind dat ik die drive niet heb? Nee, niet echt, maar ik voel me daardoor niet echt een muzikant. Het voelt soms alsof ik mensen in de maling neem.’