Na vijf jaar stilte is Orbital terug. De ruzie tussen de twee broers werd bijgelegd, want er was te veel te vertellen. Paul Hartnoll over de monsters in onze maatschappij en hoe de pre-rave generatie die verdomde Brexit veroorzaakte. Vrijdag sluiten de broers het hoofdpodium van Dekmantel af.

Londen, 2012, een groots hoogtepunt in de carrière van Orbital. Het Engelse duo opent de Paralympische Spelen in hun hoofdstad. Duizenden mensen zien de twee broers met de befaamde lampjes op hun voorhoofd. Ze hebben ook een special guest die avond. Geen rapper, geen zangtalent, zelfs geen topatleet, maar de legendarische wetenschapper Stephen Hawking. ‘Een prachtig moment’, zegt Paul Hartnoll, de oudste van de twee broers die samen Orbital vormen. Hij heeft zojuist zijn liefde verklaart aan wetenschappers als muzikale partners, maar daarover later meer. ‘Het toont ook de kwetsbaarheid van alles. Een paar maanden later gingen we uit elkaar. Ik had er genoeg van.’

Alweer, zou je haast zeggen. In het nieuwe millennium heeft Orbital een gewoonte gemaakt van lange stiltes tussen albums of zelfs officiële beëindigingen van hun gezamenlijke loopbaan. Reden: Paul en Phil hebben een nogal explosieve band. Dat komt volgens Paul - uiteraard - door het onuitstaanbare gedrag van zijn broer. Zo laat–ie hem nogal eens voor het werk opdraaien en is–ie grillig in zijn gedrag. Voor Paul werkt dat dan weer als een rode lap op een stier, vertelt hij, en dat resulteerde de afgelopen jaren nogal eens in geschreeuw en slaande deuren. Letterlijk. ‘Het was echt niet meer te doen. Ik accepteerde het niet als Phil weer eens schreeuwde: "Als we het niet op mijn manier doen, dan stop ik met de band!" Hoe kun je dat nou zeggen, dat is toch geen onderhandelen? En bovendien: gisteren vond je nog iets heel anders!’

Zonde, zonde, vindt Paul zelf. Hij hield zich de afgelopen jaren bezig met solowerk en tv-opdrachten. Ook interessant, maar hij miste de groep waarmee hij bijna dertig jaar actief was. Orbital behoorde net als Underworld en Chemical Brothers tot de acts die elektronische muziek in de jaren negentig naar het alternatieve publiek bracht. Tracks als ‘Chime’ en ‘The Box’ deden het goed op de Britse radio. Ze hebben misschien niet de classic songs van The Prodigy of The Chemical Brothers, maar wel de dance-rock crossover appeal. ‘Dat is het enige voordeel van steeds uit elkaar gaan’, zegt Paul Hartnoll. ‘Na dertig jaar kun je zelfingenomen en routineus worden, terwijl ik elke keer dat we uit elkaar gaan weer verlang naar wat ik achter me gelaten heb.’

Dertig jaar Orbital

Samen met Underworld, The Orb, The Chemical Brothers en The Prodigy vormde Orbital de eerste generatie dance-acts die een groot alternatief publiek bereikte. De twee broers Paul en Phil Hartnoll transformeerden de rave en acid house uit de warehouses van Londen tot een liveband waarin improvisatie altijd belangrijk was. 

Albums
1991 Orbital (Green Album)
1993 Orbital (Brown Album)
1994 Snivilization
1996 In Sides
1999 Middle Of Nowhere
2001 The Altogether
2004 Blue Album
2012 Wonky
2018 Monsters Exist

'Ik heb de schuld bij mezelf gezocht'

En dus zijn ze hier weer, met een nieuw album Monsters Exist en een nieuwe verstandhouding. ‘Ik heb de schuld maar eens bij mezelf gezocht. Ik kan wel afgeven op het gedrag van mijn broer, maar ik kan ook zeggen: waarom kan ik daar niet mee omgaan? Wat moet ik doen om me niet uit het veld te laten slaan?’ En bovendien: Orbital had nog van alles te vertellen. Zeker nu Engeland op het punt staat af te drijven van Europa en de wereld in de ban is van Trump en Poetin’s schimmige spelletjes. Monsters bestaan, aldus de broers. En in plaats van bang voor ze te zijn, moeten we ze maar eens te lijf.

Hoe precies, daar is het duo zelf eigenlijk niet zo goed uit. ‘Moest het een boos album worden? Of vluchten we juist in de muziek? Het is uiteindelijk allebei geworden.’ Daar heeft–ie gelijk in. Monsters Exist is een redelijk schizofreen gebeuren. Het is boos en reflectief, euforisch en dreigend. Dat begint al bij het titelnummer waarmee de plaat opent, een ware moodswingachtbaan. Direct daarna komt een nummer dat ‘Hoo Hoo Ha Ha’ heet, een hysterisch vrolijke track. Zo hysterisch dat het verdacht is. ‘Het is de lach van een clown’, zegt Hartnoll. ‘Het is The Joker in Batman, valse vrolijkheid. Wees gewaarschuwd!’

‘’Monsters Exist’ is gebaseerd op een natuurserie waaraan ik werkte’, vertelt Hartnoll. ‘Animal Weapons’ heette die. Tv-werk is nogal een gedoe, kan ik je vertellen. De hoeveelheid belangrijke types die in- en uitloopt en overal wat van vindt, ongelofelijk dat het werk überhaupt voor elkaar komt. Maar dit was echt een leuk en interessant project. Het ging over de wapens die dieren tot hun beschikking hebben om vijanden of rivalen te imponeren, van gif tot indrukwekkende geweien. Vaak worden ze helemaal niet gebruikt om daadwerkelijk aan te vallen, maar is het tonen al genoeg. Het beste voorbeeld daarvan is ons eigen wapen: de nucleaire bom. Juist, dacht ik, de atoombom. En daar startte het nieuwe album.’

'Tubular Bells kost je 22 minuten van je leven'

Stephen Hawking, een BBC-natuurdocumentaire, er begint iets van een rode lijn te ontstaan. Want dan is er ook nog het slot van Monsters Exist. Na het apocalyptische ‘The End Is Nigh’ sluit het album met het veel optimistischer ‘There Will Come A Time’, met een spoken word tekst van Brian Cox. Wie? Professor Brian Cox, de David Attenborough van de exacte wetenschappen. Hij maakte diverse documentaires over onderwerpen als ‘tijd’. ‘Ik ben geobsedeerd door het begrip tijd’, zegt Paul Hartnoll. ‘Ik ben nooit te laat, ik maak me druk om de toekomst en het verleden. En muziek dwingt je om stil te staan. Neem een schilderij: je kunt er een seconde naar kijken, je kunt er anderhalf uur bij stilstaan, je kunt afdwalen. Maar met muziek werkt het niet zo. Een nummer van 3 minuten kost je 3 minuten van je leven. 'Tubular Bells' kost je 22 minuten van je leven. Ook voor wetenschappers is tijd een fascinerend begrip, want ze kunnen het niet verklaren. Zelfs de meest intelligente figuren beginnen te stamelen als je ze vraagt wat tijd is.’

De tekst van Cox moest een soort conclusie worden van het hele album. Hij begint nog met de ietwat angstaanjagende stelling dat wetenschappers eigenlijk maar een ding weten: ‘We’re all gonna die.’ Wat volgt is een oproep om verantwoordelijkheid te nemen voor elkaar en voor de aarde. Nogal een serieuze boodschap, maar wel een belangrijke, vindt Hartnoll. Zeker na die verdomde klote Brexit. ‘Weet je wat je merkt bij Brian Cox? Hij is een raver, hij spreekt namens onze generatie. Het valt me vaak op: pre-ravers zijn toch wat meer autoritair, post-ravers zijn meer inclusief en gericht op samenwerking. Echt, rave heeft de Britse cultuur ingrijpend veranderd. Voor die tijd gaven Britse jongens elkaar een hand, erna omhelsden ze elkaar. Of je kunt zeggen dat de pre-ravers de Brexit veroorzaakt hebben? Absoluut! Echt hoor! Man, zelfs mijn vader was voor de Brexit. Hij woont in fucking Frankrijk! Waarom steun je dit dan?’

En dan is er toch die vraag: hoe ziet de toekomst van Orbital er nu uit? Blijft het een knipperlichtrelatie tussen de broers? Is er nu een solide basis gevonden om door te gaan? ‘We rijden af op een glorieuze zonsondergang’, zegt Hartnoll cryptisch. ‘Ik merk dat ik nu heel anders op het podium sta dan vroeger. Ik heb zelfvertrouwen, ik heb daadwerkelijk een idee wat ik doe. Toen we jong waren vroeg ik me altijd af: ben ik wel goed genoeg, verdienen we het wel om ons brood te verdienen met rock ’n roll, horen we thuis op Glastonbury? Nu is er dat zelfvertrouwen, zonder dat we vinden ergens recht op te hebben. We zijn eigenlijk de Yoda van de dance, haha! En zo voelt dit als de grote finale!’

Orbital’s Monsters Exist verschijnt 16 september. Aanstaande vrijdag 3 augustus staat het duo als afsluiter op het hoofdpodium van Dekmantel Festival, op 18 en 19 oktober speelt Orbital tijdens Amsterdam Dance Event in Paradiso.