Voor de Leidse band Medgar is het een extra bijzondere avond, zij presenteren hun nieuwe EP ‘Three Point Landing’ en maken hiermee een indrukwekkend debuut. De heren staan er echter niet alleen voor en nemen, naast een hele hoop supporters, ook Troubled! en het Katwijkse Warhertz mee. Samen creëren ze een sfeer die je even doet twijfelen; is dit nou Resistor in Leiden, of bevind je je plotseling in een underground bunker in Seattle?
Op zaterdag 1 maart lijkt het alsof de concertzaal van Resistor zich even transformeert tot een tijdcapsule die je rechtstreeks terugvoert naar de jaren negentig, de hoogtijdagen van de grunge. Tijdens een avond vol rauwe gitaren, dreunende baslijnen en krachtige drums wordt de karakteristieke sound van de nineties nieuw leven ingeblazen. Voor wie zijn oordopjes is vergeten, kan het een flinke beproeving zijn, want het volume staat op standje maximaal.
Warhertz
Wilde haren en woeste gitaren
De avond wordt opgewarmd door de drie heren van Warhertz. Zanger en gitarist Yvo van der Laan leidt de band, terwijl Luuk de Haar de drums voor zijn rekening neemt en Willem Kuijt de bas bespeelt. De zaal is goed gevuld en het publiek beweegt voorzichtig mee. Hoofden knikken op het ritme, en af en toe worden er aarzelende stapjes van links naar rechts gezet. Het is nog even inkomen, maar dat is niet erg, de avond is nog jong.
Op het podium blijven de heren onverstoorbaar staan. Terwijl de gitaren loeien en de decibellen de lucht in schieten, spelen ze kalm en zelfverzekerd door – as cool as a cucumber.
Warhertz speelt een gevarieerde setlist, waarin moeiteloos wordt geschakeld tussen verschillende stijlen. Soms klinkt de muziek rauw en onstuimig, met een stevige sound die hier en daar geïnspireerd lijkt door metal. Zo klinken op tracks als ‘Burp Stars’, ‘No God’ en ‘Morning Light’ gruizige zang en sludgy gitaarriffs die doen denken aan het donkere geluid van Alice in Chains.
Naarmate de set vordert introduceren de heren nummers met een iets gepolijster geluid, meer groove en een ritmischere gitaar. Hun afsluiter ‘Dr. Junk’ heeft ergens een hardrockvibe– al zou die associatie ook kunnen worden versterkt door de lange lokken van alle drie de bandleden, die een soort Axl Roseachtige connotatie oproepen. De mannen grooven er nog even lekker tegenaan en dan is het de beurt aan de volgende.
Troubled!
Drievoudige zang
Wanneer de mannen van Warhertz het podium hebben verlaten en het tijd is voor Troubled! om te bewijzen dat grunge nog net zo vet is als dertig jaar geleden, doen zich wat technische storingen voor. Er wordt wat heen en weer gecommuniceerd met de techniek, maar de bandleden laten zich daar niet door uit het veld slaan. Gelukkig wordt de kwaal snel verholpen, en kan het rocken beginnen!
Troubled! is met z’n vieren: leadzangeres en gitarist Nienke Pasma, die naar verluidt nooit gitaarles heeft gehad (al zou je dat niet zeggen als je haar ziet spelen). Naast haar staat gitarist Thomas Droste, die niet alleen zorgt voor stevige riffs, maar ook af en toe lekker meezingt. Bassist Mike van den Kerhof die blijkt verrassend genoeg óók een paar nummers vocaal voor zijn rekening te nemen, terwijl drummer Nando Schalks trouw achter zijn drumstel blijft en het zingen aan de rest overlaat.
De muziek heeft een karakteristieke jarennegentigsound, die moeiteloos zou passen op de ‘Alternative 90s-playlist’ van Spotify. Het is een diverse combinatie en de nummers van de band laten zich niet omschrijven door een enkel genre, zo heeft een nummer als ‘Shiver’ heeft iets weg van The Cranberries, maar tegen het einde transformeert het naar een stevigere sound.
Met indrukwekkend gitaarspel en een diepe bas weten ze het publiek goed mee te krijgen. “Klinkt lekker!” roept iemand enthousiast uit de zaal. De band ontdooit wat en begint gezellig met het publiek te kletsen. “Zijn jullie klaar voor harde titels die beginnen met ‘Death’...?” grapt Kerkhof. Luid gejuich klinkt op, en het nummer ‘Death is a Fairy Tale’ wordt ingezet. Een diepe, voelbare bas trilt door de zaal, terwijl de zang heerlijk zwelgt in melancholie.
Medgar
Teringherrie of gewoon hartstikke lekker?
Dan is het tijd voor de act waarvoor een groot deel van het publiek lijkt te zijn gekomen: Medgar. De band brengt een combinatie van snoeiharde gitaren en schurende, soms punky zang van frontman Rik Roskamp, die met een indringende blik de zaal in kijkt. Charismatisch en met een speelse bravoure maakt hij er een show van. Het publiek kan het zeker waarderen en de energie spat ervan af, er wordt zelfs een beetje gemosht.
Tijdens het nummer ‘Spaceracer’ gooit Roskamp zich vol overgave in de menigte. Al gitaarspelend en zingend stagedivet hij door de zaal. Bassist Sybe van der Gracht draagt een shirt met de tekst ‘Ik ben bang voor vrouwen’, maar als er iets is waar hij niet bang voor is, dan is het wel een diepe, dreunende bas. Drummer Martijn Janssen zit er nonchalant bij met zijn fedora en zonnebril, maar ramt meedogenloos op zijn drumstel. Gitarist Bansta Blanckenburg doet er nog een schep bovenop met snoeiharde riffs.
Op brutale toon kondigt Roskamp aan: “Als jullie dit niet kennen, shame on you”. Op dat moment klinken de iconische akkoorden van ‘Smells Like Teen Spirit’. En of het contagious is, de zaal ontploft. Roskamp krijgt het zelfs aardig voor elkaar om het rauwe stemgeluid van Cobain na te bootsen. Maar wie dacht hierna ademruimte te krijgen, komt bedrogen uit. Het volgende nummer van Medgar is harder dan hard, “Hoeveel houden jullie van teringherrie?” roept de band. Het publiek joelt.
Van ‘Three Point Landing’
De band speelt nummers van hun nieuwe EP. “I am the universe, I am the Sun”, klinkt het op ‘Mr. Universe’, en het lijkt alsof Roskamp deze woorden tot in zijn botten voelt, hij is immers de ster van de avond. De track heeft een Soundgardenesque sound. Vervolgens gaat het er op ‘Nobody Likes You’ nóg harder aan toe; het schuurt tegen metal aan met krachtige uithalen en overdonderende gitaarspel.
Van hard, naar harder, naar snoeihard, en op het moment dat ze het laatste nummer ‘NEWSFLASH’ inzetten, giert de adrenaline niet alleen over de gezichten van de bandleden, maar door de hele zaal. Er wordt nog één keer voor het leven en de dood gemosht. Iemand sneuvelt op de grond, maar, hup, omhoog en door!
De tent is compleet omvergeblazen. Medgar is een beetje sexy, een beetje stout, maar vooral gewoon snoeihard.