Stukafest Leiden was er weer! Na vier jaar waren er hier op 8 en 9 februari weer artiesten in studentenhuiskamers te zien. Ook in 2024 bestond het aanbod uit heel verschillende acts: dichters, acteurs en muzikanten. Wij waagden ons in verlichte, pikdonkere en halfduistere fusies en waren bij zes voorstellingen en concerten van een half uur per stuk.

Painted Pillars

Painted Pillars

Singlesshowcase

Voor de voeten van Painted Pillars-frontman Eric Faassen ligt een enorm pedalboard. Je zou daardoor shoegaze kunnen verwachten, maar je krijgt alt-rock met live een rauw garagerockrandje. Vanavond spelen ze drie al uitgekomen singles (‘A Drink’, ‘ Collywobbles’ en ‘The Stoic’) en veel materiaal dat het trio dit voorjaar gaat uitbrengen – dit concert is een voorproefje.

Er zit veel variatie in hun set qua volume, opbouw en tempo, al zijn de meeste nummers wat harder. “Vanaf nu gaan we rustig aan doen,” kondigt bassist Rob Müller aan – uiteraard voordat ze een hard nummer instarten. Zoals Eric antwoordt: “Ik ben bang dat dat nummer er niet op staat!” Diens stem klinkt bij hun snelste nummers schor en corbainesk. Drummer Lucas Willemsens: heeft zich met een stropdas over zijn bordeauxrode t-shirt op de gelegenheid gekleed en glimlacht regelmatig. De een na laatste song, ‘#9’, lijkt door de tekst het slotnummer te zijn: “We’re coming to the end of our show”, maar ‘Mayhem’ volgt nog. Met hun liveperformance schept Painted Pillars sfeer voor een gezellige kroeg met een actieve tap.

Collectief JOCH

Pas op! Deze voorstelling kan sporen van metal bevatten.

Een kraakpand met to do-flipover is een toepasselijke setting voor een muziekvoorstelling over radiopresentatoren die in de wereld van metal duiken. Collectief JOCH is geen krakersjeugdsectie, maar de twee acteurs die RADIO KLOOTZAK spelen: Josephine Borst (“Simone”) en Karijn van der Wijk (“Veronica”). Beiden wisten "helemaal niets" van metal; deze voorstelling is een presentatie over wat ze tegenkwamen en een confrontatie met hun vooroordelen: seksistisch, onnozel, agressief.

Het radiostation dient als kapstok voor miniscènes die de korte voorstelling levendig maken - ter begroeting headbutten ze met motorhelmen op en proberen te presenteren terwijl vreemde luisteraars inbellen. Ook het publiek wordt erbij betrokken. Ze geven een toeschouwer een minirol en stellen twee anderen vragen in een metalquiz. Beiden spelen hun rollen expressief, wat vooral te zien is bij een sterke mimescène: met metal op de achtergrond beeldt Simone uit hoe er bij het radiostation wordt omgegaan met grensoverschrijdend gedrag. Eigentijdser kan niet, met misstanden bij de NPO.

Personages Simone en Veronica weten weinig en luisteren niet; ze kondigen een verzoeknummer aan als “Slipknot van Psychosocial” en dagen een toeschouwer uit: "Noem een genre dat metal beïnvloed heeft." "Klassiek.“ "Helaas, het was: klassiek! Nou, jullie weten er niet veel van, eigenlijk." Mogelijk vrezen ze dat ze toch niet heel diep doorgedrongen zijn in de metalwereld? Zoals verschillende metalheads hen vertelden: “Metal moet je leren waarderen, het is net als koffie leren drinken.” Een voordeel voor de nog-niet-liefhebber: voor een voorstelling over dit genre bevat de voorstelling weinig metal.

Sunday at Eight

In the zone

Indieband Sunday at Eight speelt in een uitverkochte fusie waar de bieropener een houten dildo is. Een bandposter siert de achterwand, naast vinyl van Patricia Paay, De Twee Pinten en de Zangeres Zonder Naam.

Vanaf het eerste nummer zijn deze vier kalme mannen los; ze zijn expressief en zitten in het moment. Frontman Damiaan uit dat nog met meest: hij lacht, kijkt fanatiek en verbaasd. Hij vraagt: “Hebben jullie al iets leuks gezien?” Toeschouwers antwoorden droog: “Mwah…” en “Iedereen denkt het, jij zegt het!”

Voor dit Leidse viertal durven de bezoekers zich in ieder geval wél enthousiast te tonen: in de stampvolle zolder staat een dansend, joelend en aanmoedigend publiek. Ze laten zich niet wegjagen door de aankondiging van ‘King Cobra’: “Is er iemand bang voor slangen?” “We hebben er eentje bij ons, hij zit in de badkamer beneden!” Sunday at Eight speelt vanavond hun hardere en meer uptempo nummers: meer ‘Slumber’ en ‘Ride’ en minder ‘Rain’ of ‘The Game’. We gaan zien of het deze set was, of dat de band zich in die richting ontwikkelt. Kamercoördinator Zuzia krijgt aan het eind applaus voor alle deelnemende huizen, artiesten en onszelf.

Aidan & the Wild

Eigen bouw

Aidan is een singer-songwriter met sjaaltje die vanavond op een trapje naar de keuken zit. Hij speelt zijn verstilde en gevoelige liedjes fingerstyle op zijn gitaar. Een belangrijk thema in zijn set van vanavond is het eigenhandig bouwen van een huis met muziekstudio. Dat kostte Aidan anderhalf jaar en leverde stof voor zijn liedjes op: een nummer gaat over diens bijna-val van het dak, en de soms opkomende vraag: “is dit het allemaal wel waard?” Het album met deze nummers komt in 2025 uit.

De woonkamer luistert aandachtig en doet op verzoek massaal mee met het klappen van een ritme (“It’s very simple!”) en meezingen bij een spiritual-achtig nummer. Deze Eindhovense Jack Johnson brengt ons ook ‘Dreamer’, “het oudste nummer dat ik nog speel”. Het nummer gaat erover dat je grote dromen moet realiseren – hier verlangt hij naar het mooiste meisje dat hij kent, aan het eind kiest deze roodharige voor hem.

Black Widow

Let them fusion cook

Het is donker bij Black Widow; de verlichting is slechts een bureaulamp. Pjotr Lasschuit staat achter een mengtafel met een rood mijnwerkerslampje op zijn voorhoofd, als zijn derde oog. Naast hem zit Diego Mocci waakzaam achter zijn drumstel. Diego begint een jazzritme te spelen, wat een strakheid en variatie in zijn spel! Pjotr zet er beats en samples achter, zorgt voor loopings en speelt er regelmatig een trompet met geluiddemper overheen: het is electro fusion.

Ze spelen één lang nummer met samples die opkomen en weer vervangen worden door iets anders, zo verschillend als een speeldoosgeluidje, een happy hardcore-sample en een kille beat. Diego varieert in tempo en intensiteit, hij drumt soms zo langzaam dat hij bijna stilvalt en speelt soms razendsnel als bij Rage Against the Machine, met uiteraard alles ertussenin. Ook de maten wisselen van driekwartsmaat naar iets jazzy’s naar achtste noten. De hele compositie klinkt als een dancenummer in een hippe club, maar dan live gespeeld.

Als je spannende, vernieuwende en onvoorspelbare nummers wilt horen, luister dan naar Black Widow.

Death in the Afternoon

Death of a salesman

Het Schiedamse Death in the Afternoon speelt hun skatepunk gelukkig niet zo hard dat alles dichtgeplamuurd is tot een brij. Dat wil niet zeggen dat ze niet intens zijn. “De nachtegaal uit Rotterdam”, frontman Wouter, heeft al bij het tweede nummer een bezweet hoofd en na het spelen een doorweekt shirt. Hij springt, rent en headbangt en richt regelmatig een theatrale blik omhoog. Ook Chris, de gitarist met de panterjas, loopt veel rond en speelt een paar keer tussen het publiek. Drummer Ziggy heeft zijn meest intense moment al voor het optreden: hij heefteen kies laten trekken om hier te zijn.

Bassist Robin is te bescheiden voor hoe goed hij speelt. Op zijn laaghangende bas zit een opvallende sticker met “Fix Everything.” Wat moet er allemaal anders? Een masturbatieverslaving (toeschouwers joelen bij ‘Self Sedation’), een misleide, apathische bevolking (‘Kill All The Humans’) en hebzucht (‘Stiff Drinks’).

Death in the Afternoon geeft ons polkathema’s waar wij toeschouwers op meedansen als kozakken of hobbits, al is het ook weer geen piratenfolk à la ALESTORM. Het doel om “de zolder twee verdiepingen naar beneden te laten vallen” wordt net niet gehaald, maar gezellig is het wel. Na de voorstelling verkoopt frontman Wouter merch uit een koffer.