Rutger Brouwer: van muzikant tot podiumdirecteur Rutger Brouwer: van muzikant tot podiumdirecteur

Het LVC. Noem die naam bij een Leidse muziekliefhebber van boven de veertig en grote kans dat zijn of haar ogen gaan glimmen. Van 1969 tot 2013 was het Leids Vrijetijds Centrum een poppodium aan de Breestraat. Het was vooral sterk in dance-avonden en in concerten: denk aan namen als Betty Serveert, Osdorp Posse, Daryll-Ann, Doe Maar, Armin van Buuren. Het is ook een belangrijke plek geweest voor Rutger Brouwer, de nieuwe directeur van poptempel Gebr. de Nobel. “Ik heb nog als bassist in het zoldercafé van het LVC opgetreden met mijn eerste band, de funkband Rega. We traden destijds twee keer per maand op, van jeugdhonken tot poppodium het Paard,” vertelt Rutger. Later is hij als bassist en elektronicamuzikant doorgegaan bij rockband Jimmyhat en de indiepop-band Villeneuf, beide bands waren finalist van de Grote Prijs van Nederland. Tegenwoordig is hij lid van indie-elektronicaduo The Hill Station, waarmee hij dit jaar nog op Werfpop stond.

Twee keer heeft Rutger in Gebr. de Nobel opgetreden. Zijn debuut was als lid van Villeneuf, in de kleine zaal bij de presentatie van hun derde album. De tweede keer was met The Hill Station in september 2021 in de grote zaal; het publiek moest zitten, maar mondkapjes hoefden niet. Die optredens bevielen goed, vertelt Rutger: ”Beide keren zeiden mensen: wat een waanzinnig goed geluid! Dit zijn twee heel goed klinkende zalen die akoestisch goed behandeld zijn en die volhangen met goede apparatuur. En ik vond het ook allebei sfeervolle zalen om er te spelen; doordat het geen pijpenla is, is er al snel een intieme sfeer en is het al snel heel gezellig. Daarnaast is de begeleiding heel professioneel, alles eromheen was heel strak geregeld. Dat heeft zeker meegewogen toen ik ging solliciteren, dat ik op een professionele plek terechtkom.”

Rutger wil van De Nobel net zo’n plek maken als hoe hij het LVC ervoer: een fijne plek met leuke mensen waar je je identiteit kunt ontdekken en ermee kunt experimenteren, kortom: een warm bad. In het LVC konden bezoekers konden zich kleden en grotendeels gedragen zoals ze wilden. “Tijdens de corona-lockdown hebben we kunnen zien hoe belangrijk een dergelijke plek is voor het mentale welzijn en als uitlaatklep”, meent Rutger.

Ook vindt hij het belangrijk dat De Nobel altijd openstaat voor een goed idee. Een verhaal dat Rutger hoorde over de collega’s van de Utrechtse concertzaal TivoliVredenburg, is voor hem een goed voorbeeld: “Er waren twee meiden die waren fan van singer-songwriter Harry Styles, die hen hadden gemaild: ‘De concerten zijn veel te duur en daar kunnen we nooit kaartjes voor krijgen. Kunnen we niet bij jullie iets doen?’ Naar aanleiding van die vraag heeft TivoliVredenburg in samenwerking met die meiden een Harry Styles-fandag georganiseerd,” vertelt hij enthousiast. “Zo werd een initiatief vanuit de stad door een poppodium opgepikt, en zoiets moet straks ook hier kunnen.”

Succes is een ladder
Daarnaast moet De Nobel ook muzikanten veel kunnen bieden, vindt Rutger. De programmering zal deels experimenteel zijn, maar De Nobel moet ook een plek zijn waar lokale bands makkelijk toegang toe hebben als ze het niveau hebben. Het is belangrijk om artiesten een ladder te bieden: van spelen in de foyer naar de kleine zaal naar de grote zaal. Voor de kleine zaal gaat De Nobel een backline aanschaffen: professionele versterkers en speakers voor instrumenten. Zo wordt het laagdrempeliger om er te spelen voor bands omdat ze niet elke keer alles zelf hoeven meesjouwen.

Verder vindt hij dat het ook weer een ontmoetingsplek voor muzikanten moet zijn, na corona kan De Nobel dat weer bieden. Ten slotte kan De Nobel meedenken met lokale artiesten; Nobelmedewerkers kunnen hen tips geven qua marketing, geluid of programma en zo de lokale scene een boost geven.

In hoeverre beïnvloedt het Rutgers werk als directeur dat hij zelf ook muzikant is? Het heeft positieve gevolgen: ten eerste kan hij zich daardoor goed inleven in een belangrijke doelgroep - muzikanten. Hij ziet het belang in van een goede opvang van musici en hoe De Nobel kan helpen de carrièrestappen vorm te geven. Daarnaast helpt het ook dat hij een muziekliefhebber is: als directeur kan hij vorm geven aan zijn grootste passie in zijn eigen stad op een mooi podium. Rutger kwam binnen na het corona-dieptepunt, daardoor kwam hij terecht op een oprijzende golf die hij ook deels kon sturen, bijvoorbeeld qua programmering.

Showcase-avonden voor indie en hiphop
In die programmering wil Rutger meer focus op actuele muziek, en vooral meer aandacht voor hiphop, elektronische muziek en indie. Er komt bijvoorbeeld een maandelijkse indie-avond met twee acts. Die is bedoeld is voor ‘Popronde-plusartiesten’: muzikanten die al behoorlijk ver zijn in hun muzikale ontwikkeling, maar nog niet zo populair dat ze de kleine zaal uitverkopen. Dit gaat De Nobel in ieder geval een jaar doen om het te laten groeien, het start begin 2023. Ook voor hiphop komen er showcase-avonden, mogelijk met meer dan twee artiesten op één avond.

Tot slot wil Rutger De Nobel vaker open hebben. Hij denkt daarvoor aan de woensdag en aan de zondagmiddag. Op deze dagen gaan ze uitproberen wat werkt en een publiek opbouwen. Zo kunnen ze kijken waar de stad en het publiek behoefte aan hebben en die smaak deels beïnvloeden, “al moet je die invloed niet overschatten.” Zo wordt De Nobel net als het LVC vroeger: een plek voor alle muziekliefhebbers in de regio waar ze hun identiteit en nieuwe dingen kunnen ontdekken.