STAPLERS krijgt in de halve finale als verbeterpunt de interne cohesie van de bandleden, en het resultaat is dat het optreden tijdens de finale een stuk gelikter gaat dan eerdere performances. Als drietal op een groot podium doen ze wat kleiner aan, maar weten met hun geluid de zaal te vullen. Vooral in de downtempo delen valt op hoeveel cleaner het klinkt. Focus ligt op de leadzanger met gitaar, die een jolige Jagger kanaliseert en fier de ruimte in trapt, maar ook niet te trots is om door te knieën te gaan voor de fans.
Tijdens het midden van de set worden we getrakteerd op een openingsrifje waar Lemmy trots op zou kunnen zijn, en dan slaat de motor de rest van het optreden niet meer af. Van het stadion belanden we in een groezelige kroeg. Vrees van eenieder die bang was dat het te braaf zou blijven, verdwijnt zodra de set sluit met stotterende zangpartijen van de gehele band en onverwachte ritmische wendingen die een koordje bewandelen tussen vernuftigheid en chaos. De liefde voor Rinus bestaat nog, zoals prijkt op het t-shirt van de drummer - waarschijnlijk bedoelt hij zijn bassist.
Voor iedereen die nog een gaatje wil vullen tussen Kerst en Oudjaar kan je terecht bij een gig die STAPLERS samen met de Surfaders nog zal doen bij VI-KINGS op 30 december.