“Ik voel me thuis in de Groninger muziekscene. De muziekscene hier is heel underground: als je eenmaal andere artiesten kent ben je ook binnen. Iedereen kent elkaar en er worden veel tracks heen en weer gestuurd. Ik ben de scene ingerold via mijn bandgenoot, die al langer in Nederland woont. Je moet wel anderen kennen om hier in de scene goed terecht te komen.”
“Sinds m’n zesde maak ik al muziek, inmiddels is het een uit de hand gelopen hobby. Naast Wing It heb ik ook nog een soloproject waar ik rock-, alternative en metal-ideeën uitwerk. Op papier ben ik meer een student, maar ik voel me meer een muzikant. Mijn inkomen is dan ook afhankelijk van de straatmuziek.”
“De muziekscene in Groningen is meer gericht op jazz en hiphop en minder op rock en metal dan in Duitsland, voor zover ik heb gezien tenminste. De mentaliteit is ook anders. In Groningen is het moeilijk om indruk te maken op mensen, maar er is wel veel waardering voor muziek in Groningen. Er zijn hier veel cafés die je willen laten optreden.”
“We gaan met Wing It ook wel eens naar Amsterdam, Rotterdam, of Nijmegen om daar op straat te spelen. Daar geven mensen soms wel meer geld, maar in Groningen leer je ook mensen kennen doordat ze je vaak zien spelen. Dat is uiteindelijk meer waard.”
“Er zijn verschillende typen internationale studenten. Sommigen blijven bij hun internationale vrienden en sluiten zich een beetje af van Nederlanders. Anderen zijn wat meer open en staan open voor alle vriendschappen. Ik behoor tot die laatste categorie.”