April, het voorseizoen. In een normaal jaar zou dit voor creatieve bedrijven in de festivalwereld de drukste tijd van het jaar zijn: concepten afronden, materiaal bestellen, podia in elkaar timmeren, dorre stukjes weiland omtoveren tot een paradijs voor drie dagen. Al hun hun opdrachten verdampten, en dat is rampzalig, maar creatieve mensen houd je niet tegen creatief te zijn. Dit is waar ze nu mee bezig zijn.

Normaal gesproken zou Misha de Bok van het Bossche SQuare zijn eerste grote festival al achter de rug hebben; zijn bedrijf doet de totale inrichting van Paaspop. Wie ooit wel eens op het festival in Schijndel geweest is, weet dat dat een immense klus is. Het festival is een ongelofelijke kermis aan kleurrijke ontwerpen. Ja, er zijn podia, maar minstens zoveel denk- en timmerwerk zit er in alle andere bouwsels op het terrein: foodcourts, rockbars, spelletjes area’s. Over elk hoekje op het terrein wordt nagedacht. SQuare maakt naast festivaldecors ook ontwerpen voor beurzen en congressen, waaronder begin dit jaar voor een beurs in Singapore. Zijn bedrijf zag daarvoor relatief snel aankomen hoe mis het zou gaan. 'We hebben dus relatief vroeg naar alle kosten kunnen kijken en wat uitgaven uitgesteld. Dat heeft ons de nodige ellende bespaard. Ik merk een aantal fases in het traject: eerst ga je lopende zaken afhandelen, dan ga je alles dat goed is aan je bedrijf optimaliseren, vervolgens aanpakken wat niet goed gaat. En dan komt de vraag: en nu?'

Die vraagt leeft bij al zijn collega’s. Ook bij Arne Koefoed van het bedrijf Wink. ‘We hebben op dit moment twee problemen: alle creatieve bureaus van de wereld zijn dezelfde dingen aan het verzinnen, en alles moet ad hoc gebeuren. Een idee dat je vandaag verzint, moet eigenlijk morgen al uitgevoerd worden, anders is iemand anders je voor.’ Arne Koefoed van het bedrijf Wink probeert uit te leggen in welke creatieve stress zijn bedrijf op dit moment zit. Hij is een van de vele bedrijven die normaal gesproken hun ideeën uitvoert op festivals en in podia, op beurzen en modeshows. ‘Wij zijn in eerste instantie een conceptbureau, we bedenken dingen. De uitvoering - en dat zeg ik met veel respect voor onze productionele afdeling - is secundair.’

Bij ontwerpbureau Roxxi in Eindhoven zijn ze wel erg ambachtelijk aangelegd. 'Goed met hout', vat Flôr Brohm het samen. Ze runt een bedrijf waar zes vrouwen en één mannelijke stagiair werken. Daarnaast rennen het festivalseizoen zo'n veertig zzp'ers van evenement naar evenement om de boel daadwerkelijk in elkaar te zetten. Roxxi zit voornamelijk in de regionale festivals, van The 7th Sunday tot By The Creek, van Hockeyloverz tot Intents en Lakedance. Allemaal evenementen waar tussen 10.000 en 30.000 mensen op af komen, en waar immense, kleurrijke podia voor opgetuigd worden. 'We kunnen ons goed aanpassen aan onze opdrachtgever, het gaat van house naar hardstyle.

Chill area met chique bier

‘Wat wil de markt op dit moment? Want alles waar we goed in zijn bestaat even niet meer. We kunnen niet meer naar festivals, we kunnen niet op vakantie, er zijn geen restaurants om in te richten, waar hebben mensen wel behoefte aan? Zo kwamen we op tuinhuisjes voor kinderen. We hebben een paar voorbeelden gemaakt, maar we kunnen ook speciaal op maat iets ontwerpen.’ Zo heeft Roxxi een bijzonder geestige manier gevonden om toch een beetje festivalgevoel in de tuin te halen, want de huisjes zouden zo als activatie of foodtruck op een festival kunnen staan. Je herkent ook meteen de stijl waar Roxxi’s ontwerpen op festivals om bekend staan: ‘Oog voor detail, warm en vriendelijk, maar toch ook stoer.’

Zo lijkt Roxxi iets verder dan Wink. Er is immers een concreet product dat je kunt kopen. Eén belletje en ze komen zo’n ding in elkaar zetten in je tuin. Maar dat is natuurlijk maar het begin. ’Sowieso is het natuurlijk een druppel op een gloeiende plaat. Wat we normaal aan werk verzetten gedurende het seizoen, daar moeten we heel wat tuinhuisjes voor bouwen. En de vraag is: hoe krijg je het aan de man gebracht? Op onze Instagram zitten onze opdrachtgevers en festivalliefhebbers, niet per se mensen die een tuinhuisje willen. We hebben geen distributie en geen marketingkanalen voor dit product. En ook de prijs kan een probleem zijn. We zitten erover te denken een pakket te maken dat mensen zelf in elkaar kunnen zetten.’

Zoals haar bureau normaal gesproken nadenkt over de inrichting van een festivalterrein, denkt Roxxi nu dus na over de styling van je tuin. En juist die expertise van het inrichten van een ruimte is de komende tijd keihard nodig. Nederlandse festivals hebben de laatste jaren een vrij innovatieve manier bedacht om hun terrein vorm te geven. Heel vaak gaat dat namelijk samen met een merk. Waar in het buitenland een sponsor vaak nog een banner aan de PA hangt in ruil voor een paar vrijkaartjes, worden merken in Nederland uitgenodigd om mee te denken in de beleving van het festival. Met name Lowlands is daarin pionier geweest: het ene merk draagt een chill area bij waar je chique bier in een glas kan drinken, het tweede een oplaadpunt voor je telefoon. De bank laat een restaurant neerzetten waar je drie gangen kunt dineren, terwijl het hippe drankje een malle bar sponsort waar alle remmen los gaan. Misschien wel de meest opvallende brand activatie van allemaal staat op Pinkpop: een twintig meter hoog bierkrat, vanwaar je het hele terrein kunt overzien. Allemaal activiteiten die bijdragen aan de oh zo belangrijke festivalbeleving.

Die merken kunnen hun activatie nu niet kwijt op evenementen, maar het budget is er meestal nog wel, of in elk geval deels. Wat gaat daarmee gebeuren? Voelen grote bedrijven een verantwoordelijkheid naar hun partners, zowel de festivals als de designbedrijven? Arne Koefoed merkt dat merken op zoek gaan naar alternatieven. In het kort gezegd is het doel van een activatie op een festival dat een merk op een natuurlijke manier aanschuift bij jou en je vrienden. Op dezelfde manier zoeken merken nu dus de verbindende rol in online tools. ‘Wij werken veel met biermerk Budweiser, dat pas een paar jaar actief is in Europa. Met hen hebben we het concept Bud-X ontwikkeld, een soort toolkit die over de hele wereld gebruikt kan worden. Maar die toolkit is natuurlijk wel gericht op evenementen.’ Volgens Koefoed gaan de ontwikkelingen momenteel supersnel. ‘In de eerste weken stortte iedereen zich op streamen, maar al snel had je het gevoel dat er 600 dj’s in je woonkamer stonden te raaien.’

Social distance bankje

Binnen een creatief bedrijf dat leeft van concepting leidt dat al snel tot praktische ideeën, die niet per se geld opleveren. 'Het eerste dat we bedacht hebben? Low budget doodskisten en emergency bedden’, zegt Misha de Bok van SQuare. Het is moeilijk om bij dat idee niet in de lach te schieten, vooral omdat De Bok het echt meent. ‘Echt waar. Wij hebben ook een vestiging in Zuid-Afrika, en in de townships kunnen mensen zich geen kist veroorloven. Toen ook daar de crisis uitbrak bedachten we dus een concept waarmee mensen er van het beschikbare hout zelf een kunnen maken. Heel praktisch. Daarna kwam een idee dat wel commercieel is: de COZIT-3.'

De COZIT-3, een komische naam die precies uitdrukt wat je erbij mag verwachten: een bankje waar drie mensen op kunnen zitten met veilige afstand. Een meubel voor picknick of terras dat voldoet aan de eisen van de nabije toekomst dus. En daar ligt misschien nog wel het meest de expertise van deze creatieve bedrijven: ze bouwen niet alleen bombastische stellages om podia heen, maar denken ook na over de inrichting van een festivalterrein. Ze krijgen een waslijst een beperkingen en randvoorwaarden, en gaan van daaruit nadenken over een terrein dat ultieme vrijheid uitstraalt. Dat is precies wat de horeca de komende tijd nodig zal hebben.

‘Ik zie niet gebeuren dat we straks weer met zijn allen in de drukste winkelstraat van Den Bosch op een terras zitten’, zegt Misha de Bok. ‘Maar op een nieuwe locatie met meer ruimte kun je onze COZIT-3 prima kwijt. Zet je er drie om elkaar heen, met voldoende afstand, dan heb je zomaar het gevoel dat je in een groep bij elkaar zit. Het is werken in een grijs gebied.’ Maar precies dat is wat de komende tijd moet gebeuren, de randjes opzoeken van wat wel en niet kan. ‘Als gemeentes gaan aanhaken, wordt het interessant. Misschien kunnen er in parken of ergens anders in de stad plekken gecreëerd worden waar dit kan. Ik voorzie dat we eerder dit soort initiatieven zullen zien dan dat we weer op een festival staan.’

‘Iedereen denkt nu na over drive-in bioscopen, waarom zou je geen drive-thru Rollende Keukens verzinnen’, zegt Arne Koefoed, ‘Waar je het eten je raampje in geschoven krijgt? Bij sommige succesvolle formules zitten mensen veel te dicht op elkaar. Neem een hip concept als The Avocado Show, een smalle zaak in de Pijp in Amsterdam. Waarom doen we dat straks niet eenmalig in de Gashouder? Het zal geheid vol zitten. De Gashouder kan dan niet zijn normale huur vragen, maar misschien vindt een groot merk het wel leuk om te te supporten. Met Joost van Bellen heb ik nagedacht over een groot feest waarbij mensen allemaal 1,5 meter outfits dragen, hoepelrokken, enorme hoeden. Het lijkt me geweldig om dat te realiseren, een groot bal. We moeten buiten de lijntjes nadenken, en buiten de lijntjes doen.’