De do's en don'ts van festivalseizoen 2015

Wat nemen we mee naar 2016 en wat mag de prullenbak in?

Redactie 3voor12 ,

De zomerfestivals zitten er weer op. Of je nou bezoeker bent, of omwonende: iedereen heeft gemerkt dat de festivalmarkt enorm gegroeid is. Wat ging er goed op de festivals dit jaar en nemen we mee naar 2016? En welke dingen kunnen echt niet meer of moeten beter? We zetten 5 do’s en 5 don’ts op een rij.

Vijf do's:

1) Transparantie over bezoekersaantallen
Er werd vreemd opgekeken toen Lowlands bekendmaakte dat er maar 72% van de kaarten waren verkocht. Ook Pitch Festival speelde open kaart over het mislukken van de grote ambities van de vorige editie (logistiek liep het de soep in vanwege teveel grote acts in te kleine ruimtes), en besloot een stapje kleiner te gaan bij deze editie. Het vergt moed zo eerlijk te zijn. Dat zien we veel liever dan een festival dat beweert dat het uitverkocht is, terwijl het toch verdacht rustig is op het terrein.

2) Meer toeristen
Het is een groot compliment voor de Nederlandse festivals dat we steeds meer toeristen tegenkomen. Het publiek is wat meer gemengd en belangrijker: door nichepubliek in het buitenland te vinden, kun je als Dekmantel Festival of Le Guess Who? groeien en toch net zo eigenwijs blijven programmeren. Enige nadeel is dat sommige toeristen afgelopen zomer nét wat te hard gingen, en binnen een uur op de eerste festivaldag al massaal de weg kwijt waren. Hoog tijd om Spuiten en Slikken eens in het buitenland uit te zenden.

3) Officieuze podia
Op dancefestivals zoals Buiten Westen is de secret stage al jaren een vast item, maar ook de popfestivals beginnen zich eraan te wagen. Het is zeker een pluspunt als je nog echt verrast wordt op een festival, en er daar pas erachter komt wat er precies gaande is. Zo was er op Best Kept Secret de Stage 4: wel een officieel podium, maar er werd wat losser geprogrammeerd, met ruimte voor spontaniteit. De enorme boot van Wilde Haren was op Down The Rabbit Hole de grote verrassing, en op Milkshake was een van de leukste feestjes verstopt achter de dixi’s.

4) Overal goed internet
Lowlands had voor het eerst een goede openbare wifi. Bij Into The Great Wide Open was het nog erg traag, maar bij Best Kept Secret bestaat het al tijden. We kunnen nu eenmaal niet meer zonder internet en zeker voor de online content die tijdens de festivals gemaakt wordt, is het fijn als je die makkelijk kan raadplegen - zoals die pushmelding dat dat optreden dat je in je blokkenschema had gemarkeerd, over een kwartier gaat beginnen. Als het niet lukt met wifi, zet dan op z'n minst een extra mast voor 4G neer.

5) Al wat ouder? Gewoon naar festival gaan
Van de oude ravers op Pitch tot de oudjes op Down The Rabbit Hole: het maakt niet uit hoe oud je bent, ga gewoon naar een festival als je zin hebt. Bij Pitch zagen we niet alleen jonge kids hard gaan bij Siriusmodeselektor, maar ook veel ravers op leeftijd. Mannen met grijze manen, tatoeages en zonnebril, maar ook een paar oudere vrouwen met strakgetrokken kaken in bikini. Op Down The Rabbit Hole hing Seasick Steve hing het hele weekend rond. Dan weer lag hij backstage onder een boom te maffen, dan weer stond hij te dansen bij een nachtelijke dj-set, en dan weer zat hij op het gras om het jonge grut op het gras van levensadviezen en biertjes te voorzien. Hét magische moment op Down The Rabbit Hole: één grijze duif ontdeed zich tussen het publiek op het hoofdveld van al zijn kleren om in het meertje te duiken. Een luid applaus viel de bejaarde skinnydipper ten deel. Daarop is toch maar één conclusie mogelijk? 65+ is het nieuwe YOLO!

Vijf don’ts:

1) Overdreven veiligheidsmaatregelen
Natuurlijk gaat veiligheid voor alles, maar je kunt ook te ver gaan. Crowdsurfen wordt op sommige festivals gewoon toegelaten, terwijl je op andere festivals nog altijd bruut uit het publiek getrokken wordt. Bij Lowlands was het zelfs verboden om op elkaars schouders zitten, de beveiliging scheen met zaklampen in je ogen tot je er af ging. En waarom geen paraplu’s op het terrein, omdat mensen elkaar daarmee kunnen slaan? Op ITGWO bleek het prima te kunnen, net als op het grote Glastonbury.

En dan de waterflesjes. Mag je nou de dop niet meenemen omdat je uitglijdt over flesjes met een dop erop, omdat de doppen in de grond terecht komen, of omdat flesjes met dop nuttige projectielen zijn om bands mee van het podium te kegelen? Zolang elk festival met een andere reden komt, lijkt het er sterk op dat het excuses zijn om de verkoop van flesjes te stimuleren. En zeg nou zelf: dansen met een open flesje is voor niemand leuk.

2) Not-so-special effects
Bij EDM-festivals zijn er altijd weer de CO2-kanonnen, bij hiphopfestival Encore gingen de kanonnen zelfs harder dan de muziek. Een confettikanon kan heel goed werken (zoals bij Arcade Fire op Pinkpop 2014), maar vaak is het ook net niks. Opblaasdolfijnen hebben we inmiddels ook genoeg gezien. Voegen de vlammen bij het Pinkpop-optreden van Kensington nou echt veel toe? We willen verrast worden! Hoe special is een effect als je het al duizend keer gezien hebt?

3) Verplichte weekendkaarten
Natuurlijk is het weekendgevoel van met z’n allen helemaal weg zijn prachtig. Maar nu het festivalaanbod steeds groter wordt, is het fijner om overal wat van mee te pakken dan al je geld in een weekend uit te geven. Op Lowlands spraken we veel mensen die liever een zondagticket voor Kendrick Lamar hadden gekocht, dan dat ze een heel weekend daarvoor aanwezig waren.

4) Vreemd gedrag artiesten
A$AP Rocky kwam veel te laat bij Best Kept Secret, Roots Manuva bij Lowlands. Skepta stopte een kwartier te vroeg en liet zijn dj het feestje afmaken. Op Buiten Westen zette Fritz Kalkbrenner op een random moment Sky And Sand uit en liep weg. Op Appelsap haalde de bodyguard van Rich Homie Quan een fan neer die het podium opstormde, die vervolgens zijn hoofd stootte tegen een ijzeren paal. Trots postte de bodyguard een filmpje op Instagram. Pas een beetje op jezelf zodat het publiek niet teleurgesteld wordt.

5) Crowdsurfen als je het niet kan
Vjèze Fur zou het nooit gebeurd zijn: crowdsurfen en dan na een meter of tien door de handen zakken. Ronnie Flex is bepaald de zwaarste niet, maar ging goed onderuit bij de New Wave show op Lowlands. Neem liever les bij Niek Nellen van de Afterpartees, die op de afterparty van ITGWO zijn labelmanager Adriaan Pels zijn eerste crowdsurf ooit gunde. Nellen maakte meteen aan het publiek duidelijk wat er moest gebeuren: “Als jullie hem laten vallen komt er volgend jaar geen Into The Great Wide Open.”