Als je met Wakeem (26) in Tilburg meeloopt naar de studio die hij in het centrum in gebruik heeft voor zijn rapmuziek, word je positief verrast. Een paar grote garagepoorten op een, wat lijkt, verlaten binnenplaats, misleiden je voor de studio waarin je terechtkomt: een grote, moderne en open ruimte met flink wat apparatuur. “Hier zat ik eind 2019, begin 2020 ook al. Nu ben ik volop bezig met een nieuw product.”

Wakeem weet al lang dat hij rapper wil zijn. Het liefst fulltime. “Ik zou nog meer moeite in mijn muziek willen steken dan ik al doe. Maar dat gaat nu niet, er moet brood op de plank komen. Dus heb ik naast mijn muziek een baan. Ik hoop in de loop van de tijd steeds een dagje minder te kunnen werken, tot op het punt dat ik maar één dag per week hoef te werken en de rest aan mijn muziek verdien.” Het is niet zo dat de rapper het nog niet ver heeft geschopt. “Het mooiste dat ik tot nu toe bereikt heb, is dat mensen me op straat aanspreken om te zeggen dat ze mijn muziek kennen en waarderen. Of als ik optreed en niet verwacht dat mensen mijn nummer kennen en ze dan toch meezingen. Dat is wel hard.”

Poppodia, creatieve scholing en fondsen zijn er in Tilburg genoeg volgens hem. “Tilburg is goed bezig qua voorzieningen, maar als het gaat om het extra stimuleren van artiesten om zich te ontwikkelen schieten we een beetje tekort. Maar dat komt ook omdat we bepaalde platformen niet hebben en omdat er nog niet wordt ingezien welke ontwikkeling er aan de hand is. Tilburg houdt van muziek, maar hiphop wordt niet erkend en valt onder ‘urban’. Terwijl hiphop een van de grootste genres is van het moment. In Tilburg lijkt het alsof dat nog raar is, nog nieuw is. Ik leverde eens een plan in voor subsidie en kreeg als feedback dat het niet duidelijk was, ze zagen de artistieke waarde er niet van in. Dat vind ik jammer, want als er meer mensen uit onze scene in de gemeente zaten, dan zouden we ons meer vertegenwoordigd voelen.”

Misschien als er kortere lijntjes waren tussen Tilburgse creatievelingen, of als er meer initiatieven waren zoals van To The Max. “To The Max liet een tijd geleden opkomende artiesten performen. De hardste artiesten mochten mee naar Woo Hah, waar ze voor de ogen van boekers en grote artiesten mochten optreden. Dat vond ik echt een goed initiatief. Zij gaven opkomende artiesten een platform. Als hier meer initiatieven van zouden bestaan, dan zou het balletje sneller gaan rollen. Niet per se op basis van optredens, maar op alle fronten. De persoon die in deze studio artiesten toelaat die het kunnen gebruiken, hij is daar ook een goed voorbeeld van. Zo iemand gebruikt zijn kennis en ervaring om anderen te helpen. Ik zou willen dat er zulke mensen waren toen ik net begon met muziek maken. Nu wil ik zelf ook zo worden.”

Uiteindelijk zou Wakeem naar Rotterdam willen verhuizen. “Rotterdam is beter te bereiken voor mensen met wie ik werk, de ligging is beter. Daarnaast is het uitgaansleven verwikkeld met artiesten die muziek maken. Voor het netwerken zou ik het zeker doen. Ik denk dat Tilburg een mooie opstapplek zou kunnen zijn. Dat je je hier ontwikkelt, jezelf op de kaart zet en in een grotere stad de volgende stappen maakt. Als we ons zouden kunnen profileren als stad waarin je je als beginnend artiest ver zou kunnen ontwikkelen, zouden we al een heel eind zijn. Als je hier maar een hele hoop leert. Voor mij heeft To The Max dat gedaan.”

Dit interview verscheen eerder bij Voice Of Creative Tilburg. Lees hier ook ons interview met journaliste Leeuwelijn Verwijst van het nieuwe initatief.