Tilburg als hiphophoofdstad van Nederland, zowel qua aanbod in shows als qua lokale artiesten. Dat is waar Max de Beijer (To The Max) en Mike Dobber (Hall of Fame) naar streven. Luchtfietserij van een stelletje dromers? Een ambitieus, maar haalbaar doel, vinden de twee. “Ik roep dat nu en ik blijf erachter staan. We hebben met 013, Hall of Fame en Woo Hah! de kracht om in de buurt van Amsterdam en Rotterdam te komen.”

Dan moet er nog wel een paar flinke stappen gezet worden. Rapfactchek maakte onlangs een indicatie van waar de relevante rappers in Nederland vandaan (zeggen te) komen, door 101Barz-sessies van de laatste 5 jaar te checken op welke plaatsnaam een shout-out krijgt. Tilburg heeft welgeteld twee vermeldingen: Boef en de Gelogeerde Aap in 2013 en de zelfs lokaal vrij onbekende Maxje in 2014. Ter vergelijking: Rotterdam scoorde 41 represents, Amsterdam zelfs 87.

Endorsen

Waar ligt dat aan? Is het verschil in kwaliteit zo groot, of is het voor randstedelijke rappers ook gewoon een stuk makkelijker om in beeld te komen?  “Als Amsterdamse rapper heb je het sowieso wel iets makkelijker, want daar zitten alle grote hiphopmedia, zoals Puna”, vertelt De Beijer. “Hier is het moeilijker om snel een groot publiek te bereiken, omdat de media hier ook minder zijn.” Maar De Beijer, die via zijn platform To The Max jonge Tilburgse rappers en producers begeleidt, weet ook dat dat verhaal twee kanten heeft. “Je moet zelf ook niet stilzitten, natuurlijk. Sommige rappers zijn een beetje koppig, te trots misschien, om hun muziek overal te pushen. Maar ik zeg: stuur het gewoon op naar een Puna of een 101Barz! Zelfs als je niet wordt gepost, dan weten ze in ieder geval wie je bent.”

Hoe dan ook; momenteel voeren de Tilburgse rappers een achterhoedegevecht. Ook de buren Breda en Eindhoven scoren met 8 en 10 shout-outs namelijk aanzienlijk beter dan Tilburg. “Je moet één grote naam lanceren, dan groeit er vanzelf iets. Dat is dus ook het plan. Kempi represent bijvoorbeeld Eindhoven, dat is bijna een soort keurmerk geworden. Als we één bekende naam landelijk krijgen, kan die weer andere artiesten uit de scene endorsen. Je moet vooral dat bereik creëren.” Dobber vult aan: “Je moet investeren in de generatie ná Boef en de Gelogeerde Aap. De nieuwe aanwas, daar moet je mee gaan bouwen. Van een Talent Meets Talent, naar een voorprogramma van een act als Yung Internet, naar Woo Hah!.”

Kroonjuwelen

Wie dan dat kroonjuweel van de Tilburgse scene moet worden, is voor Dobber en De Beijer wel duidelijk: Kringili & Alex Megas. Dat duo reikte vorig jaar nog tot de finale van de Grote Prijs, tourde in het voorprogramma van Ares en staat dit weekend op Woo Hah!. Ze leggen kortom vooralsnog het gedroomde traject af; ze begonnen namelijk bij het Talent Meets Talent-project van To The Max, De Beijers eigen hiphopplatform.

Lees ook: “Tussen de zolderkamer en 013 is er niks”

Talent Meets Talent zette hij op om talenten bij elkaar te brengen. Om ze een podium te bieden dat groter is dan de eigen zolderkamer, maar klein genoeg om rustig ervaring op te doen. Kringili & Alex Megas waren bij de eerste editie drie jaar geleden van de partij. Sindsdien timmeren ze aardig aan de weg. “Zij moeten zich doorontwikkelen als gezicht van de scene”, vindt De Beijer. “We bieden ze dus niet alleen een podium, we hebben bij To The Max ook een traject ná die Talent Meets Talent. Niet iedereen komt daarin terecht, het moet wel de potentie hebben. We investeren veel tijd in deze jongens, van het beoordelen van tracks tot het regelen van shows.”

Ze zijn niet de enige Tilburgse hiphopbelofte van het moment. Wakeem, die vorige maand zijn Cozy Boy EP releaste in de Hall of Fame, gaat ook hard. Hij kreeg al aandacht van media als Noisey en scoorde samen met mede-Tilburger T. Dutty al meer dan honderdduizend Spotify-streams op grimetrack ‘Afa De Gwan’. En ook hij en T. Dutty staan op Woo Hah!. Dobber is, vanzelfsprekend, fan. “Hij weet live zo goed die energie in een zaal vast te pakken. We zetten hem hier in de Hall of Fame in het voorprogramma van Yung Internet en hij bouwde meteen een enorme moshpit voor alle leeftijden, met volwassen kerels en meisjes van 15. Dat voelde echt als een overwinning. Dan ben ik zo trots dat we dat soort gasten een podium kunnen geven.”

Gat in de markt

Dat podium is de Hall Of Fame. Ooit vooral een skaters- en punkwalhalla, tegenwoordig steeds vaker een plek voor hiphop. Een koerswijziging? “We deden altijd al wel hiphop, maar de laatste tijd zijn we er wel actiever mee bezig”, legt Dobber uit. “Die scene is in Tilburg veel groter dan hij lijkt. Alle kiddo’s op straat luisteren hiphop, draaien de artiesten die we hier boeken, zoals Mula B en Yung Internet, maar ook Kringili. 013 is daarvoor nog te groot en in nachtclubs als de Epic komen die jongeren niet binnen. We zagen daar dus een gat en sindsdien zijn we samen met Max aan het bouwen om die scene hier een plek te geven.”

En met succes. De shows van Donnie (in samenwerking met 013) en Yung Internet waren stijf uitverkocht. “Dan komt dus ineens bovendrijven hoe groot die scene is. Dat is niet alleen een Tilburgse ontwikkeling, trouwens. Dat is door heel het land. Sinds de streams meetellen voor de charts, sinds New Wave, heeft de jeugd inspraak. Je kunt niet meer om hiphop heen.” De Beijer knikt. “We moeten Lil’ Kleine met z’n allen dankbaar zijn. Je kunt als rapper op hem haten, je kunt z’n muziek niet tof vinden, maar hij zorgt er wel voor dat je kan leven van je muziek.”

Woo Hah!

Met die onderste laag van de scene zit het dus wel goed. Maar minstens zo belangrijk is de toplaag met grote shows van internationale topacts in 013 en op Woo Hah!. “Woo Hah! is de hele reden dat ik deze ambitie überhaupt durf uit te spreken”, vertelt De Beijer. “Met wat we hier doen alleen, word je geen hiphophoofdstad. Daar heb je dit soort festivals voor nodig.”
Maar worden die ambities ook door Woo Hah! en 013 gedeeld? In hoeverre is vlaggenschip Woo Hah! bijvoorbeeld een Tilburgs festival? Ligt er een verhuizing naar een andere stad in het verschiet nu er in de Spoorzone niet verder kan worden gegroeid?

Daar kan Woo Hah!-festivalbaas en programmeur bij 013 Ruud Lemmen kort over zijn: “Ik kan het me niet echt voorstellen. Tilburg was een hele bewuste keuze”, legt hij uit. Je kunt hier makkelijker iets opzetten dan in de randstad. In de festivalmarkt was ruimte voor hiphop, maar niet in Amsterdam, waar het al ramvol zit. Bovendien  heeft Woo Hah! natuurlijk de link met 013. En Jeps Salfischberger (programmeur Woo Hah!, MOJO Concerts, red.) en ik zijn allebei Tilburgers, dus we weten wat hier kan, het is van oudsher sowieso best wel een hiphopstad. We zijn ook trots dat dit in Tilburg kan.”

Woo Hah! is inmiddels van grote waarde voor Tilburgs hiphopreputatie. “We zijn nu in vier jaar tijd uitgegroeid tot een sterk merk door Nederland en daarbuiten. We trekken 19.000 unieke bezoekers over twee dagen, en ook steeds meer artiesten weten Tilburg te vinden.” Dit jaar is het festival weer verder gegroeid met een extra dag, en het terrein in de Spoorzone wordt nu voor het eerst voor de volledige capaciteit benut. “Dat betekent ook dat we wat breder kunnen programmeren. We hebben iets meer R&B, zoals een Bryson Tiller. Maar we hebben ook meer plek voor regionaal talent, dat zich hier op een groter platform mag laten zien.”

Inspireren

En daarmee zijn Dobber en De Beijer natuurlijk blij. Vanaf het begin was er een goede samenwerking met Woo Hah!, zo heeft To The Max er altijd een eigen stage gehost. Maar hoe werkt dat? Hoeveel mensen komen er op een onbekende Tilburgse rapper af, als tegelijkertijd Skepta of Tyler, The Creator bezig is? “Het is alleen al belangrijk om een keer op zo’n poster te staan”, vertelt De Beijer. “Dat is goed voor je zichtbaarheid, en je kunt er ook weer reclame voor jezelf mee maken. Die mensen van Puna hebben dan toch ook een keer je naam gezien.”

En er is meer. “Vorig jaar zijn we met een aantal gasten van To The Max backstage geweest, daar hebben we een tijdje met ScHoolboy Q gepraat. Een hele sympathieke gast, hij kwam meteen naar ons toe na zijn show. Als je dan zelf een show op Woo Hah! doet, en je kan ook nog je idolen ontmoeten, dan heb je een hele inspirerende dag. Daar krijgen die jongens ook weer zelfvertrouwen van.”

Kringili & Alex Megas staan er dit jaar voor het eerst niet onder de vlag van To The Max, maar als openingsact van de FunX Stage op vrijdag. “Dat hebben ze helemaal zelf opgebouwd”, zegt Dobber. “Maar je moet wel die gasten ergens een eerste podium bieden. Zonder Talent Meets Talent hadden ze daar waarschijnlijk niet gestaan. Maar dat ze dat nu lukt, is ook weer een inspiratie voor de volgende lichting. Zo willen we de jeugd blijven inspireren.”

Kanye West

En wanneer is Tilburg dan dé hiphophoofdstad? “We hebben in 3 jaar zoveel bereikt, dat ik mezelf regelmatig in de arm heb geknepen”, lacht De Beijer bescheiden. “Dus ik hoop dat we in 2020 al een hele grote slag gemaakt hebben. Ik hoop dat mensen later terugkijken op mij en zeggen: ‘Die guy heeft samen met die en die andere gasten Tilburg echt op de kaart gezet’.”

Dan wordt het even stil. “Weet je? Mijn nummer één inspiratie is Kanye West, ook iemand die altijd grote ambities heeft. Als ik de mensen om mij heen had gevolgd, was ik nooit aan dit avontuur begonnen. Je moet een omgeving creëren waarin mensen wel in je geloven. En dat is aardig gelukt.”