Houten wandpanelen, oranje geometrische banken, kamerplantjes in een hangende pot en een uitpuilende asbak. Hier en daar vinden we op de retro kastjes stoffige radio’s en felgekleurde bloempotjes. Het is een gezicht dat tegenwoordig vaak alleen nog maar te vinden is op stoffige LP-hoezen uit 1975; Linda Ronstadt, Jackson Browne, Crosby, Stills & Nash, een greep uit de namen die boven komen drijven. Toch zijn we niet in het Laurel Canyon van 50 jaar geleden, maar in Niezijl, net boven Hoogkerk. In een oude gereformeerde kerk heeft Hans Hannemann samen met zijn vriendin Sabine van Enckevort en een handvol andere vrienden een analoge studio zoals die uit de jaren ’70 gebouwd, althans, ze zijn er druk mee bezig.

Sunny, Southern, Niezijl (?!)

Het is een warme zondagmiddag en terwijl we tegen de middagzon inrijden zien we vanaf de N335 de bakstenen kerk al staan, ook omdat de achtertuin zo’n beetje de berm is. De kerk, gebouwd in 1951, had zijn laatste dienst in 2016. Daarna is het gebouw een tijdlang bezit geweest van een adviesbureau voor zorginstellingen. De enige orgelgeluiden die nu nog uit de hoge, smalle ramen ontsnappen zijn afkomstig uit een Leslie speaker. Nu is het de thuisbasis van Hans Hannemann en zijn, tot voorheen zogenoemde, Twangwolf studio (komen we straks op terug). De studio begon in een herenhuis in Nieuwe Pekela (tevens het huis van Hans' vader). Echter werd het huis verkocht en moesten ze op zoek naar een alternatief. Deze werd uiteindelijk gevonden hier in Niezijl. 

Als we de auto parkeren voor de witte hekjes worden we begroet door een blaffende zwart-witte hond. Met de zon op vergroeide voortuin waarover ooit de congregatie van Niezijl naar de zondagsdienst liep, lijkt het net of we ergens in het zuiden van Amerika zijn beland. Dan verschijnt uit de schaduw van de voordeur de boomlange schim van Hans. Gekleed in een corduroy jasje over een zwart hemd met een diepe hals past de Groningse country muzikant precies in het fantasiebeeld dat zijn muziek schept. ‘Dat is Neil (de hond), hij doet niets,’ zegt hij in een karakteristieke zware stem. ‘Hij is alleen blij. Echt een allemansvriend.’

‘Dit is ‘m dan, stelt niet zoveel voor hè.’ De 12 meter hoge ruimte is één grote bak licht en doet alles behalve denken aan een stoffig gebedshuis. Aan de muren hangen felgekleurde isolatieplaten, en er zijn twee knusse zithoekjes ingericht met louter ’70s meubilair. Hoewel er nog steeds een groot kruis hangt op de plek waar ooit een groot orgel stond, doet de verborgen lade met erotische cowboyboekjes in één van de desbetreffende hoekjes hard haar best om de Heer uit de kerk te jagen. Ook mag je er roken: 'Dat vinden bands wel gaaf', vertelt Hans. 'Tegenwoordig mag je in geen enkele studio meer roken. Ze kijken dan altijd heel verbaasd op als ze horen dat er hier gewoon gepaft mag worden.’ 

Een andere zithoek is ingericht rondom een indrukwekkende houtkachel die veel wegheeft van een scheepsmotor. ‘We hebben alle kerkbanken eruit gehaald, die gereformeerden hadden ze goed vastgezet.’ Er staan nog een paar baken weggeschoven voor in de kerk, maar de meeste zijn al verkocht. ‘Ook de buren hebben er een paar.’ De weggehaalde kerkbanken zijn lang niet het enige dat Hans en Sabine hebben veranderd aan de inrichting. Boven de kansel, die is omgetoverd tot een kapstok voor koptelefoons, is een zwevende constructie gebouwd van twee verdiepingen waar gasten kunnen overnachten. Een oude wenteltrap leidt naar het vertrek, die hebben ze er pas geleden ingezet. ‘Voordat die kachel erin stond, hebben we hier ook al bands gehad. Die hebben in de kou opgenomen. Sunday Kids bijvoorbeeld. Die stonden te spelen met van die afgeknipte handschoenen. Ik heb hier ook nog wel verkleumd zitten mixen. Met die kachel is het nu goed te doen hier.’

Het gras kan altijd groener

Hans en Sabine zijn beiden veteranen in klussen en tuinieren geworden door de verbouwing. ‘We zijn echt een stuk beter geworden in de afgelopen twee jaar,’ vertelt Sabine terwijl we door de achtertuin van de kerk lopen. Niet alleen binnen in de kerk is er gebouwd, maar ook het terrein eromheen is flink onder handen genomen. Zo herinneren Hans en Sabine zich dat er eigenlijk niets behalve gras groeide rondom de kerk: ‘Dit was echt zo’n gereformeerde tuin. Alleen gras, er groeide helemaal niets en voor de kerk had je van die grindpaden.’ Dan wijst Sabine op een appelboom. ‘Hier ben ik heel trots op. En ook op de heg die aan het groeien is.’ De achtertuin wordt langzamerhand omgetoverd van wat in feite de berm van de N355 was, naar een idyllische ontsnapping. De moeilijkste klus blijkt echter niet de renovatie van de kerk te zijn, maar de nieuwe naam. ‘We zitten er al een tijdje mee, maar we willen een nieuwe naam. We kwamen er alleen niet helemaal uit. Twangwolf hoorde toch echt bij de oude studio. Wat vinden jullie? Zullen we het maar gewoon ‘De Kerk’ noemen?’ (Inmiddels is deze kogel door De Kerk. Hans kondigde op Radio 5 aan dit officieel de naam van de studio is geworden).

Links van de kerk staat een gebouwtje dat vroeger vooral als vergaderruimte werd gebruikt. Nu wonen Hans en Sabine er, en net als de studio is het interieur uit de wooncatalogus van 1973 gehaald. ‘Let niet op de troep hoor. 'We zijn nog steeds met van alles en nog wat bezig en je weet hoe het gaat. Het kribbetje is omdat we kittens verwachten.’ Het heeft ongeveer een jaar geduurd voordat er een woonvergunning was voor de kerk, maar als je door de troep heen kijkt, kan je het je bijna niet voorstellen dat dit gebouwtje ooit geen woning was. De keuken is knus, zeker met de houten panelen boven de eettafel en de rommelige boekenkasten er tegenover, en de betegelde badkamer heeft mooie donkergroene tinten. En waarom eigenlijk die obsessie met de jaren zeventig? ‘Afgezien van het feit dat dit mijn favoriete muzikale periode is, houd ik heel veel van de vrije denkwijze uit die tijd. Mensen waren overal vrij in, of het nou fout was of niet. Men durfde nog door te slaan in bijvoorbeeld foute kleuren en maakte het op die manier mooi. Er zit een bepaalde authenticiteit in,’ verklaart Hans.

Sweet analog

Zo is het eigenlijk alleen maar logisch dat De Kerk zich vooral presenteert als analoge opname studio (al worden moderne, digitale opnametechnieken ook omarmd in de kerk). In analoog zit een bepaalde eerlijkheid, een rauwheid die je niet kan wegpoetsen met plug-ins of andere digitale middelen. ‘Je hebt duizenden opties als je digitaal opneemt, waar je dan ook weer doorheen moet scrollen. Analoog opnemen, al vergt het wat oefening, is eigenlijk veel sneller', aldus Hans. 'Je zet de microfoons klaar, stuurt het signaal door de tafel en dan heb je eigenlijk al wel zo’n beetje het geluid waar je digitaal heel lang naar moet zoeken. Je gaat je echt focussen op hoe je als band met elkaar speelt. Zo wordt je ook een betere muzikant van analoog opnemen.’ 

Waar vroeger de kerkbanken stonden, staan nu een drumstel, een paar amps en vintage microfoons. ‘We gaan morgen wat dingen uitproberen met Them Holy Rollers, een andere band waar ik in zit. Vanmiddag gaan we al even ermee kloten.’ Dat kloten zal worden opgenomen door een parel van een mengpaneel. Onder de zwevende gastvertrekken is een hoekje ingericht waar het oude mengpaneel staat, maar ook een tapemachine en een rek met allerlei analoog speelgoed (waaronder een jaloersmakende Roland Space Echo). ‘Dit is een MCI die ik zo onderhand twintig jaar geleden in Zwitserland heb gekocht. De vorige eigenaar ging stoppen en wilde zijn kinderen niet opzadelen met al die oude meuk. Ik ben toen met mijn vader naar Zwitserland gegaan en ben met dat ding in de aanhanger door allerlei haarspeldbochten in de bergen terug naar Nederland gereden. Deze tafel geeft echt dat  warme ’70s sound. Ze hebben uitgezocht dat dit model in die periode een van de meest gebruikte was. Het is dus ook echt dat geluid.’

Wat wellicht het meest opmerkelijke is aan de nieuwe studio is hoe open alles aanvoelt. Naast het feit dat de ruimte zich ervoor leent, hangt er ook een sfeer die iedereen verwelkomt om vrij te komen en te gaan wanneer ze willen. Zo is Meindert van Them Holy Rollers tijdens ons gesprek op de achtergrond de vinylcollectie aan het catalogiseren. Het is misschien geen gebedshuis meer, maar de gemeenschappelijke functie van het gebouw is toch blijven bestaan. De renovatie is een gezamenlijk project geweest, en dat zal de studio ook blijven, vertellen Hans en Sabine.

Maar de middag is compleet als we dan eindelijk ook echt geluid horen. Na wat aandringen neemt Hans plaats achter een iets ontstemde piano en laat voor de foto's zijn gospel invloeden horen. De kerk klinkt inderdaad weergaloos en de lichte rookwolkjes die uit de houtkachel komen breken het zonlicht dat door de hoge ramen naar binnen schijnt. Met een schuine blik op het grote kruis dat nog steeds hoog tegen de wand staat, komt er stiekem een vrome gedachte naar boven. In zo’n kerk zou je elke zondag wel willen doorbrengen.