Lichtgevende vleugels en een bijtend snufje gitaarmuziek. Simplon was 11 februari het toneel van Inge van Calkar's plaatpresentatie met Bibi and the Boys in het voorprogramma. De, door de Telegraaf zo genoemde, Groningse popprinses kan het klaarblijkelijk niets schelen dat er maar krap 200 mensen in de kleine bovenzaal passen; ze speelt alsof ze de hele Ziggo Dome voor zich heeft. Ook maakt ze vol gebruik van het feit dat zitconcerten verleden tijd zijn. Met neon-brilletjes, lichtgevende vleugels, strak gechoreografeerde lichten en publiek wat er gezellig doorheen lult is het een typisch popconcert dat soms een tikje te ‘campy’ is om helemaal serieus te worden genomen. Oh, en laten we Bibi en haar boys vooral niet vergeten, met een gitarist die na de show zijn shirt moest uitwringen. Samen trokken de twee acts ons terug in noughties gitaarmuziek en Top 40 synthpop.

Bibi and the Boys

Jonge honden met genoeg energie

We zagen ze al even kort op het podium staan een tijdje terug tijdens de GRONDSLAG showcase, en weer stellen ze niet teleur. De lichtshow van Inge blijft nog even uit en het voorprogramma zal het spektakel ergens anders vandaan moeten toveren en dat doen ze op een eigenwijze manier. Bibi and the Boys is als band het beste te vergelijken met een puppy die te veel energie heeft en nog niet goed weet waar ze het  laten moet. Als je hun enige single op Spotify luistert en je verwachtingen daarop afstemt, sta je live toch even raar te kijken. Op de plaat is alles vrij strak en systematisch, live gaat het echter alle kanten op. Nadat ze zich lekker ‘schools’ voorstellen en ons kort door de inhoud van hun set heen nemen (“we gaan jullie even lekker opwarmen voor Inge”) beginnen de boys en Bibi vrij braaf met een springerig indiepop nummer. Twinkelende gitaren en een motorisch ritme kabbelen lekker door, totdat ze de energie omhoog gooien en de gitarist zich in het zweet werkt. Het werkt op zich wel: trap even een fuzz-pedaaltje in en je geluid gaat van springerige indiepop naar bijtende gitaarrock die de gruizige kant van acts als Paramore en Pale Waves opzoekt.

Dat Bibi and the Boys een jonge band is, heeft zo haar symptomen. Het is niet altijd even strak en perfect en de band heeft hun geluid nog niet helemaal onder de knie. Het lijntje tussen dansbare pop en jaren 90 gitaarrock wordt wel bewandeld, maar soms struikelt de band er nog over. Toch kan je niet ontkennen dat Bibi and the Boys charisma hebben. De energie die ze uitstralen is besmettelijk, en het publiek vreet het op. Dit kan te maken hebben met het feit dat er best wat vrienden van de band aanwezig zijn, maar ook de Inge van Calkar-crowd proeft er graag van. Het maakt eigenlijk ook niet zo veel uit dat niet alles perfect is. Als je met zo weinig shows al zulk bravoure laat zien, dan kan het bijna alleen maar beter.

Inge van Calkar

Een popprinces met vleugels

Na een korte pauze in een volle bovenbar worden wederom de lichten in de zaal gedempt. De hoofdact van de avond is er klaar voor. Het publiek ook. Inge van Calkar is een bekende naam op het Groningse popcircuit. Toch kunnen we er niet omheen dat de naam altijd een beetje misleidend blijft. ‘Inge van Calkar’ klinkt meer als een gevoelige singer-songwriter à la Krezip of Ilse de Lange dan een flashy popact. Maar die fase heeft ze al meerdere jaren achter zich gelaten. Het is je dan ook vergeven als je Inge nog niet zo goed kende en  met grote ogen staat te kijken terwijl Inge’s gitarist zijn hair-metal chops laat zien vanaf een neon-flitsend podium. Wij hadden eerlijk gezegd ook een wat prominenter synthgeluid verwacht dan dat er gegeven werden. Inge van Calkar is weleens de Kylie Minogue van het noorden genoemd, zelf omschrijft ze het liever als Kylie meets Garbage. Deze vergelijking klopt best aardig, al kan het geheel toch wel wat rauwer. Ook de rockier nummers zijn zo strak gechoreografeerd dat het allemaal wat steriel aanvoelt. Wel doet de band veel verschillende stijlen aan en vervormen ze die tot een cohesief, comfortabel en poppy geheel met als gemene deler de podiumveteraan Inge en een productie te veel groter aanvoelt dan de kleine bovenzaal van Simplon.

Maar de strak uitgetekende show heeft zo zijn voordelen. Er is plaats voor theatrale acties en Inge schuwt niet om de campy kant van haar muzikale persoonlijkheid op te zoeken. Zo trekt de gitarist af en toe een glimlachje als hij zijn 80's superstrat aanzwengelt om wat slim geplaatste glam-likjes te spelen en wordt de outfit van Inge laagje voor laagje ontleed, zoals flashy pop grootheden dat doen. Ook hebben gitarist en bassist beiden lichtgevende neonbrillen op die lekker cheesy zijn. Het theatrale komt vooral in op kleine momenten naar voren. Links voor op het podium staat een telefoon die als prop wordt gebruikt tijdens een anekdote uit haar studententijd. Storytime met Inge van Calkar: De elektrische basgitaar wordt omgeruild voor een contrabas, de drummer doet alsof hij in een jazzclub staat, en de gitarist speelt wat zwoele accentjes. Een ex-vriendje had Inge op het laatste moment laten zitten omdat hij ‘te druk’ was met muziek maken. Het is een leuke adempauze in een show waar veel gebeurt. Toch jammer dat er altijd mensen zijn die er zonder schaamte doorheen praten, zelfs nadat ze even op de korrel worden genomen door Inge. Maar het blijft een popconcert in Nederland, en ergens doorheen praten, daar zijn we toch wel erg goed in. De storende stemmen worden pas de mond gesnoerd als Inge met een stel lichtgevende vleugels het podium bewandelt. Zoals al gezegd wordt vanavond de grens met camp vaak opgezocht en is het soms moeilijk om het geheel helemaal serieus te nemen. Toch stoort het niet en voegen de neon brilletjes, de popdiva outfit van Inge en de messiaanse vleugels alleen maar toe aan de euforie die duidelijk zichtbaar is op de gezichten in het publiek. Inge van Calkar zet een strakke show neer die staat als een huis en eigenlijk te groot is voor het geboekte podium.