Als Dodde enthousiast maar relaxt plaats neemt achter zijn synth, schallen de eerste beats van zijn ritmebox al door de speakers. Dat Andre Dodde al meerdere uren op het podium doorbracht als scheurende organist met Green Hornets Das Audio Combo is direct te zien en te horen. Aan het begin van het optreden zingt hij, maar even later verandert de zang in spoken word en doet deze wat denken aan Nick Cave. De combinatie van zang, funky orgelmuziek en ploffende beats geven de electro-sixties een hele eigen sound. Met zijn lange haar, t-shirt en flared broek is Dodde een prettige, neutrale verschijning. De looks leiden niet af van de muziek. Als hij de mondharmonica gaat bespelen wordt de gig nog vrolijker en interessanter. Tussen de nummers door proost Dodde met zijn publiek, dan verandert de set meer richting garage-dance en wordt het geluid harder en experimenteler. De mensen die dichtbij Dodde staan worden het meest in beslag genomen door het optreden en dansen ritmisch mee. Aan het eind van de show bedankt Dodde de luisteraars.
Op zaterdagavond staan er laat op de avond twee onemanshows in de Kelderbar van Vera. Eerst is het de beurt aan de bedreven organist Dodde, die met de beats van zijn drumcomputer en de funky tonen van zijn Moog-synthesizer de nieuwsgierigheid van de toeschouwers wekt. Daarna laat Stefan Kollee in zijn eentje duistere, monotone muziek horen die experimenteel aandoet. Niet de meest voor de hand liggende ingrediënten voor een geslaagd optreden. Toch zorgen de snerpende beats en rauwe gitaarklanken voor een eigenzinnig optreden dat de post-punksound met vleugjes garage en psych voor de getrainde luisteraar waarschijnlijk goed tot zijn recht brengen.
Funky orgel en klappende beats
KOLLEE’s duistere postpunk
De vloer in de Kelderbar voelt inmiddels vertrouwd plakkerig aan en de weeë lucht ruikt naar wasmiddel en zweet als het even later tijd is voor KOLLEE. De eerste elektrobeats en gitaarmuziek klinken direct rauw en duister. Voor de ongeoefende luisteraar ontbreekt het de onebandshow aan melodie. Hierdoor lijkt er een basis voor de muziek te ontbreken, blijft het optreden wat in het luchtledige hangen en lijkt de show weggelegd voor een select publiek. Eerst banen de snerpende beats zich een weg naar de gehoorgangen, dan zet ook de elektrische gitaar in. Nummers als Damn Nation klinken serieus, monotoon en complex. De gitaarsolo’s brengen hier geen verandering in. KOLLEE maakt tijdens het spelen van zijn donkere postpunkliedjes gebruik van de loopstations, die met flikkerende lichtjes over de vloer bezaaid zijn. In zijn overall is hij een bijzondere verschijning, maar één met de muziek. Eerder speelde hij in alternative psychrockband The Naked Sweat Drips, dat een vergelijkbaar geluid voortbracht. In december verscheen KOLLEE’s debuutalbum Proof of Existence, dat online gangbaarder klinkt. Misschien moet de Nijmeegse muzikant solo op het podium nog wat vlieguren maken om een blijvende indruk achter te laten. Vanavond was al met al toch alvast een goed begin.