Steven kijkt heel positief terug op zijn tijd bij Lola. Hij is zo’n vijf jaar betrokken geweest bij de kleine zaal aan de Pelsterdwarsstraat. “Toen we er begonnen kenden mensen de plek nog niet echt, er zat nog geen sticker op de voordeur. Toen we er weggingen hoorden we er echt wel een beetje bij in de stad,” vertelt Steven trots. Dat is best een prestatie, want Lola zat goed verborgen. Het is een bijzondere ruimte: er zijn geen ramen, alleen hele dikke muren en dikke deuren. Daarom hoor je, zelfs als binnen de dikste metal-act staat, van buiten niks. “Dat maakt een stad ook mooi, als mensen wat te ontdekken hebben,” vindt Steven. “Er moet wat te ontdekken zijn, daar waren we op den duur onderdeel van.” Dat is niet alleen Stevens verdienste, maar ook die van eigenaresse Ilja de Bruijn. Zij is een enorme powervrouw volgens Steven: “Ze heeft heel erg haar schouders eronder gestoken om Lola te maken wat het uiteindelijk was.”
Leuk, zo’n zaal midden in het centrum, maar logistiek gezien best een uitdaging. In- en uitladen in de binnenstad is altijd lastig. “Auto’s beginnen al snel te toeteren, maar ik ben dan gewoon aan het werk. Rij er maar even rustig omheen, hoor.” Gelukkig maakte Steven al gauw vrienden met de bewakers van de parkeergarage tegenover Lola. In ruil voor af en toe een bezoekje aan een ska-show mocht hij af en toe gratis parkeren in de garage.