Het is zaterdagnacht en het regent pijpenstelen. Het is de ideale tijd om te schuilen in de Kelderbar van Vera. Vochtig door de natte jassen en flink warm door alle mensen die op elkaar gepakt staan, kom je binnen in de donkere, bijna claustrofobie-uitlokkende zaal. Zo’n tien minuten na elf, spelen daar de mannen van Mo Bedick. Jonge jongens met galmende gitaren, toetsen en stem, die net hun EP Sicko uitbrachten. Je betreedt de droomwereld van Mo Bedick.

Een lucide droom

Met luie drums en slaperige gitaren wordt de toon van het optreden gezet. De geluiden galmen door de gangen van de kelderbar en het publiek wordt snel in een trance gebracht. Het is alsof je een lucide droom droomt. De zachte, lijzige gitaren en toetsen maken wegzweven makkelijk, maar telkens houden de stevige drums je met je voeten op de grond.

Tempowisselingen volgen elkaar op, wat het trippende effect van de galm en vertraging versterkt. Als je de nummers niet eerder hebt gehoord, is een duidelijke structuur ver te zoeken in de muziek. De nummers volgen elkaar snel op en dat maakt het sterk, omdat praatjes tussendoor de droom zouden onderbreken. Gekke, plonzende geluidjes, dreunende bas en drums maken het optreden geen moment saai.

Mo Bedick

Mo Bedick - Vera kelder

Geen tijd voor shout outs en applaus

“Shout out naar mijn vader, die staat hier in de zaal!” klinkt het midden in het optreden. Het haalt het publiek tijdelijk uit de zorgvuldig gearrangeerde trip. De muzikanten verdwijnen tijdens het spelen in hun eigen wereld en nemen het publiek zo gemakkelijk weer mee.

De frontman is als enige echt energiek en springt continu op en neer. Al gauw laat hij het publiek weten dat hij zich kapot zweet. Geen wonder in deze kleine, prettig benauwde setting. Het publiek danst met hem mee. Het optreden wordt duidelijk gewaardeerd, al klinkt er amper applaus na een nummer. Ga onafgebroken door met het verhaal, lijkt het publiek de band te willen zeggen.

Mo Bedick

Mo Bedick

Alice in Wonderland

Vaak gebruikt de frontman zijn stem als extra instrument. Bijna exotische kreten uit hij, en in combinatie met absurde toetsen is het soms wat nachtmerrie-achtig. Nooit is het echt eng, want de sfeer in het publiek is gemoedelijk en voelt veilig.

Ook wanneer hoge tonen worden gezongen fungeert de stem als een van de instrumenten. Door loopjes die elkaar snel en regelmatig blijven opvolgen, voel je je soms Alice in Wonderland die in het konijnenhol valt. Bang worden hoeft, opnieuw, niet, de grond is altijd dichtbij.

Afsluiten doet de band Mo Bedick met een nummer dat begint als pop. Het lijkt niet erg interessant, maar verandert aan het einde in een donker schurend nummer met harde drums. De vloer van de Kelderbar trilt ervan. Het zachte van de gitaren en bas wordt afgewisseld met harde geluiden uit de toetsen en geschreeuw dat door merg en been gaat.

Definitief schudt de band het publiek wakker wanneer zij stoppen met spelen. Als de toeschouwers allemaal langzaam naar buiten druppelen om te roken of naar huis te gaan is het ook nog eens gestopt met regenen. Mo Bedick verzorgt een trip die je bijblijft.