Acts die zich thuis voelen, een ingebouwde 'leefkuil', lief personeel met bitterballen en lekkere pauzemuziek zorgen voor een goede sfeer tijdens een niet al te drukke eerste editie van het Bloody Roots festival. Meer bands tussen de vele singer-songwriters zouden het festival de muzikale boost kunnen geven die het nog nodig heeft.

Bij de naam Bloody Roots denk je misschien aan een pittig festival met een crossover van punk naar country en gezien de reputatie van Olof - ook de man achter Pleuropsonic - viel dit ook wel een beetje te verwachten. Maar nee, vanavond gaat het er rustig aan toe. Té rustig misschien wel. Behalve aan het begin: de drie vrouwen die nu samen FlowerBox vormen, tappen uit een heel ander vaatje dan het duo dat voorheen vooral alternatieve countryliedjes speelde. Het toevoegen van een prima drumster en een draai richting een meer gruizige sixtiesgarage sound zorgen voor een geslaagde aftrap van het festival.

Met FlowerBox hebben we gelijk de laatste band van de avond gehad. De rest van het festival wordt ingevuld door singer-songwriters, waarvan Moon Almighty de eerste is. Haar rustige liedjes met een vleug weemoed en een scheut hartezeer doen het op zich goed in deze intieme setting. Zeker een songwiter uit Groningen die we vaker gaan zien. Wanneer je denkt dat je het op een zeker moment wel gehoord hebt, eindigt ze haar set met een sterk liedje waarbij je in gedachte al een drummer en bassist hoort. 

Ook Hans Hannemann komt het beste tot zijn recht met een band achter zich. Deze Groningse outlaw crooner heeft echter wel de dominante persoonlijkheid - en stem - om een optreden alleen te dragen. Hij wisselt zijn korte set mooi af met wat liedjes op gitaar en een tweetal crooners achter de piano.

Lisa Wanloo - uit Zweden - is een aardige vrouw met zeker een talent voor liedjes schrijven, maar als de derde singer-songwriter op rij valt ze een beetje door de mand. Het is allemaal te langzaam en te verstild wat ze doet. Menig bezoeker begint met de telefoon te spelen of te verlangen naar het warme bed. Haar hipster begeleider, met manbun, maakt het er allemaal niet spannender op.

Net als je denkt dat het allemaal te lang duurt en de avond een shot adrenaline nodig heeft is daar het duo James Hunnicutt & Philip Bradatsch. DIt Amerikaans-Duitse gelegenheidsduo (al begint het na twee jaar vaste vormen aan te nemen) wisselt elkaar in een rap tempo af. Eerst doet de één en dan de ander een liedje om vervolgens samen te eindigen. Vooral de inbreng van Bradatsch is heel goed omdat deze multi-instrumentalist, die we kennen van de Dinosaur Truckers, niet alleen virtuoos speelt maar ook heel catchy liedjes maakt. Ook Hunnicutt met zijn machtige stem weet het publiek trouwens in te pakken.

Al met al een heel aardige uitsmijter op een festival dat zeker een volgende editie verdient, maar dan graag wel met meer bandjes die de beuk er in willen gooien.