De persoonlijke verhalen over misstanden in de muziekscene blijven na de aflevering van BOOS binnenkomen. Vorige week schreven bijna dertig Nederlandse zangeressen een open brief waarin ze grensoverschrijdend gedrag aankaarten. Maar hoe zit het eigenlijk met de vooroordelen waar vrouwen in de muziek dagelijks mee te maken hebben? Anne-Roos van der Meijden, de helft van het Arnhemse muzikale duo Boter bij de Vis, schreef vanuit haar eigen ervaring een essay over die vooroordelen, in de hoop bewustwording te creëren. Lees het essay hieronder.

Toen ik een jaar of 15 was, ontmoette ik Bram. Een smalle jongen met sluik blond haar en een T-shirt van Foo Fighters. Hij was een ongelooflijke muziekfanaat, dankzij hem leerde ik ‘echte rock’ kennen. Scheurende gitaren, keiharde drumpartijen en een frontman die de longen en emotie uit zijn lijf schreeuwde. Ik vond het prachtig. In die tijd luisterde ik erg veel muziek. Het verspreidde zich als een olievlek van rock naar indiepop, Nederlandstalige en alternatieve muziek. In die tijd begon ik een playlist op Spotify bij te houden van alle nummers die me aanspraken. Laatst bekeek ik die lijst weer en er viel me iets op. Van alle 1200 nummers, op een handjevol na, is de uitvoerende artiest een man.

Sinds 2020 maak ik met mijn goede vriendin Mariam onder de naam ‘Boter bij de Vis’ muziek. We bedenken, schrijven, arrangeren, spelen, produceren en releasen de nummers zelf. Iemand hoorde onze nieuwe single en geloofde niet dat wij met z’n tweeën de beats zelf hadden gemaakt. Onze mastering engineer vertelde ons iets over dynamische EQ en ging ervan uit dat we geen idee hadden waar hij het over had, terwijl we hier in de productie vaak mee te maken hebben.

Een vriend van de radio stelde ons in een interview alleen vragen over zingen, hij ging ervan uit dat we enkel de nummers ingezongen hadden en dat de instrumenten inspelen en het produceren door anderen gedaan was. Op veel momenten denken mensen dat mijn partner – die man is en ook muzikant – heel betrokken is bij het bedenken en produceren van de nummers. Een kennis zei dat ik hem ‘toch wel meer credit zou moeten geven’.

13%, 17%, 14%. Dat zijn de percentages vrouwelijke artiesten op respectievelijk Pinkpop, Best Kept Secret en Lowlands in 2017 (1). Sinds 2000 heeft Pinkpop slechts 1,7% vrouwelijke headliners gehad. Op het Zweedse festival Bråvalla in 2015 trad Zara Larsson op. Er bestond toen een lijst op Spotify met de bekendste artiesten van dat festival, waarvan Zara Larsson, die 3 nummer-1-hits had in die tijd, veruit het meest gestreamd werd. Zij kreeg geen plekje op de festivalposter. Negen mannelijke artiesten wel. Op de Nederlandse radiostations is nu 20-30% van de gedraaide artiesten vrouw.

Ene Ronald Molendijk, ex-DJ en producent, had in 2018 duidelijke reden gevonden voor het feit dat er zo weinig vrouwen in de Radio 2 Top 2000 staan (toen 16%). “Vrouwen maken gewoon minder goede muziek,” was zijn verklaring in tafel bij RTL Boulevard (2). En ook: “Mannen voelen zich toch meer senang in een studioruimte.” Terwijl ergens backstage Aafke Romeijn, die uitgenodigd was te komen praten over haar column over vrouwen in de Top 2000, van de regisseur te horen kreeg dat er geen tijd meer was voor haar gedachten over dit onderwerp want ‘Ronald was lekker op dreef’, vertelt ze in Brainwash Talks (3).

In een Amerikaans onderzoek van 2021 onder vrouwelijke artiesten over de hele wereld, kwam naar voren dat vrouwen in de muziek vaak onderschat worden (4). Volgens dit onderzoek is het moeilijker erkenning te krijgen voor vrouwelijke artiesten dan mannelijke artiesten, zijn er niet genoeg vrouwelijke rolmodellen en heeft een schokkende 2/3e van de respondenten te maken gehad met seksueel geweld in de industrie.

Dan hebben we het nog niet eens over het lagere loon en hoe er tegen ‘oudere’ vrouwen wordt aangekeken. In het onderzoek wordt de conclusie getrokken dat deze grote uitdagingen symptomen zijn voor diepere problemen van systematische mannelijke dominantie die in de houding en het gedrag van de industrie doordringen. Meer dan 90% van de respondenten zegt dat ze onbewuste vooroordelen hadden ervaren.

Die onbewuste vooroordelen zijn zo doorgesijpeld in de maatschappij, dat ze moeilijk te definiëren zijn. Ik herinner me dat ik als kind graag wilde drummen, maar toen zag ik dat er alleen mannelijke drummers zijn. Ik was daar helemaal niet boos over, maar dacht gewoon dat vrouwen blijkbaar niet horen te drummen. Als tiener nam niemand me serieus als ik mee wilde praten over mijn favoriete bands. Een klasgenoot riep dat ik waarschijnlijk niet één nummer van Red Hot Chili Peppers kon noemen toen ik een shirt droeg van die band.

In de platenwinkel betrapte ik mezelf er laatst op dat ik ‘compensatie’-lp’s koop. Wanneer ik bijvoorbeeld het nieuwste album van Taylor Swift koop, neem ik tegelijkertijd iets van Radiohead, Muse of Nirvana mee, om vanuit een soort vreemde drang te bewijzen dat ik een ‘goede smaak’ heb. Ik ben onbewust beïnvloed en ik sta er nu pas bij stil. Ik weet dat ik niet de enige ben.

De dingen die je doet, worden vanzelf bepaald door opvattingen die je onbewust aangeleerd hebt. Bourdieu, een Franse socioloog uit de 20e eeuw, noemt dit habitus (5), een tweede natuur die als automatisch bepaald wat je doet of denkt. Je functioneert vanuit een logica, aan de meeste beslissingen die je op een dag neemt, gaat geen theoretisch onderzoek of lijst van alle mogelijke overwegingen vooraf. Het valt me op dat discussies over ongelijkheid vaak aan de oppervlakte blijven hangen. We worden boos en roepen dat dit anno 2022 écht niet meer kan, maar als je niet naar de kern van onze overtuigingen gaat kijken, gaat er niet veel veranderen. Dan zal je zien dat de discussie gaat liggen om een paar jaar later weer op te laaien.

Dat die onjuiste beoordeling vaak zo onbewust in ons systeem zit, maakt het lastig. De programmeur of radio-DJ die zegt alleen op kwaliteit te letten en niet op sekse, liegt waarschijnlijk niet, maar heeft wel ongelijk. Dat is geen bewust seksisme, maar een beeld wat we diep in ons systeem gevormd hebben van een artiest of iemand met goede smaak, maar ook bijvoorbeeld van politieke leiders of mensen met een topfunctie binnen een bedrijf.

Een sociologisch onderzoek van de universiteit van Toronto uit 2016 (6) concludeerde dat het ideaalbeeld van de artiest impliciet mannelijk is en dat we mannen sneller als creatief genie zien. Eigenschappen als zelfpromotie, onvoorspelbaarheid en asociaal gedrag, pikken we eerder van mannen dan van vrouwen. Rufus Kain maakte in een artikel voor De Correspondent (7) een vergelijking tussen Amy Winehouse en Pete Doherty. Beiden waren op een gelijk level bekend in dezelfde tijd en beiden hadden een drugsprobleem. Toch werd Pete Doherty gezien als een muzikaal genie die de grenzen opzocht, en Amy Winehouse als een mislukking, iemand die gek was geworden en het allemaal niet meer op een rijtje had.

Een onjuist beeld van hoe een muzikant er uitziet, heeft ook impact op de klassieke muziek. Uit een studie uit 1997 (8) blijkt dat orkesten bijvoorbeeld meer vrouwen aannemen als er gebruik wordt gemaakt van blinde audities. Zonder die blinde audities, nemen zij meer mannen aan. Toen Aafke Romeijn op sociale media de vraag stelde waarom er minder vrouwelijke representatie is in de muziek, werd er geopperd dat vrouwen gewoon minder ambitieus zijn, minder technisch en soms zelfs minder muzikaal. Deze sluimerende vooroordelen zitten in het hoofd van het overgrote deel van de bevolking, ook in mijn hoofd.

Van de een op de andere dag je complete Habitus omgooien, is ambitieus. Vanaf de oertijd bouwt onze cultuur al voort op het verhaal van de held, de man met de grootste verhalen over jagen, schrijft LeGuin in haar boek Carrier Bag Theory of Fiction. Dingen die gezien werden als ‘vrouwelijk’, bijvoorbeeld het verzamelen van voedsel, waren ondergeschikt. Dat het zo diep zit, wil niet zeggen dat we geen verandering teweeg kunnen brengen.

Het begint met kleine stappen richting het loslaten van zwart-wit denken. Koppel dingen die gezien worden als masculiene eigenschappen zoals zelfpromotie, onvoorspelbaarheid en ‘je roeping boven alles stellen’ aan het beeld dat we van vrouwen hebben. Begin met het valideren van dingen die gezien worden als feminien, zoals zachtheid, in de muziek en in de samenleving. Dan begint er uiteindelijk wel een balans ontstaan. Welk beroep of taak er bij welke gender past, is echt niet meer relevant.

Ik ben mijn eigen patronen gaan analyseren, toen ik merkte dat ik steeds triest werd als er een jonge vrouw in hetzelfde genre als ik opgepikt en omarmd werd. Ik geloofde diep van binnen dat het nu gebeurd was, mijn plek was ingenomen, het Nederlandse muzieklandschap verzadigd. Als er een man in mijn genre doorbrak, had ik dit trieste gevoel niet. Die overtuiging dat er te weinig plek is voor vrouwen hoor ik vaker van andere artiesten. Ik wens dat we dit kunnen omvormen naar een beweging om meer ruimte op te eisen, dat we elkaars grootste fans worden en elkaar mee naar boven trekken.

Ik hoop op verandering. Misschien kunnen we allemaal onze eigen afspeellijsten en fysieke collecties eens nagaan om te zien hoeveel vrouwen ertussen staan. En als er bij jou net zo’n scheve verhouding is als bij mij, kun je jezelf de vraag stellen waardoor dat komt. Begin met het kritisch kijken naar je eigen vooroordelen. Dat is precies wat we nodig hebben. Dan beloof ik dat ik nooit meer compensatieplaten in de platenwinkel koop.

Lees ook: