Het is een zomer van extremen en ook tijdens Into The Grave is het weer een belangrijke factor waar rekening mee moet worden gehouden in de productie van het festival. Op dag twee overheerst de snoeiharde wind die zorgt voor problemen en daaropvolgende voorzorgsmaatregelen voor de veiligheid van bezoeker en medewerkers. Een groot aantal banners aan de hekken gaan neer, waardoor ook dag twee als semi gratis te bestempelen is en de metalmarkt wordt ontruimd omdat het gewoonweg niet veilig is voor de standhouders. Desalniettemin gaat het op de podia gewoon door met de ene act na de andere. Volledig in de schmink en met een hoop theater of gewoon oerdegelijk door ervaring en kwaliteit. We pakken ook op deze dag alle optredens mee voor de recensies en de plaatjes. Lees erover in het dagverslag van de zaterdag.
CROBOT
Ken je die gozer die eigenlijk in een glamrock band wilde floreren, maar enkel muzikale houthakkers op zijn pad tegenkwam? Brandon Yeagley van het Amerikaanse Crobot is zo'n figuur. Met bewegingen die niet misstaan bij een sessie Nederland in Beweging, gecombineerd met een glitterjas en charismatische kop, laat hij zich muzikaal begeleiden door drie kerels van het type 'houthakken en doorzagen'. En verdomd... Wat een fijne combinatie op de zeer vroege middag van dag twee Into The Grave. Waar later op de dag wat gemopper is over de drukte op het pleintje voor de Loud Noise Stage, is het bij deze heren niet overvol maar prettig druk. Vroeg opstaan is in ieder geval voor Yeafley en zijn collega bandleden totaal geen probleem. Met de wind letterlijk en figuurlijk in de rug, rammen ze vol overgave en speelplezier een zeer vermakelijke show in elkaar. Waar de rest van de dag de powerriffs en blastbeats je om de oren vliegen, is het bij Crobot wat toegankelijker opstarten. Ze gooien rock, funk, stoner, een snufje psychedelica, wat glitter en enthousiasme in de blender en serveren de boel in een groot bierglas met een rietje en een parapluutje. Over een paar dagen komt het vierde studioalbum van de mannen op de markt en het is te hopen dat we ze nog vaak tegenkomen de komende periode in de Nederlandse clubs. (MH)
GOD DETHRONED
Dat een band van het kaliber God Dethroned een festivaldag moet openen is eigenlijk een klaar schandaal. Slim wel van de organisatie omdat er dan al vroeg veel volk op het plein is, maar deze Nederlandse death metalpioniers verdienen toch eigenlijk een plekje hoger in het schema. Al was het maar na Battle Beast, in plaats van er voor. Het zal bandbaas Henri Sattler een zorg zijn. Hij doet ook vandaag gewoon zijn ding en oogst daar, zoals eigenlijk altijd, veel lof mee. Terwijl veel bezoekers nog aan de koffie zitten, slingert hij de compromisloze death metal het festivalterrein op. In de korte tijd die de band maar gegund is vandaag, geven Sattler en co een mooi overzicht van hun discografie. Van zo'n beetje elk album komt wel een nummer langs. De band is zo vroeg op de dag erg goed in vorm en het geluid houdt het ook behoorlijk goed, ondanks de harde wind. De handen gaan dan ook meer dan terecht op elkaar voor deze openingsband. Zeker als No Mans Land wordt opgedragen aan de deze week overleden Thomas Wouters, voormalig zanger van Bodyfarm. Het is een mooi eerbetoon aan een veel te jong gestorven vakbroeder. (GK)
CRYSTAL LAKE
Crystal Lake ontpopt al gauw tot een van de verrassingen van de dag. Hoewel een metalcore band uit Tokyo, is het al gauw duidelijk dat de band hun eigen draai geeft aan dit inmiddels uitgeperste genre. Al enkele platen hebben de Japanners op zak, maar met het nieuwste album Helix lijkt de internationale bekendheid toch echt te volgen. En een optreden op de Loud Noise Stage is alvast een hele goede voorbode daarvan. Waar veel metalcore soms nogal in clichés of gezapige refreintjes kan vervallen, legt Crystal Lake juist de focus op een flinke stortvloed aan bruutheid vermengd met atmosfeer. Vaak genoeg wordt er flink van leer getrokken, met denderende blastbeats en diepe grunts, afgetopt door de gebruikelijke breakdowns. Maar Crystal Lake vervaardigt een eigen gezicht door de kleine details, dankzij diverse industriële foefjes en traditionele Japanse folk samples. Gooi daar ook nog eens een spontane podiumpresentatie tegenaan en je hebt een sterk optreden te pakken. Zelfs een slecht getimede wall of death blijft niet uit, waarop frontman Ryo Kinoshita roept: ‘’You’re too late, but thank you so much!’’ Al met al, een uitermate goede opstarter na de koffie. (MS)
BATTLE BEAST
Hoewel Powerwolf voor de meeste fans van powermetal de grote naam van de dag is, kunnen ze eerder op de dag bij het Finse Battle Beast ook al hun hart ophalen. Dit gezelschap maakt in typisch Scandinavische traditie bombastische heavy metal met veel extra opsmuk en theater zoals we gewend zijn van bands als Dragonforce en Gloryhammer. Het eindresultaat klinkt ongeveer alsof Bonnie Tyler halverwege de jaren tachtig ineens besloten heeft om een gitaar op te pakken en haar melodramatische powerballads over vikingen en goden te schrijven. Dat dit niet bij iedere metalfan in de smaak valt is een gegeven, maar los van al hun meligheid speelt Battle Beast vroeg op de middag wel een opzwepende show met dezelfde overgave als ze de avond zouden afsluiten. Zangeres Noora Louhimo is prima bij stem en wisselt op een nummer als Eden moeiteloos af tussen grunts, melodieuze zang en rollende falsetto’s. Voor de rest tapt de band muzikaal wel erg veel uit hetzelfde vaatje. Hier en daar hebben ze een stukje orchestratie toegevoegd, maar instrumentaal is de afwisseling tussen de nummers toch te beperkt om tot het eind interessant te blijven. Uiteindelijk doet dat toch afbreuk aan een verder vermakelijk spektakelstuk. (WN)
ALIEN WEAPONRY
In een korte tijd heeft Alien Weaponry behoorlijk wat hype gecreëerd en ergens is dat niet zo gek. Want het drietal bestaat uit jongens tussen de 17 en 19 jaar en heeft al flink wat zoden aan de dijk gelegd in hun thuisland. Een mix van groove en thrash, met traditionele Maori-invloeden doorspekt in het geheel. Frontman Lewis de Jong heeft een rauwe stem, enkele lekkere riffs op zak en als geheel spelen ze al verrassend strak. Maar toch, hoewel het zeker niet verkeerd klinkt en het in goede aarde valt, is het wel duidelijk dat we hier met een jonge band te maken hebben. De simplistische thrashriffs zijn soms wat zouteloos, de composities hier en daar saai en de Maori-gimmick die van tape komt, vloeit niet altijd goed over in de rest. Gezien de leeftijd van deze jongens, is het echter ongetwijfeld een kwestie van tijd. Richting het einde van de set wordt die grootse belofte dan ook aardig waargemaakt met een dijk van een eindsprint. Het opgefokte Raupatu toont bijvoorbeeld flink wat branie, en eenzelfde pit wordt soepel voortgezet in het sterke Rū Ana Te Whenu. Zonder meer dus een prima optreden van een band die hopelijk de hype overstijgt en zo een rooskleurige toekomst tegemoet gaat. (MS)
TESSERACT
Het Britse TesseracT is bezig aan een gestage opmars binnen de metalscene en heeft terecht een plaatsje gekregen op het Into The Grave hoofdpodium. Dit is geen band voor iedereen, want er wordt wel iets gevraagd van de luisteraar. De Engelsen mengen zoveel stijlen en ideeën door elkaar dat je er dol van zou worden. De hypnotiserende backdrop werkt in dit geval ook niet mee. Maar wie er ingezogen wordt, heeft een machtig uur. Er zit zoveel technisch en muzikaal vernuft in de nummers, het is haast niet bij te houden. Het is ook moeilijk headbangen op de polyritmische stukken. Wie het probeert is steeds een tel te vroeg of te laat. Metalcore, djent, groove, alles komt voorbij. Waar zanger Daniel Tompkins zichzelf haast binnenstebuiten keert oogt de rest van de band wel erg statisch. Maar goed: TesseracT is dan ook een band die het echt van de muziek moet hebben. Het best luister je dit met je ogen dicht en verlies je jezelf in King, Dystopia of het machtige Juno. Muzikaal is er geen speld tussen te krijgen en laat de groep horen dat hun stijgende populariteit meer dan terecht is. Dit is hogeschool metal gebracht door vijf muziekprofessoren die doorgaan voor de prijs 'beste band van de dag'. (GK)
JINJER
Het is dat de geweldenaren van Meshuggah later op de dag nog zullen spelen, maar anders was de prijs voor het meest brute geluid van de dag zonder meer naar het Oekraïense Jinjer gegaan. Op hun nieuwste plaat Micro maakt hun typische djentgeluid iets meer plaats voor melodieën, maar wie bang is dat de band nu softer klinkt wordt snel uit die angst geholpen. Onder leiding van de stuiterende zangeres Tatiana Shmailyuk serveert de band salvo’s aan blast beats, sludgey gitaariffs en opgefokte grunts, afgewisseld met verheven gitaarpartijen en weelderige zang. Dit is een combinatie die bij veel nu-metal en post-hardcore bands met wisselend succes wordt uitgevoerd, maar door hun overweldigende instrumentatie en het geweld van Tatiana’s stem boet Jinjer geen moment aan overtuigingskracht in. Oude hits als I Speak Astronomy en Words Of Wisdom werken nog altijd even goed, maar het is vooral op nieuwe nummers als Perennial en Teacher, Teacher dat hun eclectische mix van metal het beste uit de verf komt. Hier lijkt de band werkelijk te goochelen met al zijn diverse geluiden om alles dan toch weer in een vloeiend nummer om te toveren. Zo heeft Jinjer uiteindelijk misschien niet het meest brute geluid van het festival, maar slagen ze er als geen ander in om al hun verschillende invloeden samen te brengen in een wervelende show. (WN)
QUEENSRYCHE
Na het afgrijselijke Dedicated to Chaos uit 2011, leek het er even op dat het nooit meer goed zou komen met het Amerikaanse Queensrÿche. Maar wonderwel pakte het ontslaan van frontman Geoff Tate, en de opvolgende rechtszaak om de bandnaam, juist uitermate goed uit. Want met het aantrekken van Todd La Torre (Crimson Glory) is het echte Queensrÿche al drie platen terug aan het metalfront en verkeren ze in uitermate goede conditie. Het brengt deze veteranen eindelijk naar Into the Grave, met flink wat oud materiaal in de setlist. Al vanaf I Am I wordt een fijne reeks klassiekers ingezet. Bijvoorbeeld het vlotte NM 156 of de stampende meezinger Operation: Mindcrime. Maar toch, ondanks het prachtige Take Hold of the Flame en de majestueuze stamper Queen Of The Reich, lijkt er iets te missen vandaag. Dit ligt ook deels aan de nummers zelf, destijds vooruitstrevend en progressief, vandaag de dag toch wat antiek en kaal. Zo’n gewaarwording hoort natuurlijk niet uit te maken, als er gecompenseerd wordt met een machtig optreden. Echter slaat helaas de vonk niet over, mede door een gebrek aan spontaniteit en noemenswaardig contact met het publiek. Desondanks, is het natuurlijk eens te meer duidelijk hoeveel prachtige, emotionele songs Queensrÿche op zak heeft met het afsluitende Eyes Of A Stranger. Het is een alleraardigst optreden, maar toch eentje die de verwachtingen niet waarmaakt. (MS)
OST+FRONT
De theatrale freakshow van het Duitse combo Ost+Front is populair in Leeuwarden. Het plein voor de Hardcore Stage staat al vroeg vol om deze heren en dame aan het werk te zien. Natuurlijk is de eerste referentie Rammstein. Want ook Duitstalig en muzikaal ligt het allemaal dichtbij het oudere werk van deze grote broer. Ost+Front is alleen meer nog een zogenaamde hardheidsband zoals Oomph. Door het gedweep met oorlog natuurlijk wel wat controversiëel. Want Duitsers en oorlog blijft toch een dingetje. Zanger Herman Ostfront en zijn team maken er een mooi spektakel van. De in marstempo gebrachte industrial metal wordt opgeleukt met veel nepbloed, zwarte ballonnen en een bier- (of toch pis?) infuus voor de eerste rij. Muzikaal blijft alles behoorlijk overeind. De teksten van de nummers zijn dan wel wat simpel en al lang niet meer zo schokkend als tien jaar geleden. Nieuwe single Heavy Metal qua simpelheid voorop. De zelf gegeven schouderklop in 10 Jahre Ost+Front is natuurlijk je reinste zelfbevlekking, maar de band komt er mee weg. Het totaalplaatje is verder gewoon prima en vermakelijk. Aan één Rammstein heeft de wereld wel genoeg, maar als je die als festival niet kunt betalen is Ost+Front een prima alternatief. (GK)
TESTAMENT
Legendarisch was het, die show van Testament op Dokk’em Open Air drie jaar geleden. Door kortsluiting op het hoofdpodium ramden deze thrash metal pioniers er een maniakale set doorheen op de Party Stage. Zo gek als toen wordt het bij hun terugkeer naar Friesland vandaag niet, maar een vettig ingemetseld geluid en een retestrakke show is ze wel gegund. En dat is fijn, want Testament kan nogal eens wisselvallig zijn. Het resulteert vandaag dan ook godzijdank in een aanstekelijk enthousiasme bij boomlange Chuck Billy en zijn razende kompanen. Al vanaf opener Brotherhood Of The Snake is het goed toeven met een sterke setlist die laat zien dat Testament niet alleen teert op klassiekers van weleer. Ook later werk als D.N.R., More Than Meets The Eye en Low ontbreken niet, die over vergelijkbare stootkracht als klassiekers Over The Wall of Into The Pit bezitten. Kortom, Testament zoals je ze wilt horen, met messcherpe riffs, virtuoze solo’s en de mathematische drumpartijen van atoomklok Gene Hoglan. Publieksfavoriet Disciples Of The Watch en het allesverpletterende The Formation Of Damnation concluderen een puik thrash metal festijn, vol enthousiasme gebracht en met een goede mix van oude klassiekers en nieuwe hits. (MS)
LACUNA COIL
De hoogtijdagen van de female fronted (gothic)metal liggen ondertussen al even achter ons. Beeldbepalende bands uit die tijd zijn óf gestopt of hebben het muzikale roer omgegooid. Zo ook het Italiaanse Lacuna Coil. Ooit begonnen als symfonische (gothic) metalband maakt de groep nu een stijl die ligt ergens tussen heavy metal en rock. Nu was de groep altijd al anders dan anders, al was het maar dat frontdame Cristina Scabbia al nooit zong met een opera-stem. De transitie naar de Lacuna Coil van vandaag is dan ook wel te begrijpen. De groep oogt fris en Scabbia steelt de show in haar fel rode Hare Krishna-pyjama. Waarom de helft van de band een masker op heeft en de rest niet, is een raadsel. Het zal een stijl-dingetje zijn. Met de muziek heeft het niet te maken. Die is heel open en haast radiovriendelijk. Alternatieve rock met een nog een klein vleugje metal. De duetten van Scabbia en zanger Andrea Ferro zijn mooi, maar zonder scherpe randjes. Die hebben de Zuid-Europeanen er in de loop der jaren wel afgevijld. Deze Milanesen gaan nog altijd met hun tijd mee en dat is gewoon knap na al die jaren. Ze weten heus wel dat je met een andere stijl muziek fans verliest, maar aan de andere kant ook weer wint. Laat Lacuna Coil maar schuiven. (GK)
MESHUGGAH
Het verschil tussen Meshuggah en afsluiter Powerwolf is haast buitenaards. Waar laatstgenoemde zich kenmerkt door melige meezingers, zijn deze Zweden de complexiteit zelve. Thrash metal, technische death metal, prog... Welk plakkaat je er ook aan kunt hangen: Meshuggah is hun eigen genre, een onnavolgbare sonische afstraffing bereidwillig ontvangen voor wie het geduld ervoor kan opbrengen. Vandaag serveren ze dan ook een van de hoogtepunten van het festival. Geen hapklare brok, met een band die synchroon headbangend songs als Rational Gaze Of Violent Sleep of Reason op de toeschouwers afwerpt. Hoewel de riffs op het eerste gehoor wat repetitief lijken, brengt het de luisteraar juist in een geleidelijke hypnose, aangevoerd door het veelvuldig misbruikte strottenhoofd van Tomas Haake en onnavolgbare drumritmes. Maar het zijn daarbovenop de details die het afmaken dankzij spaarzame solo’s en hallucinante gitaareffecten van Per Nilsson. Dit is terug te vinden in bijvoorbeeld Lethargica, een onstuitbare kracht die onverbiddelijk je ziel open splijt, tot een haast kalme melodie je een vals gevoel van veiligheid geeft. Met afsluitende monsterhit Bleed en stoomwals Demiurge stampen deze Zweden de tot stof vergane geraamtes uit de grond. Een absolute mokerhamer in je gezicht, dat Meshuggah. (MS)
SACRED REICH
Dat het er ooit nog van zou komen: 23 jaar na Heal komt er eindelijk een nieuw Sacred Reich album, genaamd Awakening, in de schappen. Een ware cultact in de thrash metal, die uitblinkt in hun maatschappelijke, politieke teksten met een positieve insteek. Met een overvol optreden op de Loud Noise Stage en vele thrashgranaten op zak, trekken ze dus nog steeds een hoop bekijks. Sterker nog, deze podiumbeesten zorgen al gauw voor een van de beste shows van het weekend. Op vurige wijze wordt er geopend met het nog steeds relevante, midtempo The American Way en de crossoverkraker Death Squad. Maar vroeg pieken, daar doet Sacred Reich niet aan. Met het gloednieuwe nummer Awakening is het duidelijk dat er een dijk van een comebackplaat aankomt. Wat volgt is een sterke mix van oud en nieuw, waar nieuwe knallers als Manifest Reality of Salvation moeiteloos wedijveren met hits van weleer als de furieuze ballade Who’s to Blame of het krachtige Independent. Frontman en boegbeeld Phil Rind is zichtbaar geëmotioneerd door het enthousiaste onthaal en legt uit hoe ze zich hier altijd welkom voelen. Na het vlammende Divide and Conquer ontbreekt hun allergrootste hit natuurlijk niet en wordt Surf Nicaragua uit volle borst meegebruld door het gehele publiek. Ongetwijfeld een nu al legendarisch optreden van een band die het hoofdpodium verdiende. Volgend jaar weer? (MS)
POWERWOLF
Dat niet iedere afsluiter ook een hoofdact is, wordt vandaag pijnlijk duidelijk als Powerwolf het podium op stapt. Hoe hoger de theatrale power metalband op de bill staat, hoe gekker het wordt. Zoals bij meer grote 'metal' bands wordt de nadruk ook vanavond gelegd op de verpakking en niet op de inhoud. Vuur en vlammenwerpers moeten verhullen hoe simpel en leeg de nummers eigenlijk zijn. Als er al een song gespeeld wordt, want de Duitsers zijn ook erg goed in tijdrekken. Slechts tien liedjes in negentig minuten. Dat is wel erg mager, boys. Tussen de nummers door balkt frontman Karsten 'Attila Dorn' Brill wat tegen het publiek. Hij laat z'n fans braaf keer op keer oh's en ah's zingen en wil koste wat het kost voorkomen dat er vaart in de show komt. Pak eens door, man. Laat gewoon horen dat je band echt heel goed is in plaats van het steeds uit te leggen. Brill lacht zich ondertussen krom, want hij heeft met deze minimale inspanning wel maximaal resultaat. Ook gezien de vele fans voor het podium en de talloze Powerwolfshirts op het plein. Ze eten uit z'n hand. Dit is nu eenmaal de nieuwe generatie metalbands. Wen er maar aan. Als radiohit We Drink Your Blood verzand is in een tien minuten durend epistel waar geen eind aan lijkt te komen, vinden de Duitsers toch zelf ook dat dit spelletje lang genoeg heeft geduurd. Er is aan de contractuele verplichtingen voldaan, op naar het volgende festival. Deze winderige dag kende een paar mooie hoogtepunten, maar daar zit het optreden van deze band echt niet bij. Wat een aanfluiting. (GK)