Into The Grave is niet voor watjes, dat moge duidelijk zijn. Je brein moet vanaf vier uur in de middag tot klokslag twaalf uur in de nacht een dosis metal verwerken, stromende regen doorstaan, crowdsurfers opvangen en harde klappen in de moshpit incasseren. De geprogrammeerde acts van vrijdag zorgen dat het publiek niet verzuipt tijdens stort- en aanhoudende regenbuien. Na de regen komt geen zonneschijn meer, louter duisternis... Maar goed, we zijn op een metalfestival, niet waar? Twee redacteuren en twee fotografen trotseren het natuur- en metalgeweld en laten het eerste dagverslag van dit weekend bovendrijven. Klik onderaan dit artikel ook even door naar het uitgebreide verslag van Gojira.
Toxic Shock
Op een gestaag vollopend terrein zijn er weinig betere binnenkomers dan Toxic Shock. Deze Belgische stroomstoot baant zich vernuftig een weg over het podium, terwijl de muntjes nog worden gehaald en de eerste biertjes worden genuttigd. Naar originaliteit hoef je niet te zoeken bij deze band, maar dat geeft niet. Want de riffs zijn heerlijk scherp, de vlotte ritmes schudden de nekspieren los en de midtempo passages staan gelijk aan een stomp in het gezicht. Voeg daar ook nog eens een rondspringende frontman aan toe en het metalfeestje is compleet. Potten breken doet het vandaag echter nog niet, ondanks die aantrekkelijke mix van thrash metal en punk. Toxic Shock ramt en scheurt erop los, maar weet de eerste moshpit nog niet op gang te brengen. Into the Grave is hiermee desondanks wel flink opgewarmd voor het geweld van Toxic Holocaust. (MS)
Toxic Holocaust
Verwacht geen muzikale nieuwigheden bij Toxic Holocaust uit Portland, Oregan. De band met de weinig verhullende naam klettert er net zo ongenuanceerd op los, met zijn thrash metal uit de klassieke school. Kort maar krachtige nummers vlammen je tegemoet. Nadat de zang bij aanvang even niet hoorbaar is, kieperen de Amerikanen hun eerlijke portie no nonsense eigenlijk meteen over de menigte heen. Gecentreerd rond de charismatische, hoogblonde (´foute´ kleurspoeling?) zanger/bassist Joel Grind krijg je goed giftige thrash op je bord, die tamelijk primitief maar oh zo aanstekelijk aandoet. Het pakt een grote groep spectators dicht vooraan het podium stevig beet en de eerste duidelijke moshpartijen in een nog vroeg stadium van het festival zijn een feit. Aangestuurd met een recht door zee punk-attitude en een vleug black metal blinkt Toxic Holocaust uit met uitgekookte songs, waarin her en der interessante gedoseerde vertragingen ook nog eens een lik death metal laten weerklinken. Heerlijke set pure, rauwe metal. (JdR)
Decapitated
Van een nog eventueel restant onderdrukte spelvreugde geeft het Poolse Decapitated geen blijk. Het had misschien gekund, gezien het volledige gezelschap achterin 2017 enige maanden in hechtenis zat wegens een vermeende (groeps)verkrachting. Onterecht, zo de uitkomst nu gelukkig is. Maar dus geen kattepis, een dergelijke aantijging. Gauw terug naar de muziek. En die zet het viertal aan het begin van de avond, volmondig, retestrak neer.
Deze death metallaars zijn inmiddels zo’n twintig jaar bezig en met elk album schuift het deathgehalte iets op richting groovende metal. Het resulteert nu in een overwegend modern aandoende mix van technische death, thrash en groove metal. Een soort van Meshuggah meets Machine Head. Met een vrij gepolijste sound, die maakt dat het gros van de passerende tracks wat afstandelijk aanvoelt. Het houdt niet tegen dat Decapitated als een ware stormram met machinale precisie op het publiek inslaat. Aangevoerd door de imposante zanger/frontman Rafal Piotrowski (inclusief woest headbangende, ´meterslange´ dreads). Zijn metalcore-achtige vocalen (op den duur wel wat ééntonig qua gegrom) sluiten goed aan bij het voornamelijk masculine songmateriaal. Dat in de robuustheid nog fraaie tegenhangers heeft; melodieus uitrollende gitaarpingels en backtrackende synthgeluiden vormen geregeld aangename atmosferische toppings. De afronding van Decapitateds set gaat dan gepaard met de eerste dikke plensbui van vanavond. Regen die helaas de rest van de avond blijft aanhouden. (JdR)
Orden Ogan
Onze oosterburen kunnen goed smullen van het type power metal dat overloopt van theatrale bombast. Voor zij die er bij waren: denk aan het vorig jaar op Into The Grave neergestreken ´weerwolven-theater´ van Orden Ogans landgenoten Powerwolf en het geschetste beeld is aardig duidelijk. Houd ervan of niet, een middenweg is er vaak niet. Ook Orden Ogan schittert in veelal protserige melodieën, een modern, gekant metalriffgehalte (met enig vlechtwerk van traditionele heavy metal) en epische koortjes. De voorbijkomende tracks kennen de evenzo typerende thematische invullingen van onder andere ijsvlaktes (van het album To The End), verradelijke moerassen (van Ravenhead) en, van Orden Ogans meest recente wapenfeit Gunmen, prairie-geavonturier. Het wordt vanavond haarfijn tot in de puntjes uitgevoerd, door oversolide muzikanten. Die zich laten omringen door de theatrale props op het podium, de veelvuldig spuwende vlammen inbegrepen. Een erg ´bedacht´ totaal en vaak nogal overdone in die dik aangezette sentimenten. Ja... Je moet er nogmaals van houden. Feit is wel dat dergelijke power metal praktisch altijd erg knappe uitvoeringen kent. Orden Ogan is daarop dan ook zeker geen uitzondering. (JdR)
Delain
Wat 15 jaar geleden begon als een project voor Martijn Westerholt, voormalig Within Temptation toetsenist, is uitgegroeid tot een band met een eigen identiteit. Hard werkend, veel tourend en met internationale faam als resultaat. De gladde symfonisch metal lijkt wat misplaatst tussen het death metal geweld vandaag, maar Delain weet hier wonderwel raad mee. Aanvankelijk lijkt de set namelijk op rolletjes te lopen, terwijl het terrein ondertussen nog steeds verzuipt onder de regenval. Totdat na We Are The Others de boel stilgelegd wordt. Gooit de aanhoudende regen dan toch roet in het eten? De kortsluiting wordt echter goedlachs opgepakt door de band. Na een klein kwartier en enkele valse starten vervolgt Delain met The Hurricane, opgeleukt met een verwarmende bak vuur. De rest van het optreden pakt goed uit, dankzij een strak geluid en een charismatische frontvrouw. Gelikt en poppy is Delain zeker, maar toch wordt dit meermaals goedgemaakt met een stevige riff of een breakdown hier en daar. De stromende regen en gebrekkige affinitiet met symfonische metal heeft ondertussen een groot deel van het publiek weggejaagd, naarstig op zoek naar een plek om te schuilen. Wie vooraan tussen het in poncho’s gehulde publiek staat, geniet echter een uiterst gezellige sfeer. Gezien dit gepaard gaat met een sterk optreden, heeft Delain overtuigd vanavond. (MS)