De pandemie nekte veel mooie projecten. Zo ook de albumrelease van Roos Meijer samen met het Residentie Orkest. De zangeres zou samen met het klassieke Haagse ensemble de geboorte van debuutalbum ‘Why Don’t We Give It A Try’ vieren, maar drie dagen van tevoren gooide een nieuwe lockdown roet in het eten. De show is verplaatst naar 4 juni maar zo lang konden Roos en haar band niet wachten. Op een prachtige herfstdag werd in een prachtige hal in Seelab op Scheveningen de release alvast gedaan. Zonder orkest maar met een prachtig activistische boodschap.

In een eerder interview gaf Roos al aan het album geschreven te hebben rondom gesprekken met verschillende changemakers. Acht interviews gedaan met mensen die een verschil maken in verschillende delen van de wereld. De boodschappen die Roos wil delen zijn weinig dubbelzinnig. Zonder er teveel doekjes om te winden zingt de zangeres in het titelnummer van de plaat: “Isn’t it strange, how love is illegal. While having a gun is all right.” Des te knapper is het feit dat de teksten geenszins plat of doorsnee klinken. Want ondanks dat de meeste woorden letterlijk betekenen wat de zangeres ermee wil zeggen, voelt het geheel poëtisch aan.

Voor verduidelijking van het thema van de verschillende songs, worden fragmenten uit de interviews die Roos hield met de changemakers afgespeeld en zijn er zelfs twee van de inspiratiebronnen aanwezig. Voor een gesprek over de situatie in West-Papoea is Julia Jouwe van de stichting Free West Papua aanwezig en over de NGO Child Houses, die (wees)kinderen in Syrië voor korte tijd opvangen en begeleiden is Alaeddin Janid aanwezig. Beiden vertellen over hun achtergrond en waarom ze doen wat ze doen. Vervolgens speelt de band ‘In My Name’ (over West-Papoea) en ‘To Be Free’ (Child Houses). Julia stipt precies aan waarom Roos Meijer met deze songs iets goeds doet. De activiste verwacht niet dat iedereen een stichting opricht of doneert, maar als iedereen op diens eigen manier een bijdrage, of dat nou in actie of in lied is, kan leveren aan een goede wereld is dat al goed.

 

Tekst gaat door onder de foto's

Julia Jouwe

Alaeddin Janid

Los van dat de boodschappen die Roos overbrengt erg krachtig zijn, moet dit ook gezegd worden over de muziek. Roos beschikt over een mooie, lichtelijk hese, stem die tegelijkertijd diep en warm klinkt en ze wordt begeleid door een zeer sterke band. Violiste Evi Bosman zorgt voor een mooie invulling met haar instrument en speelt hier en daar ook bassynth. Robin de Geus contrasteert mooi met zijn elektrische gitaar en scheurt soms zachtjes door het tapijt dat gelegd wordt met de akoestische sound. Ook de rest van de band moet geprezen worden om diens muzikale capaciteiten en achtergrondzang. Het opvallendste bandlid is echter de enige die niet meezingt. Ghaeth Almaghoot speelt klarinet en duduk, een Armeens rietblaasinstrument dat een warme houten sound heeft. De nummers waar Ghaeth op meespeelt krijgen hierdoor een wat meer oriëntale feel wat het geheel nog authentieker maakt. Een ander hoogtepunt in de set is wanneer de gehele band zich verzamelt rondom een omnidirectionele microfoon. In een muisstille ruimte wordt a capella het nummer ‘Change Will Come’ gezongen, dat een klein maar erg krachtig, meerstemmige song is geïnspireerd door Roos grootmoeder die ook aanwezig is.
 

Aan alles merk je dat de albumrelease een bijzonder meetpunt is voor Roos. De locatie is zorgvuldig gekozen, er is voor gezorgd dat er changemakers aanwezig zijn om hun verhaal te doen en de muziek lijkt tot in de puntjes uitgewerkt. Dat de show met het Residentie Orkest is uitgesteld voelt niet als een teleurstelling, want dan had deze intieme uitvoering nooit plaatsgevonden. Roos Meijer heeft een ontzettend mooi album uitgebracht en dat heeft de zangeres gekoppeld aan een ijzersterke boodschap. Op die manier combineert de muzikante haar platform met haar boodschap. Iets dat door activiste Julia Jouwe werd benoemd als belangrijke vorm van protest. Een sterk optreden met een inspirerende uitwerking.