Aan de Belcrumweg zit een wel heel levende doodlopende straat vast: de Veilingkade. Met daaraan gelegen: skatepark Pier 15, een kringloopwinkel en een platenzaak, Green Vinyl. Dit alles is geen stom toeval, maar is het gevolg van het samenwerkingsverband STEK, wat zich laat omschrijven als ‘een broedplaats voor kunstenaars en creatieve ondernemers.’ De platenzaak zit zo goed weggestopt in een hoekje, dat er meerdere bordjes zijn die je wegwijs moeten maken naar de voordeur. Wanneer de deur opengaat, is in een rondblik een podium te zien met daarop een zitbank, met op de voorgrond een dj-set, rekken vol platen, een wand vol apparaten om die mee af te spelen en een bar met daarachter Jeroen, een van de twee monteurs, en mister Green Vinyl himself: Frank Groen. “Een bak koffie?”, vraagt Frank, een dertiger voorzien van baard en groot montuur.
In de serie ‘Bredase vinyl verhalen’ laten wij de kennis achter de toonbank spreken. Frank Groen (34) is een bekende naam onder platen mixend Breda, maar bij het horen over zijn vermelding op de internetpagina van DJ City Breda antwoordt hij met: “Welke website?” Hoewel je Frank zelf nooit een plaat zult zien mengen, mengt hij er in zijn zaak, op hele andere manieren, op los.
Gabber met zachte ‘G’
De uitspraak waarmee de vraag wordt gesteld, verraadt een Limburgse afkomst. Het is waar Frank is opgegroeid. Daar begon zijn liefde voor muziek, of, om nog preciezer te zijn: ergens rond het jaar 1988, toen zijn oom hem voorstelde aan de muziek van Queen. Het kapsel zou dan weer kunnen verraden waar Groen in zijn puberfase mee aftrapte (hakte?). Hoewel: de gabbermuziek uit de jaren ’90 was slechts een startpunt: "Dat ging al gauw alle kanten op: metal, hip-hop en alles wat daar tussenin zit. Zo vond ik The Prodigy heel vet, een beetje een mengelmoesje."
Frank ging van de middelbare schoolfase naar de studentenfase. Hij koos voor rechten aan de Radboud Universiteit. Daarmee veranderde ook zijn muzikale fase. Hij kreeg voorkeur voor het elektronische genre drum & bass. Zijn muziekkeuze had direct invloed op het medium waar hij het mee afspeelde; na de wisseling van het decennium was digitale muziek voor dj’s nog geen goede optie en met cd’s was lastig te draaien. Dat zorgde ervoor dat een medium dat qua verkopen op ‘sterven na dood was’, nog intensief werd gebruikt door die groep muzikanten. Ze draaiden op het vinylformat, maar dan wel op een uitzonderlijke variant: de maxi single. Er werden twee nummers per kant op het vinyl geperst, tegenover het gebruikelijke aantal, dat zo rond de vijf ligt. Albums van zes platen werden op deze manier de standaard binnen het genre. Dat is overigens niet de enige reden dat Frank voor vinyl heeft gekozen. Tijdens het inpakken van bestellingen van zijn webshop, kiest Frank voor het gemak van streaming: “Op de achtergrond gaat dat door en door en als het op is, gaat het vanzelf verder. Na een tijd denk je niet echt meer na over wat je aan het luisteren bent. Je vindt het prima, zolang het niet ergerlijk is. Het wordt een soort muzikaal behang.” Naar vinyl luistert hij op een totaal andere manier: “Ik merk ook dat ik daar thuis echt voor ga zitten, met een drankje erbij.”
Van hobby naar handel
Zijn studietijd was het moment dat Frank ging handelen. ‘Een hobby’ voor Frank, die er vooral was voor de fun, maar ook om de collectie te kunnen bekostigen. Het bleef een tijdje een hobby, toen Groen aan de slag ging als accountmanager. In de tussentijd besloot hij Limburg te verruilen voor Brabant en vertrok met zijn vriendin richting Breda. In 2012 settelde hij zijn handeltje in een loods aan de Heerbaan. Het was ook het moment dat hij begon met de handel in platenspelers en ”alle gear die je daar op aan kunt sluiten.” Steeds vaker ging de opslagruimte open voor vinylsnuffelaars. Tweeëneenhalf jaar geleden kwam er dan ook een fysieke winkel aan de Veilingkade.
Als de deur van die winkel opengaat tijdens het interview, komt een klant binnengelopen. “Ik zal Jeroen even vragen om te kijken naar je huidige set,” zegt Frank tegen de man. In de zaak worden meerdere functies gecombineerd. Naast de verkoop van vinyl en vinylspelers, worden de laatste ook gerepareerd en onderhouden in de zaak. Als de platenspeler is afgegeven en de ruimte zich vult met het geluid van schroefmachines, tilt de klant enkele dozen de zaak binnen. “Er zitten vijf hardcore platen tussen”, zegt de klant terwijl Frank op de grond zit en aandachtig door de collectie spit. Hij let hierbij meer op de staat van het vinyl dan die van de hoezen, die vindt hij minder belangrijk. Aan de keuze van Frank is een verandering te zien die hij heeft doorgemaakt in der loop der tijd; de focus ligt allang niet meer op de elektronische genres, maar beslaat een breder spectrum aan muziekstijlen.
In de bakken is tegenwoordig dan ook van alles te vinden van de elektronische genres, tot jazz tot al het aan rock gerelateerde spul. Nieuw en tweedehands, maakt niet uit. In Franks zaak komt alles bij elkaar. Het is een ware mengelmoes, die overigens niet té groot moet worden: “Ik denk niet dat dat goed is voor mijn overzicht op het geheel.” Niet dat Frank tevreden is: hij is continu opzoek naar dingen die beter kunnen. “Dat kan gaan van de indeling van de winkel, het aanbod. Ik denk dat dat nooit ophoudt.”
Franks top drie
De voorkeur voor de mengelmoes komt ook terug als je Frank vraagt naar zijn top drie.
3. Manu Chao - ‘Clandestino’
“Dat is eigenlijk het mooiste live. Hij heeft ook wel een aantal live-albums, maar dit album heb ik toch echt het meest geluisterd. De muziek is heel vrolijk en energiek. Het is een beetje een mengelmoesje. Er zit een vleugje ska in, een vleugje reggae en een vleugje latin. Het is misschien niet voor ieder moment van de dag, of misschien juist wel. Ik denk dat deze plaat een slecht humeur kan verhelpen. Je wordt er vanzelf vrolijk van. Ik kwam het tegen toen ik veel videoclips keek op MTV en TMF. Vroeger zette ik altijd een van de twee aan om videoclips te kijken en daar kwam ‘Bongo Bong’ voorbij en dat kende ik nog niet. Later heb ik Manu nog op festivals gezien. Het live-gebeuren maakt deze artiest. De energie is fantastisch. Het is een groot feest. Dat is wel toevertrouwd aan Manu Chao. Hij komt voort uit de band Mano Negra. Dit moet je maar eens luisteren!”
2. Bobby Womack - ‘The Bravest man in the Universe’
“Bobby Womack zal bij veel mensen bekend zijn. Hij heeft heel veel muziek gemaakt, waarvan een groot deel soul en disco is. Dit is een compleet afwijkend album in alle opzichten. Het is eigenlijk een project van Damon Albarn van Blur. Die heeft Bobby benaderd met de wil om een album te maken, waarop Bobby de vocals doet en Albarn de productie. Het is een album dat alle kanten opgaat. Het gaat zelfs naar de techno toe. Er zitten toffe samenwerkingen bij, zoals met Lana Del Rey en Gil Scott-Heron en Fatoumata Diawara. Het is zo’n album dat een clash van stijlen is, wat enorm tof uitpakt. Mijn mooie herinnering met deze artiest is dat ik hem een half jaar voor zijn dood op Glastonbury heb gezien, waarbij dit album het eerste deel van de set was en na de pauze kwam een best of, waar ik een aantal keer had: “ow, verrek, dat is ook van hem.” Dat vond ik heel tof. Heel kort daarna is hij gaan hemelen. Ik zet hem vaak op in de winkel. Je hoort hier echt twee werelden die bij elkaar komen.”
1. Massive Attack - ‘Mezzanine’
“Het is het album waarmee ik de band heb leren kennen. In de jaren ‘90 had Jan Douwe Kroeske zijn Twee Metersessies op 3FM. Ik hoorde dit toen ik op de achterbank bij mijn ouders zat. Pas later ben ik het gaan herontdekken en bedacht ik me weer hoe goed ze zijn. Ze hebben ook het album ‘Heligoland’. Dat is dan wat recenter. Die heb ik gekocht toen die uit kwam. Het was uit de tijd dat ik geen platenspeler had. Ik kwam er bij terug omdat het een steengoed album is. Het is uit 1998. De band heeft zijn eigen stijl. Er zijn meerdere bands die trip-hop maken, maar Massive Attack schiet daar echt bovenuit door hun productiekwaliteiten. Het is een geëvolueerd iets van stijlen: wat hip-hop, wat elektronica.”