‘Ladies and gentlemen, here is Jérémie from Belgium!’ De achterdeur van AFAS Live zwaait open, de cameraman van de Belgische kandidaat zet zijn onzichtbare heraut-pet weer af en grijpt zijn camera. Als een joker uit een taart is daar Jérémie Makiese; voetballer, winnaar van The Voice Belgique, r&b zanger. Een knappe jongen, constateerde S10 net al even toen ze hoorde dat de Belg met haar flirtte in Shownieuws. Want zo gaat dat, de Eurovisie-gekke media zijn dol op juice, dus dat geef je. ‘Daar kan ik wel wat mee, al is die Italiaan knapper.’ Jérémie duikt in de armen van de fans die zich al de hele middag verschanst hebben naast de backstage-ingang. Er vindt vanavond een opwarm-evenement plaats, en maar liefst 27 landen zullen alvast hun liedje laten horen. Nog niet met de verbluffende jurken, visuals en dansjes waarmee ze straks in Turijn zullen aantreden, maar met Cornald Maas en Edsilia Rombley als hosts en een zaal vol vlaggetjes voelt dit toch als een verdomd aardige generale.
Tien meter rechts van de ingang staat S10, verscholen in een loading dock met een zonnebril. Ze staat daar verdekt opgesteld met de complete Nederlandse delegatie van Eurovision en haar manager Froukje Bouma, en ze rookt een sigaret. Even snel. Ze rookt eigenlijk altijd een sigaret. Dan kijkt ze even voorzichtig om het randje. Zo natuurlijk als de Belg speelt S10 het spel nog niet helemaal. Ze voelt zich nog een beetje een buitenstaander, een toeschouwer. En oh ja, ze heeft ook net 3,5 uur non-stop interviews achter de rug, met Eurovisie-fanatici vanuit heel Europa. ‘Ja, dat kan ik dus kennelijk, zo lang focussen. De AFAS werd vanmiddag even een bubbel, echt hyperfocus, daar buiten was eventjes niks. Het is heel dankbaar, want Songfestival-liefhebbers zijn vooral fan van het evenement. Dat je daaraan meedoet is al genoeg. Nu ben ik wel even kapot hoor. Ik ga straks wel even selfies maken, eerst even een momentje voor mezelf.’
Een jaar geleden bedacht S10 min of meer uit het niets dat ze naar het Songfestival wilde. Ze zat naar de show te kijken en flapte haar wens meteen op Twitter. De meeste artiesten doen daar heel geheimzinnig over. De delegatie houdt expres zorgvuldig geheim wie zichzelf allemaal aanbieden, om de lat laag te leggen voor artiesten die iets te verliezen hebben. Dat is een slimme strategie, want sinds Anouk (2013) hebben heel wat grote namen un reputatie op het spel gezet in de Eurovisie slangenkuil. Maar wat kan Stien den Hollander dat schelen? ‘Als ik een idee krijg kan ik me soms spontaan verliefd voelen. Dan wil ik het gewoon fixen. Weet je wat het ook was? Ik had met corona twee jaar lang voor niet meer dan 200 mensen opgetreden. Ik had ook geen nieuwe muziek, alleen ‘Adem Je In’ en nog één ander liedje. Ik dacht: mijn relevantie gaat weg. Misschien is dit wat ik moet doen. Ik wil gewoon op avontuur!’
Het grote avontuur komt steeds dichterbij. Nog even en het Songfestival in Turijn begint, met onze eigen S10 als Nederlandse afgevaardigde. 3voor12 keek mee bij een opwarmer in AFAS Live en sprak uitgebreid met Stien den Hollander.
'Ik wil mensen vertrouwen'
Natuurlijk had S10 niets om zich zorgen te maken. Ze bracht haar laatste album Vlinders uit in 2020, voorganger Snowsniper in 2019. En daar zaten al twee zeer, zeer persoonlijke platen voor die gaan over haar mentale issues: Antipsychotica en Lithium. En op dit moment is ze nog altijd pas 21 jaar en niets wijst erop dat S10 door haar verhalen heen is. Hier en nu begint het pas voor haar. Ze heeft nog niet eens een uitverkochte eigen clubtour gedaan in haar carrière, want net toen ze daar klaar voor was moesten de concertzalen dicht. Het is niet zo gek dat ze door die rare pandemie het gevoel even helemaal kwijt was. Vlinders verdween voor haar gevoel een beetje in een echoput, alsof niemand het gehoord had. Niet helemaal waar, wel te begrijpen. ‘Fuck it, dacht ik, dit moet haalbaar zijn. Ik ga een liedje insturen.’
Even later zit manager Froukje (niet te verwarren met vriendin en collega-zangeres Froukje) in een restaurant vlakbij AFAS Live voor te lezen uit Mannenzaken, een soort juiceblog voor kerels over sport, vrouwen en entertainment. Het blog is lang niet zo rücksichtlos als LifeOfYvonne, eerder een beetje cringy. Als S10 een foto van zichzelf met blote buik voor de spiegel post op Insta, levert dat meteen een half essay op. Froukje stikt bijna in haar lach als ze het voordraagt. ‘Dit keer is ze in Stockholm zichtbaar voor haar Zweedse fans, mocht ze die hebben’, schrijft het mannenblog. ‘Zo niet? Dan kan ze altijd nog lekker ronddwalen in de Zweedse hoofdstad, dacht ze vast. En dat heeft ze zeker ook gedaan. Ergens is ze wel de onderzijde van haar truitje kwijtgeraakt. Maar dat mag de pret niet drukken. Ondanks dat ze samen was ging ze alleen op avontuur. En ergens is het goed misgegaan.’ ‘Je hoeft maar een scheet te laten of ze tikken daar een heel verhaal’, lacht S10. In werkelijkheid was S10 in Stockholm om muziek op te nemen, want inmiddels heeft ze weer zo’n titel in haar hoofd waar ze verliefd op is. Maar dat komt allemaal na Turijn.
Ze heeft dus een middag vol hectiek achter de rug, maar S10 oogt verbazingwekkend relaxt. Ze grapt met haar manager over de ambities rond het Songfestival. ‘Het maakt me niet uit of ik win maar als ik de finale niet haal durf ik niet naar huis hoor.’ ‘Ik ook niet, dan bel ik Nathan Moszkowicz dat ie je gratis af kan halen op Schiphol!’ Het zijn echt twee handen op een buik, S10 en haar manager. Froukje Bouma is een van de mensen die balans in haar werk en leven brengt. Met de nadruk op dat laatste, want dat heeft ze nodig. ‘Mensen zeggen heel vaak tegen Froukje: het zal wel moeilijk zijn om met S10 te werken, maar wij lachen ons meestal helemaal kapot. Ik zou het ook denken op basis van mijn muziek, maar ik hou helemaal niet van moeilijke mensen. Daar knap ik op af. Ik heb in mijn leven genoeg gezien hoe het niet moet, en daar heb ik veel van geleerd. Ik heb besloten: ik wil niet kwaad zijn. Ik wil mensen vertrouwen en gezien worden.’
Roze hotpants
Froukje heeft - echt waar - bij de backstage catering wel eens de magische woorden ‘eet nog even die drie hapjes op’ uitgesproken. S10 lacht als ze eraan herinnerd wordt. Ze schaamt zich niet, ze weet best dat ze nogal vaak vergeet te eten. Ze belt haar manager ook als kleine angsten haar bevliegen. ‘Dan zeg ik: ik kan het niet meer bijhouden, er staat allemaal shit in mijn koelkast en ik weet niet wat wel en niet nog goed is. Ik weet me daar dan echt geen raad mee. En dan zegt zij: dan vraag je toch gewoon aan je schoonmaakster of ze even door je koelkast gaat? Ik kan ook angst hebben als ik in een Über stap. Dan denk ik: jij kunt nu zo naar Tsjechië rijden en me verkopen. Van grote dingen raak ik niet in paniek. Het Songfestival, shows, een album, dat soort dingen weet ik gewoon zeker. Intuïtief voel ik dat ik dat wil.’
Twee uur later is S10 nog steeds ontspannen. Ze zit op de bovenste tribune van AFAS Live, waar haar concurrenten een voor een hun ding doen. IJsland heeft dit jaar een suffig hippie folkliedje gestuurd, de Slovenen hebben een schattige nerd-discogroep, Letland een liedje over beffen, en Duitsland gaat net als elk jaar ergens bij de laatste drie eindigen. Dit is nog maar het halve werk, en toch krijg je best een goed idee van wat werkt en wat niet. Noteer maar vast: Frankrijk heeft een Bretons liedje met potentie (categorie moderne folklore), Spanje neemt de hele boel over met een Rosalia-achtige pop knaller en S10 zelf gaat het hardst op de hard-hitter van Albanië. Ze staat op en begint hard te dansen op de lekker ordinaire balkan-twerk-drop van Ronela Hajati.
Als S10 zich een half uurtje voor haar optreden even terug trekt, is dat een mooi moment om eens achter de schermen te krijgen. Als je het echte Eurovisie-gevoel wilt krijgen, is dat the place to be. In de kleedkamergang krioelt het van de zangers en dansers. Daar loopt de Noorse inzending, een meme-pop-act met gele vossenmaskers en een dj. Die maskers gaan dus de hele dag niet af, ook niet achter de coulissen. Is echt een belachelijke act trouwens, let maar op. De Ierse met de roze hotpants rent al livestreamend door de gangen. Ze probeert al kwebbelend andere deelnemers voor haar camera te trekken. En ook aan de achterkant is de Spaanse act nogal aanwezig. Op de trap naar het productiegedeelte staat de zangeres te poseren in een sexy korset. Voor je terug bent in de zaal moet je drie keer wachten omdat haar dansers verderop hetzelfde staan te doen. Hoort er allemaal bij. En wist je trouwens dat ook The Rasmus dit jaar meedoet? Je weet wel, die Finse make-up jongens die in 2003 een radiohit scoorden met ‘In The Shadows’. Ouwe koppen van dichtbij!
Naast het podium staan de Oekraïense muzikanten zich te ontdoen van hun camouflagepakken. Ze zijn net luid toegejuicht, alleen al om het feit dat ze hier zijn. Ze hebben een vrijstelling gekregen van het front, om hun cultuur op het podium te komen verdedigen. S10 staat inmiddels klaar om ingeplugd te worden. Ze oog nog steeds relaxt, al knijpt ze hem een beetje voor het geluid. Dat blijkt onterecht, en dat komt vast doordat S10 anders dan de meesten een eigen geluidsman mee heeft. Vanaf de eerste noot snijdt de stem van S10 dwars door de AFAS Live heen, helemaal tot achteraan. ‘De Diepte’ is een intiem, persoonlijk liedje over gemis, maar hier op het podium blijkt er toch ook wel een hoop power achter te zitten. Op basis van deze vluchtige showcase-avond moet die finaleplek er wel in zitten. S10 voelt het, de hele delegatie voelt het.’ De Diepte’ is elegant, haast romantisch, net als haar grote hit ‘Adem Je In’, maar ergens zal er altijd een weird randje aan haar songs en aan haar performances blijven zitten.
Over de ravijnen
Het is zes dagen later en S10 rookt uit haar raam in de Jordaan. In de vensterbank naast haar een Red Bulletje. Dit is haar ochtendritueel, hier voelt ze zich thuis. Achter haar staat de ontbijttafel vol met synths, laptops en microfoons. Hier legt ze de basis voor haar muziek, en de buren vinden het best. Laatst riep de buurvrouw naar beneden toen ze de muziek even hard had staan.
‘Lekker!’
‘Oh sorry!’
‘Nee, lekker!’
Van de week riep een jongetje in een ninja-pakje naar boven toen S10 net zo uit het raam hing als nu:
'Mevrouw, mag ik u iets vragen? Bent u van het Songfestival?'
'Ja!'
'Oh wow, succes mevrouw!'
Ze woont hier nu twee jaar en ze voelt zich er thuis. Eindelijk. S10 bracht haar tienerjaren door in Hoorn, en ze haatte het daar. 'In mijn herinnering zijn het allemaal pestkoppen en domme racisten. Als er iemand onder een Insta-post 'HOER' comment kun je er donder op zeggen dat het iemand uit Hoorn is. Voor female empowerment hoef je daar ook niet aan te kloppen.’
Toen ze achttien was vertrok S10 halsoverkop uit huis. ‘Je kan niet de hele tijd zeggen: je bent niet welkom. Toen ben ik weg gegaan en niet meer terug gekomen.’ Ze vertrok naar Utrecht, maar dat was ook al geen succes. 'Ik vind Utrecht echt kut, sorry. Ik woonde daar samen met mijn ex maar die ging heel vaak vreemd. Ik heb zo vaak willen schreeuwen tegen de bushaltes daar.’
Het is eigenlijk ongelofelijk hoeveel power S10 uitstraalt. Iedereen weet zo langzamerhand wel dat ze halverwege haar tienerjaren zwaar in de problemen zat. Van inrichting naar inrichting, serieuze suïcidale gedachten, een instabiele basis thuis. Haar vader bijvoorbeeld heeft ze nooit gekend. Hij was altijd de grote afwezige in haar leven, nu heeft hij een nieuwe gedaante aangenomen als keerzijde van haar succes. ‘Rond de presentatie van mijn Songfestival liedje heeft mijn vader allemaal pers benaderd. Hij wilde eigenlijk naar dat persmoment komen, en hij heeft zelfs een slogan ingestuurd om kaartjes te winnen. Mij stuurde hij ook allerlei rare berichtjes. Zo van: je kunt je geschiedenis niet verloochenen, je blijft altijd mijn dochter. Onder Facebook-berichten plaatst hij dat ik al mijn talent van hem heb. Maar ik ken hem helemaal niet. We zijn niet eens door hem aangegeven bij de staat. Dat zoiets dan opgepikt wordt door Shownieuws komt dichtbij en is pijnlijk. Dat mijn vader niet gelukkig is, betekent niet dat ik niet voor mijn eigen geluk mag gaan. Ik wil die dynamiek doorknippen. Trauma’s zijn erfelijk, ik wil dat niet doorgeven aan mijn kinderen. Ik voel me ook echt gelukkig met de keuzes die ik heb gemaakt. Maar daarvoor heb ik wel over ravijnen moeten springen.’
Je zou je kunnen voorstellen dat het met zo’n basis moeilijk is om connecties te leggen met andere mensen, maar dat is bij S10 helemaal niet zo. Ze werkt graag samen met andere artiesten, van rappers Frenna, Ares en KA tot zangeres Froukje, met wie ze momenteel een sluimerende hit te pakken heeft. Ze maakte in het begin bijna al haar tracks met producer Sim Fane (hij is nog steeds dichtbij), en ‘De Diepte’ schreef ze met succes-schrijver Arno Krabman. En dan is er nog de bijzondere band met Wende Snijders en haar partner Wouter van Ransbeek, die allebei betrokken zijn bij haar Songfestival-optreden. Wouter van Ransbeek gaat mee naar Turijn als creative director, Wende zong de backing vocals van de Eurovisie-versie in. Want ja, leuk detail: op het Songfestival mag een artiest nooit zijn eigen backing vocals inzingen. Hun connectie begon toen S10 samen met Wende het nummer ‘Voor Alles’ zong, een tekst van Joost Zwagerman over angst voor grote en kleine dingen. Wende en Wouter nodigden haar in de corona-ellende elke week uit om te komen eten. S10 was weggevlucht uit Utrecht en zat tijdelijk anti-kraak in Amersfoort, en haar wekelijkse tripje naar Amsterdam was als thuiskomen.
‘Ik moet zeggen dat Wouter voor mij… nou ja… omdat ik nooit een vader gehad heb kan ik niet zo goed omgaan met volwassen mannen. Jongens wel, maar vanaf 35, 40 jaar weet ik het nooit zo goed. Ik dacht in het begin: Wouter is er ook, maar ik ben eigenlijk met Wende. Die ging dan koken, en we raakten niet uitgepraat. Maar op een gegeven moment verhuisde ik, en toen stonden Wouter en Wende al die dozen met mijn shit te tillen. Dat vond ik vet. Ik wil niet zeggen dat ik hun kind ben, maar het voelde wel als een soort gezinnetje. Ik heb met Wouter en Wende ook de tekst van ‘De Diepte’ geanalyseerd. Wat bedoel ik nou echt? Ik zeg bijvoorbeeld in dat liedje: ‘Ik schuil onder de tafel, en ik hoop dat jij me vindt’. Voor mensen die ooit in een isoleercel gezeten hebben is dat een bekend fenomeen: je gaat onder de tafel zitten als het je teveel wordt. Ergens laag, dat geeft een veilig gevoel. Maar de belangrijkste conclusie is: ik verstop me niet om te verdwijnen, maar om gevonden te worden. Dat hoop ik oprecht, en dat is een hoopvol iets.’