London Calling is weer een ontdekfestival dat niet focust op de grote namen, maar op nieuwkomers. Over twee dagen streken in Paradiso heel veel acts voor het eerst neer op een Nederlands podium. Maar welke bands weten ook op te stijgen? Dit waren onze favoriete shows.

London Calling 2019

Van The Dandy Warhols en Stereophonics tot The Libertines en Damien Rice, van Franz Ferdinand en The Darkness tot Editors en The Kooks, van Florence and the Machine via The xx naar Tame Impala: al sinds 1992 trekt London Calling twee keer per jaar nieuwkomers naar Paradiso, die daarna vaak een grootse doorbraak beleven. Aanvankelijk lag de focus op de opwindende Britse scene, al gauw werd dat breder. 

Na een paar jaar ook namen te boeken die al veel langer meelopen (Spoon en Sebadoh?!) richt het festival zich de afgelopen edities weer op debutanten. Deze editie was vooral de levendige Britse post-punkscene goed vertegenwoordigd. The Murder Capital was het triomfantelijke hoogtepunt van het weekend, maar ook Squid, Do Nothing en W.H. Lung maakten indruk.

Zoef. Daar vliegt James McGovern, frontman van The Murder Capital, van het podium af. Hij landt een paar meter verderop, bovenop een uitzinnige moshpit. En het lukt hem ook nog om het furieuze 'Feeling Fades' netjes af te ronden. Negen maanden geleden was de Ierse post-punkband nog een van de verrassingen van Eurosonic Noorderslag, nu kan het vijftal de grote zaal van Paradiso moeiteloos aan. De balkons puilen uit als McGovern en de zijnen over het podium flaneren, blikken op onweer en gitaren in de aanslag. Een groot deel van de tracks op hun debuutalbum When I Have Fears is stiekem best langzaam, maar het publiek hangt aan de lippen van de dreigende Ieren. Al gaat het natuurlijk het meest los bij nummers als 'Don't Cling To Life' en 'More Is Less', waarin de Dood uitbundig wordt gevierd. Een voor de geschiedenisboeken van London Calling.

Klinkt als: Een nog bozere variant van Fontaines D.C. 
Kijk: Live in 3voor12 Radio

 

Nee, Porridge Radio is bepaald niet voor één gat te vangen. Dan weer speelt de band uit Brighton een zwaarmoedige punksong à la Savages, dan volgt een emoliedje met het tergende van Big Thief en vervolgens krijgt het viertal de volle bovenzaal aan het dansen met een new wave-nummer vol olijke synthmelodietjes. De charismatische frontvrouw Dana Margolin is de natuurlijke blikvanger van het kwartet. Tussen de nummers door lurkt ze aan een fles suikervrije ice tea, waarna ze haar blik weer op oneindig zit en de longen bijna uit haar lijf schreeuwt: 'I don't want to get bitter, I want us to get better, I want us to be kinder to ourselves and to each other.' Kippenvel.

Klinkt als: De liefdesbaby van Savages en Big Thief
Kijk: Live bij Stolen Sessions

 

Bijna Halloween! Orville Peck heeft zich vast flink uitgedost. Zoals altijd draagt de mysterieuze zanger een masker waar een rij franjes onder bungelt, maar nu is hij ook in zijn mooiste pak gestoken. Met zijn vierkoppige begeleidingsband maakt de geheimzinnige outlaw vrij traditionele country, waarin de zware stem van Peck alle ruimte krijgt om te schitteren. De knipoog zit hem vooral in de onderwerpen die de Canadese cowboy kiest. Hier geen nummers over lange autoritten over het platteland, maar over dragqueens en spirituele ervaringen. Met zijn theatrale show krijgt hij de grote zaal van voor tot achter mee. En die twee mensen met cowboyhoeden van wie je net nog dacht dat ze wel in de band zouden zitten? Dat blijken dus gewoon twee megafans die alles meezingen!

Klinkt als: de queerste country ooit gemaakt
Kijk: Live bij KEXP

4. Squid

Toegegeven, na de grote overwinning van The Murder Capital heeft Squid het wat lastig. Het vijftal dat zijn post-punk combineert met koebellen en jazzbreaks is toch wat minder op zijn plek op het grote podium en krijgt ook nog te maken met een geluidsmix die nogal wat te wensen over laat. En toch is kraakhelder dat het vijftal uit Brighton, met Ollie Judge als zingende drummer, een aantal van de leukste liedjes van London Calling heeft. Op de vliegensvlugge grooves van 'Match Bet' en 'The Cleaner' wordt voorin gretig gedanst. Met Squid komt het goed, zij het op een andere plek en op een ander moment.

Klinkt als: de Britse eveknie van Devo
Kijk: Live in 3voor12 Radio

5. Do Nothing

Het moge duidelijk zijn: Britse post-punk is hét genre dat op London Calling de klok slaat momenteel. Do Nothing uit Notthingham doorspekt zijn variant stiekem met dansbare new wave, al kan het viertal ook venijnig van zich afbijten. Het kwartet moet het vooral hebben van zijn charmante frontman Chris Bailey, een soort wannabe Alex Turner die kan praatzingen als geen ander. Niet zelden zijn het zijn absurde teksten die Do Nothing de moeite waard maken. Zijn beste zin tot nu toe? Die zit in prijsnummer 'Gangs': 'Leave people in the dark long enough, they are bound to start fucking each other.' Dat u het weet.

Klinkt als: stoere punkers die stiekem ook wel van disco houden
Kijk: Live op Reading & Leeds 2019

6. Heavy Lungs

Kijk nou, daar staat -ie, op het kleine podium in de bovenzaal van Paradiso. Het haar in gordijntjes langs het bleke gezicht. Niemand minder dan Danny Nedelko, die vanuit Oekraïne naar Groot-Brittannië emigreerde en daar in de bandscene van Bristol terechtkwam. Zijn claim to fame? Het punkanthem dat boezemvriend Joe Talbot, frontman van IDLES, over hem schreef natuurlijk! 'Yadi yadi yadi ey ey ey ey, Danny Nedelkooo!' Enfin, Danny heeft inmiddels dus ook een eigen band: Heavy Lungs, waarmee hij ook al een track over Talbot schreef. Hun razendsnelle punk is niet per se verrassend, maar wel dodelijk effectief. In een mum van tijd hebben Nedelko & co. de voorste helft van de zaal in een moshpit veranderd. Nu nog dat eigen anthem om mee door te breken.

Klinkt als: het kleine broertje van IDLES
Kijk: Live bij KEXP

7. Helado Negro

Hè hè, even een rustmoment tussen al het gitaargeweld. De tweede dag van London Calling wordt afgetrapt door Helado Negro, het project van de Ecuadoriaans-Amerikaanse songwriter Roberto Lange. Niet per se een nieuwkomer: dit jaar bracht hij met het wonderschone This Is How You Smile al zijn zesde album uit. Het verklaart waarom de sound van Helado Negro zo in balans is: Lange doseert zijn zoete stem in hapklare porties en zijn twee bandleden spelen precies genoeg. Prachtig, hoe ze op twee saxofoons de perfecte soundtrack creëeren voor de subtiele Engelse en Spaanse teksten van Lange, die zelf ook prima met gitaar en drumcomputer uit de voeten blijkt te kunnen. 

Klinkt als: warme fluisterfolk met accenten van indie en elektronica
Kijk: Live bij NPR Tiny Desk

8. Personal Trainer

Voor de verandering staan er deze editie twee Nederlandse bands op het programma van London Calling: EUT opende de vrijdag, Personal Trainer sluit 'm af. De wisselende formatie rondom Canshaker Pi-frontman Willem Smit kan pas laat in de nacht aantreden, want een deel van de band moest eerder op de avond nog in Groningen spelen met Steve French. En dat is slechts een van de bands die leden levert aan Personal Trainer: ook Pip Blom, Teddy's Hit en The Klittens zijn regelmatig vertegenwoordigd. Het resultaat is een vreugdevolle viering van de vaderlandse indiescene. Let even niet op en die jongen op rechts is van keytar naar trombone gewisseld, terwijl op links allerlei percussie-instrumenten de revue passeren die je nog nooit hebt gezien. 

Klinkt als: apenkooien voor gevorderden
Luister: 'The Lazer'

 

9. W.H. Lung

Weer een post-punkband?! Ja, maar W.H. Lung pakt het toch weer nét anders aan dan zijn landgenoten. Bijna elk lid van de band heeft naast een gitaar een synthesizer of drumcomputer tot zijn beschikking, waarmee iedere track wordt overgoten met een laagje new wave of psychedelica. Het vijftal heeft daarmee een frisse sound, maar doet tegelijkertijd denken aan Britse grootheden als The Cure, The Stone Roses en Pulp. En die niet aflatende groove die in zo'n beetje elke song van de band zit? Die zou dan weer niet misstaan op tracks van tijdgenoten als Hookworms, Drahla en Snapped Ankles. En toch presenteert W.H. Lung zich bovenal als band met een eigen smoel. De show is nog wat dun (vooral omdat die hoog zingende frontman nogal eens verdrinkt in het geluid van zijn bandgenoten), maar de potentie groot.

Klinkt als: zo'n beetje alle Britse muziek uit de jaren tachtig
Luister: 'Overnight Phenomenon'

10. RVG

Wat staat RVG als een huis zeg! Het gemak waarmee de band uit Melbourne de liedjes van zijn recent verschenen debuutalbum A Quality of Mercy speelt in de grote zaal, doet vermoeden dat we hier eigenlijk te maken hebben met een gepokt- en gemazelde eightiesband die bezig is met zijn langverwachte reünietour. De nummers hangen ergens tussen shoegaze en janglepop, knipogen niet alleen naar slackende landgenoten als Courtney Barnett, maar vooral naar Britse bands als The Smiths en Echo & The Bunnymen. Dat komt niet in de minste plaats door de diepe doch heldere stem van bandleider Romy Vager, die grossiert in expressieve, korte zinsneden die niet om de hete brij heen draaien maar direct op het hart afgaan, om dat vervolgens in duizend stukken te breken.

Klinkt als: een legendarische eightiesband op zijn reünietour
Luister: 'A Quality of Mercy'

 

Meer ontdekkingen van 2019