De gemiddelde show van Karel gaat zo: Karel zet de meest energieke eighties synthpop die je ooit hoorde aan en verkent vervolgens – klimmend, springend en schreeuwend – alle hoeken van de zaal waarin hij optreedt. Achtentwintig van zulke shows speelde Karel uiteindelijk op de Popronde. Afgelopen weekend reisde hij – helemaal in zijn eentje - naar Breda en Meppel, dit weekend sluit hij om kwart over drie het eindfeest in de Melkweg af. ‘Gelukkig is het daarna voorbij,’ lacht Karel in het restaurant boven Paradiso Noord. ‘Het was best zwaar: bij veel shows ben ik er ook heel erg mee bezig om mensen te overtuigen. Dan sta je in een kroeg waar niemand is behalve de stamgasten die helemaal niet gewend zijn aan livemuziek.’ Karel speelde ook vaak op de afterparty’s, als mensen al twee uur aan het dansen waren op een plaatselijke dj. ‘Ik sloot om twee uur af in Eindhoven en moest daarna nog helemaal terug naar Amsterdam.’
En dan had Karel vaak ook nog andere shows in het weekend. Naast de Poprondes van Meppel en Breda speelde hij afgelopen weekend nóg drie keer. Het is volgens Karel niet per se de Popronde die voor al die boekingen heeft gezorgd, maar meer de show die hij afgelopen zomer speelde op Down The Rabbit Hole. Op een van de achterafpodia groeide de spring in het veld uit tot een van de hoogtepunten van het festival. ‘Ik was mega bang voor die show’, herinnert Karel zich. Hij was gewend zijn act te doen op donkere huisfeestjes, diep in de nacht, als iedereen al dronken is. Soms speelde hij tijdens dj-sets van vrienden in het Amsterdamse Skatecafé. ‘Ik ben wel zo’n ADHD kind dat altijd net iets te luid is in de vriendengroep en dat dan even aandacht wil. Effe iets geks doen en dan weer weg. Nu moest ik ineens op een festival, overdag en buiten. Dat waren alle componenten die ik nog nooit had meegemaakt. Pas toen het daar los ging, dacht ik: ‘Dit kan ook buiten de huiskamer.’’
Karel deed iets nieuws, iets waar mensen nog niet aan gewend zijn. Iets anders dan al die anderen die meedoen aan de Popronde. Iets anders ook dan de bands waar Karel de afgelopen jaren zelf in speelde. Fake O’s, Yakumo Orchestra en Idiott Smith: hij rolde er eigenlijk vooral in omdat bevriende muzikanten in Groningen op zoek waren naar een drummer, maakte er muziek die hij zelf nooit luisterde. ‘We waren er vooral mee bezig onze muziek zo goed mogelijk te presenteren. Ik dacht: ‘Dan kunnen mensen net zo goed thuis onze plaat aanzetten.’’ Daarom wilde ik een project beginnen waarbij live voorop staat en de muziek daarna wel komt. Precies andersom.’ Tijdens de Popronde kreeg Karel zijn gelijk. ‘Er zijn zoveel bands die voor elk nummer vijf minuten stemmen, aan het eind dankjewel zeggen en dan verder gaan met het volgende liedje. Jezus, dat is al duizend keer gedaan. Laat live gewoon zien wie je bent.’
(tekst gaat verder onder de video's)
Let op: Deze inhoud kan niet getoond worden omdat deze mogelijk strijdig is met de gekozen cookiesettings.
U kunt dit hier aanpassen door de categorie 'social' aan te vinken. Waarom is dit nodig?
U kunt dit hier aanpassen door de categorie 'social' aan te vinken. Waarom is dit nodig?