ESNS16: Liveblog vrijdag

Fai Baba, Dream Koala, SG Lewis, Fjaak, Samm Henshaw, Astrid S., Brodka, SOAK, Blossoms, Nothing But Thieves, Coma, Ary, Seafret, Haelos, Soom T, Frances, Woodie Smalls, Hyphen Hyphen, Rag ’N Bone Man, Jodie Abacus, Nao, De Staat

door Bas van Duren, Ralph-Hermen Huiskamp, Sjoerd Huismans, Freek Verhulst, Atze de Vrieze en Cécile van Wijnsberge ,

Gisteravond beleefde Eurosonic een topavond. Stormzy was grime in z'n grimmigste vorm en VANT trok zo ongeveer de planken uit de vloer van Mutua Fides. Otherkin zette Huize Maas op zijn kop en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Of vanavond weer zo'n topper wordt, is even afwachten. In ieder geval kunnen we ons verheugen op De Staat. De redactie doet vast de stappers aan en trekt er op uit. Volg het blog!

De Staat is op weg naar de HMH
'I'm only living when I get on screen,' zingt frontman Torre Florim op het vandaag uitgebrachte vierde album O. Dat lijkt De Staat zich flink te hebben ingeprent, want deze show op Eurosonic Air is uiterlijk tot in de puntjes verzorgd. Die onheilspellende donderwolkvisuals bij 'Murder Death', die hartmonitor bij 'Make Way For The Passenger'. Maar vooral dat moment na 'Get On Screen', waarbij een camera op het podium wordt geplaatst die rechtstreeks met het grote scherm is verbonden – Florim zingt 'Help Yourself' er recht in. De tent smult, en wanneer Florim voor afsluiter 'Witch Doctor' midden tussen het publiek gaat staan, weet dat precies wat het moet doen: net als in de clip ontstaat een flinke circle pit met Torre Florim in het midden. (FV)

Ja maar De Staat, dat kennen we nu toch wel? 
Niet op deze manier. Het hele plaatje klopt, en de band voelt perfect aan wat het publiek wil: 'Input Source Select' wordt tegenwoordig gewoon in de veel bekendere Vinticous Version gespeeld.

Dat klinkt inderdaad als een goede show. Hoe viel het nieuwe werk? 
Erg goed. Het nieuwe album beslaat de helft van de set, maar het voelt alsof De Staat die nummers al jaren speelt.

Zijn ze nu dan niet toe aan een groter podium? 
Gezien het gemak waarmee een tent als deze – toch zo'n anderhalf keer Paradiso – op z'n kop wordt gezet, in een tijd waarin Kensington en Dotan een Ziggodome uitverkopen, moet De Staat de HMH toch zeker aankunnen.

Nao: vrolijk klein meisje in bloemetjesoutfit toont ballen
Derde in de BBC Sound of 2016-lijst en een featuring op het laatste Disclosure-album: Nao (spreek uit: neejoo) is een van dé beloftes van deze Eurosonic. En laten we maar meteen met de deur in huis vallen: dat maakt ze meer dan waar. Ze dartelt op haar blote voeten in een bloemetjesjumpsuit over het podium, maar de Britse toont meer ballen dan elke andere r'n'b-act op Eurosonic. Haar performance vol choreografietjes straalt zelfvertrouwen uit, en belangrijker: het gaat haar heel natuurlijk af. En slechte liedjes horen we vanavond niet. De wat traag beginnende gloednieuwe track, 'In The Morning', blijkt na een heerlijke synthontploffing zelfs een van de beste nummers van de set. En dan heeft ze die hit nog niet eens gespeeld... .(FV)

Wacht ff, welke hit? 
Nao is de zangeres die je hoort op 'Firefly' van Mura Masa, die gisteren op Eurosonic speelde. Nao's uitvoering met band en Afrikaans gitaarriedeltje krijgt het Grand Theatre aan het springen.

Wat voor muziek maakt ze nou eigenlijk precies? 
Funky neo-soul/r'n'b met een fijn donker rafeltje. Single 'Bad Blood' is een glijer: voorin de zaal hebben de stelletjes elkaar gevonden.

Dan moet ik m'n dansmoves gaan oefenen, dus? 
Bespaar jezelf de moeite, ze verbleken toch bij die van Nao zelf.

Jodie Abacus: de zon breekt door in januari
Twee iets oudere blonde dames kijken elkaar giechelend aan en leggen de handen op de borst: 'Hij wees naar ons!' Ja ja, Jodie Abacus uit Londen is een charmeur. De goedlachse zanger maakt soulvolle feelgoodfunk, heeft een retestrakke band mee, en zingt zich moeiteloos door alle uithaaltjes en tempowisselingen heen. Door zijn gunfactor komt hij zelfs even weg met een podiumcliché als 'This one is dedicated to anyone who's lost in love.' (FV)

Heeft-'ie ook een hit? 
Ja! Meeklappen is onontkoombaar bij het Stevie Wonder-achtige prozacnummer 'I'll Be That Friend'. De zon breekt door in januari.

En kunnen we er ook op glijen? 
'
Hot Kitchen' is ook zo'n meeklaphitje, maar dan over lekker vieze seks. 'Have you ever tasted whisky on a first time kiss? *wink wink*'

Dus dit ga ik mijn vrienden straks tippen? 
Dat dan weer niet. Het loopt na die twee topsingles ook vrij snel leeg: het is overall niet spannend genoeg. Maar wel heel leuk voor je schoonvader, voor in de auto.

Mestkevertatoeage maakt Ary nog niet mysterieus
En opeens is het muisstil in het Grand Theater. De Noorse zangeres Ary stapt het podium op, en opent a capella. Gedurft, maar het pakt perfect uit. Het publiek ademt pas weer uit als haar tweemansband een soepele electrobeat dropt, die eigenlijk bij elk nummer in iets andere vorm terug komt. Denk Café del Mar, Supperclub en al die andere house/lounge-compilaties die tien jaar terug overal opdoken. Lekker voor bij het eten. Ondertussen kirt Ary er met Scandinavische tongval en net te weinig lucht overheen. En beweegt ze langzaam en mysterieus.

Scandinavische tongval, mysterieus, kirrend zingen. Dat klinkt als B.
B? 

Björk
Nee. Laten we haar vooral niet met Björk vergelijken omdat ze een beetje gek doet en een Scandinavisch accent heeft.

Die mysterieuze look, horen we dat ook terug in de muziek?
Een stip op  je voorhoofd zetten,  zuchtend zingen, een scarabee op je onderarm tatoeëren, een gek dansje doen en af en toe een kinderlijke giegel maakt je muziek niet opeens mysterieus. Het is platte electropop, maar dan net iets zweveriger gebracht

Net anders, dat maakt soms dingen juist leuk
Bij Ary niet. Niet dat het slecht is, zeker niet. Maar ze grijpt je ook geen moment bij de strot. Schouders ophalen, en weer door. 

Blossoms heeft de beste gitaarpopsong van Eurosonic
Ach, het Noord-Engelse accent, wat klinkt dat toch lekker op een podium. Zanger Tom Ogden van de band Blossoms – lang sluik haar, charmante babyface – introduceert met een lekkere quasi-nonchalante knauw zijn mede-bandleden. Het vijftal uit Stockport serveert de klassieke Manchester popsong met een ‘hedendaags’ retro sixties randje. Ze beheersen snelle songs, maar hebben ook een sterke ballad op hun repertoire, die Alex Turner best zou willen hebben. Maar de grootste hit is 'Charlemagne', een uptempo song met een super synthhook in het couplet en een heerlijke gitaarjengel die achter het refreintje aan hangt. Super dansbaar ook, dus rijp voor de alternatieve dansvloer. (AdV)

Die single is toch al sinds oktober uit? Waarom in godsnaam is het nog geen hit?
Tja, de wegen van labels en radio zijn soms ondoorgrondelijk, maar ‘men’ lijkt te wachten op dit moment. Getipt door de BBC, hot op Eurosonic. Let’s go.

Zijn ze er ook echt klaar voor?
Qua songmateriaal wel, qua bandchemie valt er nog wel wat te winnen. Ze leunen nu nog wat te veel op de vanzelfsprekendheid van hun songmateriaal. 

Niets wat een stevige Engelse tour niet kan oplossen?
Precies. Gewoon gaan spelen. 

Frances legt tien vingers op het zere hart
De naam is minimaal, de bezetting en muziek ook: de pas 22-jarige Frances, voluit Sophie Frances Cooke, mag vanavond in een klein half uur een goed gevulde Stadsschouwburg muisstil krijgen met engelenzang plus piano. Haar geschoolde stem is godzijdank niet vlak, haar voorkomen ronduit schattig en ze trakteert een paar honderd man op een a capella intro ('Heb ik altijd al willen doen, nu pas voor het eerst'), een nog nooit eerder gespeeld nummer en een Justin Bieber-cover: 'What Do You Mean'. Allergrootste valkuil: zowat ieder nummer gaan over hartzeer. Als de emoties wat heftiger mogen, gooit ze er een crescendo in en begeeft haar linkerhand zich richting nog lagere tonen. Dat wordt op den duur voorspelbaar en neemt veel kracht weg. (BvD)

Geschikt voor?
Dezelfde mensen die houden van de man bij wie ze in het voorprogramma stond: James Bey.

Waarom noemt ze zichzelf niet gewoon Sophie? Zo heet ze toch?
Dat associeert ze teveel met toen ze nog jong was.

Klinkt allemaal als een mooi cadeautje voor moederdag.
Als je moeder houdt van programma's als De Beste Singer-Songwriter van Nederland, go for it.

Mieux knutselt met hocuspocusspeelgoedwinkelhouse
Mannen met tafels vol samplers en laptops genoeg op Eurosonic, maar nergens zul je een act oprecht zo zien knutselen als bij het Oostenrijkse Mieux. Het duo ruilt de laptop zelfs in voor een xylofoontje, samplepads en een arsenaal aan effectenkastjes. Het spelplezier spat van de twee af en de muziek is minstens zo aanstekelijk. Op een haast collageactige manier worden beats in elkaar geschroefd die in de kern housey klinken, maar heerlijk rammelen aan alle kanten. Geen lompe snaredrums van een Roland 909, maar wel samples van een echte trommel, steel drums, casiokeyboardjes en stapels percussie. Mieux is ooit een keer per ongeluk opgesloten in de Intertoys en besloot er maar het beste van te maken. (BvD)

Wacht eens, is er niet al een band die zo heet?
Nee, dat is het Nederlandse Son Mieux. De band waar ik morgen op Noorderslag moet zijn. Foutje. Bedankt.

Wat kunnen ze achterwege laten?
De praatjes tussendoor. Alsof het een spreekbeurt is, worden de (oude) releasedata van de nummers vermeld. Boeiend.

Kunnen ze dan niet beter een onafgebroken set doen?
Absoluut, het tempo verandert amper en met deze setup moet het lukken.
 

Fai Baba is een hard psychende Zwitserse boekhouder
Fai Baba woont en werkt weliswaar in New York, maar aangezien Fabian Sigmund (zoals hij eigenlijk heet) oorspronkelijk uit Zwitserland komt mag hij natuurlijk meedoen op Eurosonic. Fai Baba heeft al heel wat albums op zijn naam staan, maar de laatste, The Savage Dreamer, slaat tot nu toe het best aan. En dan met name de Mac DeMarco-achtige psychpopsingle 'Salt Turns Into Sugar', die vanavond ook heerlijk mellow gespeeld wordt met virtuoos spel op de Gretsch. Fai Baba valt sowieso vooral op door zijn geweldige gitaarvaardigheden, de liedjes blijven helaas wat achter – toch wat generieke rock-‘n-roll af en toe. De avant-garde die hij op z’n platen laat horen, mag live nog wat meer naar voren komen. (SH)

Ziet het er ook een beetje psychedelisch uit op het podium?
Nee, Fabian Sigmund heeft echt de uitstraling van een Zwitserse kantoorklerk. Contrasteert wel mooi met z’n rock-‘n-roll moves.

Reageert het publiek een beetje op die moves?
Neuh, maar het is nog vroeg. De wat houterige praatjes van Fai Baba slaan ook niet echt aan. Daar mag wat meer vreugde in.

Moet ik het gaan zien als hij bij mij in de stad is? 
Doe maar. Deze showcase was niet honderd procent overtuigend, maar we zijn wel benieuwd wat Fai Baba laat zien als hij wat meer speeltijd krijgt.

Folkpopduo Seafret op de drempel van doorbraak
Forum Images staat vol bij het Britse duo Seafret. Nou ja, duo. Vanavond zijn ook een toetsenist en een drummer meegekomen.  Denk Dotan, maar dan iets minder bombastisch maar met nog meer zelfmedelijden. De zanger eist de aandacht. Bos met krullen, goede kop en semi-klungelige grapjes tussendoor. Die liedjes klinken alsof je ze al jaren kent. Niet gek dat ze al miljoenen views hebben op Spotify en dat hun label flink wat budget in de video’s pompt. Live doen ze alles wat ze moeten doen Seafret staat op de drempel van hun grote doorbraak. (RHH)

Zo veel views en zo’n onbekende naam. Hoe kan dat?
Ze worden flink opgepikt door afspeellijsten met enorm veel volgers. Dan gaat het balletje snel rollen.

Maar er is nog geen album, toch?
Nee, die komt over twee weken. En daar gaan ze zo te horen nog flink wat zieltjes mee winnen.

Dus je tipt je vrienden ze nog snel in kleine zaaltjes te zien, nu dat nog kan?
Haha, nee. Natuurlijk niet! Dit is echt vreselijk. Ze doen echt alles wat ze moeten doen, en ook nog eens heel erg goed. Maar dit moeten we toch niet willen? Teksten als: No glas, no reflection’en dan gekweld in de verte staren. Nee, dit is niet ok.

Belgische rapper Woodie Smalls barst van de goesting
Snel! Noem drie Belgische rappers of rapgroepen. Lukt het? Ja, Hof Du Commerce, dat lukt ons ook nog wel, Tourist LeMC voor de wat meer doorgewinterden, maar ooit gehoord van Engelstalige Belgische rappers? Nu wel en straks ook, al zou je totaal niet zeggen dat Woodie Smalls uit het Vlaamse Sint-Niklaas komt. Zijn sound roept beelden op uit de gloriedagen van de boom-bap: Dead Prez, Souls of Mischief, Atmosphere, kortom: moddervette kicks, warme Fender Rhodes-klanken en een collectieve flow (hij heeft een collega-mc en ook de dj rapt wel eens mee) die zeldzaam goed is. Dat hij tussen de bedrijven door in het Engels blijft praten, is hem vergeven: Woodie Smalls heeft met zijn tomeloze energie en vette nummers potentie genoeg om door te breken bij een veel groter publiek. (BvD)

Een air-horn tussen de nummers door, echt?
Ja, dat is wel zo 2012, dat kan echt niet meer.

Als het allemaal zo old-skool klinkt, neigt het dan niet snel naar het nostalgische?
Niet als de nummers zo hard klappen. Vaak zijn de eerste twee tellen al genoeg om je bij je strot te grijpen.

En het publiek?
Dat loopt een halve hernia op van al dat bouncen.

Dream Koala, hippie-elektronica over wereld die kapotgaat
Dream Koala kreeg een ereplekje in onze top tien van Eurosonic-acts met rare bandnamen. Als je de androgyne Fransman (geboren in Brazilië) eenmaal live ziet, blijkt dat die naam Dream Koala helemaal niet zo vreemd is gekozen: in een lang gewaad, achter een gordijn van dreads bezingt hij op blote voeten het lot van onze aarde, met teksten als No God can save us from ourselves (..) so I’ll remember the Earth how it was’(uit het nummer 'Earth'). Dit alles begeleid door een beetje niksige, The XX-achtige gitaar en elektronica. Dream Koala wordt breed opgepikt en de streams op Spotify lopen in de miljoenen. Die plays komen niet uit Frankrijk, maar uit alle uithoeken van de wereld. Vreemde zaak voor zo’n vervelende act. (SH)

Wacht. Ik dacht dat dit een discopunkbandje uit Slovenië zou zijn?
Dat is Koala Voice, ook op poster van Eurosonic dit jaar..

Halen ze ooit het niveau van een Air of een M83?
Ja, goh. Wat denk je zelf. Hij doet een dappere poging. De sound komt enigszins in de buurt. De liedjes niet. Die zijn peu mémorable. En dat is dan weer dommage.

Filmpje dan maar? Koala-gifje? 
Alrighty.

HÆLOS vult de ruimte met muren van synths
Twee drummers, een zanger en een zangeres, een toetsenist en een gitarist. Het podium is goed vol bij HÆLOS in Simplon. De Britse haakt slim aan op de sound waarmee Jungle twee jaar terug op dezelfde plek mee doorbraak. Tweestemmige zang, deel met kopstem, warme synts die de ruimte vullen, accenten van percussie, sirenes die dwars door nummers heen galmen. En in elk nummer valt de zang als het ware halverwege een zin in, zodat het constant wat opgejaagd klinkt. (RHH)

Doen ze dan echt hetzelfde als jungle?
Nee, HÆLOS heeft de funk ingeruild voor triphop. Samples van speeches komen voorbij, hiphop-achtige beats en vooral muren van diepe synths.

Dat klinkt als een flinke bak geluid.
Ja. Te flink zelfs. HÆLOS smeert alles dicht, waardoor accenten nauwelijks meer opvallen. Het voelt enorm log. Zonde, want de liedjes zijn goed en de band kan ook echt spelen. Maar door de overdadige bezetting en partijen hoor je dat bijna niet meer. 

Maar als ze wel doorbreken en iedereen gaat het over ze hebben, onder welke sneltoets zit de Æ?
Op je Mac: "shift" + "option key" + " ' ". En op je Windows pc "alt" + "0198". Geen dank!

SG Lewis, hit op zak maar fletse live-act
Je kent SG Lewis van zijn warme electrosoul-ballade 'Warm'. Hij zit op het label van Disclosure en Jessie Ware en naast 'Warm' is ook 'No Less' al een aardig hitje. Helaas heeft de act live nog weinig om het lijf: met drie muzikanten en vier microfoons op het podium wordt er geen woord live gezongen. Niet alleen de zang komt uit een doosje, ook de twee bleke jongens die op keyboards en drumpads meedoen kunnen deze act niet redden. Al met al is het underwhelming om met zijn drieën zo’n slappe live danceact neer te zetten. Het Platformtheater raakt leger en leger. Er komen nog best een paar goede tracks voorbij, maar tussendoor vullen ze het op met 13-in-een-dozijn-dance. (SH)

Wat zou zo’n act op het podium nodig hebben? 
Een live-vocalist is, gezien de verschillende stemmen op de tracks, misschien lastig. Danseressen dan? Visuals?

Ouch. Komt het wel goed met SG Lewis?
Ongetwijfeld, als hij tracks als Warm blijft uitpoepen. De juiste mensen heeft hij al achter zich.

Kan in potentie een grote worden, dus? 
Zeker. En Disclosure heeft het uiteindelijk ook gered zonder dat iemand ooit een liedje live zingt.

Nothing But Thieves is niet cool, wel succesvol
Het zou gemakzuchtig zijn om Nothing But Thieves hier te tippen als doorbraak-act voor 2016. Met bijna 300 plays op 3FM en een ontdekshow op Lowlands achter de kiezen is de band daarvoor al veel te ver. Nothing But Thieves maakt vinnige grooverock met emo-uithalen, soms fel, soms radiovriendelijk. Je hoort de invloed van Matthew Bellamy in de vocale snikjes, al heeft deze zanger bij lange na niet het charisma van de Muse-frontman. Toch steelt hij aardig wat harten hier. De meisjes op de voorste rijen zingen niet alleen singles 'Itch' en 'Trip Switch' (dat rijmt!) woordelijk mee, de rijen voor de deur liegen ook niet. Cool zijn ze bepaald niet, wel erg succesvol. (AdV)

Niet bepaald cool? Waar baseer je dat op, zo uit het niets? 
Gut feeling. Laat ik het zo zeggen: dit is het type mainstream rockband dat niet in de smaak gaat vallen bij liefhebbers van muziek met een edge. 

Klinkt wel als een Pinkpop-band.
Ja, Lowlands ook wel hoor. Er is een behoorlijk groot publiek voor dit soort muziek. 

Verwacht je dat het in dat segment een blijvertje is?
Nee, om eerlijk te zijn niet. Muzikaal is het solide, maar echt heel bijzonder is het nu ook weer niet.

Soom T is alles in een, en in alles aanstekelijk
De Schotse Soom T is niet de langste vanavond in het Platformtheater, maar zonder twijfel de coolste. Als er in het begin van de set iets mis gaat en oorverdovend gekraak door de zaal schalt, zingt ze gewoon lachend door. Zo doe je dat. Niets gaat haar humeur verpesten vanavond. En daar neemt ze iedereen in mee. Van reggae naar funk, van dub naar soul, van hiphop, naar een stukje disco inclusief diva-uithaal. Ze schudt het allemaal uit de mouw alsof het niets is. En tussen de de nummers door praat ze de boel met plat Schots accent aan elkaar. (RHH)

Ze kan dus een aardig potje zingen?
Je gelooft bijna niet dat er zo’n stem in dat kleine vrouwtje verstopt zit. Wat een stem, en wat een gemak.

En ze kan een aardig potje rappen dus?
Als ze in het begin van de set tussen een van de nummers een stukje scat en in lachen uit barst, denk je even dat het een trucje is. Maar als ze later in de set als een gek begint te ratelen over de funkbeat die haar strakke band neerlegt, blijkt het toch even iets meer dan een trucje te zijn. Zo goed.

Funk, Disco, rap, reggae, dub mist er dan nog iets?
Ja, alsof het niet genoeg is strooit ze ook nog met stukken Indiase Bollywood-zang. Glashelder en moeiteloos verwoven met de rest. Oh, en ondertussen snijdt ze ondanks de enorme feelgood sound ook nog flink wat politieke thema’s aan. Soom T is zo’n act die heel erg in een niche lijkt te zitten, maar die je bijna iedereen kunt voorschotelen. 

Kosmische electrogospel van Hyphen Hyphen overdondert
Hoe kun je nou als viermansband het onderste uit de kan halen en een zo breed mogelijke sound neerzetten? Het Franse Hyphen Hyphen weet wel hoe. Aan weerszijden gitarist en bassiste die allebei hun eigen samplepad hebben, achterin een drummer die naast een half drumstel ook wat pads heeft en een zangeres die in haar eentje in een hamsterwiel de stroomvoorziening van 20.000 huishoudens kan voorzien. Goeie genade, wat is de kosmische electrogospel een feest voor oor en voeten. Alle vier de Fransen hebben een harmonizer op de zang staan waardoor het al snel lijkt alsof een twintigkoppig koor hier staat dat een bomvolle AA-Theater iedereen massaal laat meezingen. De songs zijn ijzersterk, worden met jaloersmakende overtuiging gebracht en wie denkt dat de band ‘I Need Your Love’ (met sitdown!) te vroeg inbrengt heeft het mis: hoogtepunt op hoogtepunt wordt gestapeld, het publiek klapt zo mogelijk nog harder dan de muziek van de band. (BvD)

Strooit de zangeres daar nou met confetti?
Meerdere keren zelfs.

Hoe komt het publiek het theater uit?
Naar adem snakkend.

Zijn we niet ondertussen klaar met bandnamen met twee keer hetzelfde woord?
Best wel, maar vooruit. Nog eentje dan.

Coma daagt Weval uit
Het Keulse Coma bestaat al sinds 2009 en brengt zijn muziek uit bij het befaamde Kompakt label, maar op de een of andere manier zijn ze tot nu toe een beetje onder de radar gebleven. Nu worden ze ineens stevig naar voren geschoven, met shows op ADE, SXSW en hier op Eurosonic. Het duo is live uitgebreid met een drummer, en zo is het naast HVOB en Polynation al de derde act die subtiele dansvloerbeats maakt met fysieke arbeid. Ze pogen wel echt liedjes te maken, met Apparat-achtige mompelzang, maar veel overtuiging zit daar niet in. Op zijn best is Coma als het meer energieke – zelfs funky! – instrumentals speelt. Aan het eind wordt het zelfs even ronduit frivool.

Is dit nu komend voorjaar de grote concurrent van Weval?
Je zou het haast denken, maar ook zonder drummer verslaan de Amsterdammers hun labelgenoten met gemak.

Wordt er wel gedanst?
Ja hoor. Er is zelfs een meisje dat mensen met telefoons oproept ‘in het moment’ te komen.

Dat is sympathiek. Maar los gaat het niet echt, toch?
Nee, daarvoor moeten we straks bij de landgenoten van Fjaak zijn. Coma maakt elektronische pop op het snijvlak van luisteren en dansen, op de grens van liedjes en dansvloertracks, en valt daarmee uiteindelijk toch een beetje tussen wal en schip.

Rag’n’Bone Man blijkt Epke Zonderland
Een hele grote man met een heel klein hartje: dat is de Brit Rory Graham oftewel Rag’n’Bone Man, een bestaand beroep van enkele eeuwen geleden. Mensen verzamelden ongewilde, huishoudelijke troep en verkochten die vervolgens aan marktlui. Wie luistert naar de teksten van Graham, merkt ook dat hij van alles bij elkaar pikt met de blues en de dood als leidende thema’s. Hij begint wat nerveus, wordt regelmatig overstemd door de gitaar en kent naast zich een uitstekende achtergrondzangeres die juist amper is te horen. Deze Rag’n’Bone Man laat gelijk aan het begin horen wat hem bijzonder maakt: zijn dijk van een stem. Maar laat dat gelijk ook zijn zwakte zijn: ondanks een groot bereik, raakt hij constant dezelfde noten en klinken sommige uithalen bijna voorgeprogrammeerd. En dat is knap: hij doet het moeiteloos, maar juist daardoor lijkt de emotie vaak te ontbreken. (BvD)

En het publiek dan?
Dat juicht bij iedere vocale salto, maar laten we eerlijk zijn: een uur naar Epke Zonderland kijken, dat gaat toch ook op den duur vervelen?

Zeikerd.
Oh ja absoluut, maar ook met deze recensie gaat Graham nog steeds een grote worden.

3FM-Megahit-materiaal?
Die kans zit er wel in.

Samm Henshaw brengt gospel naar Groningen
De Der Aa-kerk is een onverbiddelijk mooie locatie, maar wel een die een beetje op de borstkas drukt. Onder het metershoge gewelfde plafond lijkt iets anders dan eerbiedige stilte bijna ongepast. Totdat Samm Henshaw het podium betreedt. De jonge Britse soulzanger komt vanavond het publiek verwarmen en verbinden. Van zijn toeschouwers maakt hij een gospelkoor, dat hij inzet voor speelse calls-and-responses. We volgen hem trouw, want zijn charme is aanstekelijk en zijn muziek opzwepend. Vernieuwend is het niet, maar aan old school soul hoef je weinig meer toe te voegen dan een klein beetje country en gospel, zoals Henshaw dat doet. (CvW)

Heeft hij ook nog een band bij zich?
Jazeker. Vijf bandleden er, net als Henshaw zelf opvallend jong. Zoals het een soulband betaamt, klinken ze retestrak, stevig en subtiel virtuoos. Er worden geen onnodige slingers opgehangen, juist in de kleine hoekjes hoor je een ontzagwekkende kracht.

Hoe zijn de liedjes?
Simpel, oprecht, en positief ouderwets. 'Autonomy (Slave)' is de meest herkenbare track, en live staat Henshaw nog een stuk sterker dan op plaat.

Missen we dan nog iets?
Scherpe randjes: alles blijft volkomen vriendelijk. Je zou kunnen zeggen dat het wat braaf is. Maar in de kerk behoor je je ook fatsoenlijk te gedragen.

 

SOAK: middernachtelijke melancholie
Het is laat op de avond voor een act als SOAK. Normaal gesproken is het na twaalven wel tijd voor opzwepende electronica of doldwaze punk, maar in de Stadsschouwburg staat om middernacht deze Ierse singer-songwriter met haar band. Iets verstilds kan op zo'n moment soms bijna goddelijk worden; in het holst van de nacht in collectieve stilte ergens van genieten heeft iets heiligs. Maar dan moet je wel gegrepen worden door de muziek. Vorig jaar schitterde de 19-jarige Bridie Monds-Watson in haar eentje op hetzelfde festival, dit jaar heeft ze twee bandleden mee. Ze is best een innemende figuur, met haar zachte, opvallend diepe stem en het gezicht half verborgen achter een lok van haar korte haar. Muzikaal blijven ze met haar band echter steken bij een verwaterde versie van Coldplay ten tijde van debuutalbum Parachutes. (CvW)

Dat was toch best een leuk album?
Zeker, maar SOAK mist de overtuigingskracht die nodig is om zo'n simpel, melancholisch liedje te laten werken. Ze blijft gesloten, waardoor haar songs nooit de kans hebben om van het podium af te komen.

En die band dan, maakt die het niet wat spannender?
Kortweg: nee. Ze doen niet echt iets verkeerd, maar hebben ook niet echt een toevoegende waarde. Bij een act als SOAK, waar het draait om kleine liedjes, zit je als band dan eigenlijk alleen maar in de weg.

Nou, en, dus?
Het had met SOAK wonderschoon kunnen zijn, maar uiteindelijk was het doodgewoon saai.  

Fjaak, live-techno van het minder subtiele soort
Simplon maakt zich op voor de The Big Bad After (de legendarische after waarbij dj’s elkaar razendsnel opvolgen), die van de failliete Subsonic hiernaartoe verplaatst is. Vroegkomers kunnen boven nog het Berlijnse trio Fjaak zien in de bovenzaal. Ze staan bekend om hun hardware only livesets met zowel digitale als analoge apparatuur. Ze zijn niet zo van de subtiliteit, al vanaf de eerste seconde is het rammen met tracks als 'Don’t Leave Me', die gebruikmaakt van dezelfde vocale sample als Moby’s 'In This World'. Ze mixen niet eens echt, en als er dan uiteindelijk toch iets van opbouw te bespeuren is, mislukt de climax uiteindelijk. Niet de makkelijke weg, op deze manier livetechno maken, maar we hebben wel eens een betere set gezien.

Vond het publiek dat ook?
Nee, de bovenzaal ging hier heerlijk op. Mensen waren duidelijk klaar voor drie kwartier beuken (en kunnen meteen door met The Hard Way die er ongetwijfeld een schep bovenop doen).

Hoe zit het met de producties, zijn die an sich wel goed?
Ze worden niet voor niks uitgebracht op het ter ziele gegane 50Weapons label van stadgenoten Modeselektor. Prima nostalgische techno.

Talentvolle act, dus?
Dat zeker. Met wat schaven komen ze er wel. 

Bubblegumpop en kortsluiting bij Astrid S.
Op het moment dat Astrid S. Het podium zou moeten betreden, staan er in plaats daarvan welgeteld vijf man over een Macbook op het podium gebogen. Een kwartier later dan gepland is de Noorse zangeres daar dan eindelijk, en wat blijkt: tijdens de soundcheck is de computer gecrasht. Dan blijven er niet zo veel liedjes meer over om te spelen, wanneer je band bestaat uit een drummer en een man achter een heleboel knoppen. Vier songs doen ze, zo te horen in een wat uitgeklede versie. Haar stem is zacht en een beetje ijl, ze zingt met heel veel lucht, zoals veel meisjes die opgroeiden met nineties R&B. (CvW)

Is het niet een beetje flauw om iemand te beoordelen op niet eens een halve set?
Misschien, maar ze ging er wel gewoon staan, dus om haar dan te negeren is eigenlijk net zo gemeen. Ze deed het naar omstandigheden heel verdienstelijk.

Maar...?
Ja, toch een maar. Voor een act in zo'n hitgevoelig genre zit er eigenlijk niet echt een heel goed liedje tussen. Misschien zat die tussen de afvallers.

Dus je hebt je daar staan te vervelen?
Dat nu ook weer niet. Het is moeilijk om in slaap te vallen bij bubblegumpop met aardbevingsbassen en trap beats. Daarnaast maakt Astrid een hoop goed met haar vermakelijke, springerige enthousiasme. Na zo'n tegenslag is dat op z'n minst prijzenswaardig.

Brodka: artrock meets songfestival
De Poolse zangeres Brodka verschijnt in het Grand Theatre met een volledig in wit geklede vijfmansband achter zich, zelf gehuld in een outfit die het midden houdt tussen David Bowie en het Eurovisie songfestival. Ze zingt grotendeels in het Pools, heeft twee verschillende orgels bij zich, een vibrafoon, en om onbegrijpelijke redenen ook een soort vogelfluitje. Muzikaal is het allesbehalve catchy, weinig gefocust en soms ronduit aanstellerig. Op de succesvolste momenten leent Brodka de sound en stijlfiguren uit experimentele jaren '70 rock, met af en toe een psychedelische vlaag of een totaal onaangekondigde stilistische U-bocht. (CvW)

Dat klinkt afgrijselijk.
Dat zou je zeggen, maar al die supergladde acts met al dan niet geforceerd hitpotentieel, is Brodka eigenlijk een verademing. Hier staat tenminste iemand helemaal voor zichzelf te musiceren, zonder verkoopcijfers in acht te nemen.

Waar komt die Brodka eigenlijk ineens vandaan?
In haar thuisland is ze naar het schijnt een grote ster, omdat ze ooit de Poolse versie van Idols heeft gewonnen. Zeg maar Jamai met een artrockband.

Dus toch wel leuk eigenlijk?
Haha, nee. Songfestivalartrock is nooit leuk. Maar Eurosonic zou Eurosonic niet zijn zonder acts als Brodka.