Rush Hour betrekt grotere winkel: het succes van angstaanjagend specialisme

Antal Heitlager over diggen, draaien en die Japanner met die grote glimlach

Atze de Vrieze ,

“Zal ik het je even laten zien?” Antal Heitlager staat in de deuropening van zijn winkel aan de Spuistraat in Amsterdam. Nee, niet dat kleine winkeltje op nummer 98, maar op nummer 116, precies 70 meter verderop. Al een jaar of vijf, zes is Rush Hour op zoek naar een volgende stap, een groter pand. Overal in Amsterdam werd gezocht, ook buiten het centrum, want de echte muziekliefhebber is vast bereid om iets verder te fietsen. “Tot ik The Gaslamp Killer in een interview op 3voor12 hoorde zeggen dat Rush Hour zijn enige houvast in Amsterdam is: rechtdoor het station uit. Hij noemde het een thuishaven, veilig. En toen diende zich dit pand aan, in dezelfde straat.”

Voor liefhebbers van elektronische muziek is Rush Hour al jaren een begrip. De winkel is dan wel klein, maar staat bomvol vinyl. House, techno, disco, maar ook bijzondere collecties Zuid-Amerikaanse en Afrikaanse muziek, krautrock, soul. Nederlandse labels als Delsin en Dekmantel zijn er ruim te vinden, een reissue van Fingers Inc geldt er als een schat, en aan de muur hangen kleurrijke hoezen van totaal onbekende disco en afrobeat-releases. Nu ineens is er dus ruimte, te beginnen bij een enorme etalagekast waar je niet omheen kunt als je het pand binnen stapt. 

Individualist
“Er zat altijd een drankhandel in. Hier kochten we het bier als we een instore hadden”, zegt Heitlager, terwijl hij voorgaat door de grote ruimte. Het is er hoog en licht, met grote ramen en een enorme display-kast voor het belangrijkste nieuwe spul. “Het was altijd een donker hol, deze winkel. Deze pilaar zag je niet, die hebben we hersteld. Het plafond was laag, de ramen waren helemaal dichtgebouwd met houten etalages. De kozijnen hebben we nieuw gebouwd.” Het is een enorm verschil met het nauwe, oude hok waar Rush Hour sinds 1997 in huisde. Het was er zo krap dat een deel van de voorraad op de grond onder de bakken stond. Een ander deel stond zelfs boven, buiten bereik van het winkelend publiek. “Een label als Light In The Attic bijvoorbeeld heeft inmiddels zo’n grote catalogus, dat konden we niet allemaal kwijt. In de nieuwe winkel hebben we ook meer ruimte voor tweedehands. We hadden er altijd een stuk of honderd staan, maar die zag je makkelijk over het hoofd. Straks staan er zeker 500, dat schiet op.” Hij schuift een deur open, richting het toekomstige kantoor van Rush Hour. “Je kunt er ook een feestje geven. We weten nog niet precies wat we ermee gaan doen.”

Terwijl de afgelopen vijftien jaar heel wat platenzaken in zwaar weer terecht kwamen, was dat bij Rush Hour eigenlijk helemaal niet aan de orde. Dat komt onder andere doordat het bedrijf meer is dan dat. Rush Hour is een label, een distributiebedrijf, organisator van evenementen en thuishonk van talentvolle dj’s als San Proper, Tom Trago, Interstellar Funk en Robert Bergman. Ook Antal zelf, een van de oprichters van het bedrijf, is tegenwoordig een gevierd dj, eigenlijk vooral sinds zijn befaamde dubbelslag met Hunee op Lowlands 2014. Sindsdien wil iedereen ze hebben, liefst samen. Talloze all-night-long sets deden ze al, maar Antal draait ook nog steeds graag alleen. “Met Hunee is het natuurlijk ontstaan, dat gaat gewoon heel fijn. Maar in principe ben ik een individualist.”

Overweldigend
Dat is ie inderdaad, een individualist die toch een spin in het web werd. Het begon allemaal rond 1997. Zaandammer Antal Heitlager richtte het bedrijf destijds op met Christiaan MacDonald, tegenwoordig nog steeds manager van o.a. Tom Trago en Aardvarck. De kracht van de winkel is het haast angstaanjagende specialisme. Volg de Facebook van de winkel, en je krijgt elke dag obscure tips. Lang leve het digitale tijdperk, want zo’n winkel als Rush Hour is van nature niet bepaald laagdrempelig. Niet dat er onaardige mensen achter de balie staan, maar je voelt je al snel een ongelofelijke sukkel als je zo’n specialistische winkel binnen stapt, als een geheim genootschap waar je eigenlijk geen vraag durft te stellen. “Haha, ik kan me wel voorstellen dat het overweldigend kan zijn”, lacht Antal, “maar in de nieuwe winkel proberen we de drempel wel zo laag mogelijk te maken. Ik ken het gevoel en dat was ook een van de redenen om een eigen winkel te beginnen destijds.” 

Al snel kwam Antal erachter dat je voor uitgebreidere selecties beter naar Duitsland of Belgie kon gaan. En voor het echt bijzondere materiaal reist hij tegenwoordig de hele wereld over. Soms in combinatie met dj-gigs, soms ook gewoon als een soort muziekvakanties. Zo is hij net terug uit Zuid-Afrika, en kent hij de Zuid-Amerikaanse markt inmiddels heel goed. “Ik vind het leuk om te doen en ik krijg er energie van, maar ik doe er natuurlijk ook zaken. Ik ben inmiddels een keer of tien in Brazilië geweest. De eerste keer had ik geen idee. Ik was een jaar of 25, was net met mijn vrouw Bianca en wij wilden graag naar Brazilië op vakantie gaan. Met dubbele agenda: ik wilde ook de muziek ontdekken. Ik had geen idee: ik heb gewoon op de Copacobana wat rondgevraagd, was niet voorbereid, had geen portable draaitafel bij me. Vier uur voor mijn vliegtuig vertrok, ontdekte ik Tropicalia Disco, een hele goede platenzaak in Rio. Ik heb nog snel een tas vol bij elkaar gezocht, en heb me naar het vliegveld gehaast. Een jaar later zijn we met een hele groep teruggegaan, om het carnaval te vieren. Tom Trago was erbij, Jojanneke Wannabeastar, San Proper. Ik weet nog hoe we stonden te dansen onder de bogen waar ook de tram doorheen gaat. Stond ineens een Braziliaan met twee handen in Tom zijn zakken. Ehm, zoek je iets? Dat werd even iets te grimey, maar over het algemeen maak ik het niet al te gek. Er zijn mensen die veel verder gaan dan ik.”

Felgekleurd overhemd
Samen met Hunee ontdekte Antal ook Soichi Terada, een Japanse vijftiger, werkzaam in de game-industrie, die dankzij de compilatie Sounds From The Far East ineens in de hipste clubs van de wereld optreedt. In het najaar deed hij op een Europees tourtje de hoofdsteden van de house aan: Amsterdam, Londen, Parijs en Berlijn. “Hunee had het al een tijdje over Soichi Terada, die ik alleen kende van een heruitgave van zijn hitje Sunshower op Crème Organization. Daar was het verhaal van bekend: hij had die track ooit gemaakt met een Japanse zangeres en met Paradise Garage-legende Larry Levan. Volgens Hunee moesten er nog veel meer 12 inches zijn. Hij mailde Soichi, en die mailde binnen een half uur terug. Een dag later hadden we een terabyte aan muziek, wat heel ongebruikelijk en zelfs een beetje naïef is. We hebben besloten daar een selectie uit te maken. Een seller? Nu wel ja, maar wij dachten: misschien verkopen we er duizend.”

“We hebben Orpheu van Red Light Radio gevraagd een ontwerp te maken. Hij kwam terug met een foto van Soichi in een vrolijk overhemd met een grote glimlach, gecombineerd met een vlag. Ik dacht: nou, dat had ik zelf ook wel gekund, haha. Maar op een gegeven moment landde het wel, het is een ongelofelijk ontwapenend beeld. Dat heeft Orpheu goed gezien. En toen we Soichi een paar maanden later in Japan voor het eerst ontmoetten, bleek hij precies de man op de foto: die lach, dat overhemd, de liefste man die je ooit zult ontmoeten. Onze Japanse distributeur was het die voorstelde een show met hem te doen in Kobe, toen wij daar waren met San Proper en Young Marco voor het Rainbow Disco Club-festival. Wij dachten nog: waarom niet? Het is de hoofdstad niet, het kan niet mis gaan. Bedenk je wel: de man had nog nooit opgetreden met deze muziek. Maar zodra hij begint, is iedereen ontroerd. Hij praat er doorheen, hij zingt en danst, op een gegeven moment speelt hij met origami. Ik dacht: wie is deze man? Die avond heb ik meteen mijn boeker Rieks gesmst: hier moeten we iets mee. Nu reist ie de hele wereld over.”

Heilige graal
Het is de heilige graal van iedere digger: iets onder het stof vandaag halen dat vervolgens door heel veel mensen gekoesterd wordt. Het is nog geen Searching For Sugarman, maar in de eigen kleine niche van Rush Hour is het een gouden vondst. Voor Antal is het ultieme doel om de disciplines samen te laten komen: zijn verzameldrang, zijn zakelijk instinct, en zijn dj-sets. “Na Lowlands had iedereen het over het laatste stuk van Hunee en mij samen, maar minstens zo belangrijk voor mijzelf was het begin. Ik was net terug van vakantie in Lissabon, met een hele stapel Afrikaanse muziek die ook voor mij nieuw was. Dat is het ultieme: muziek kopen, twee dagen later draaien voor duizend man en zien dat iedereen het precies zo ervaart als jij. Wat dat betreft is dj’en gevaarlijk: je hebt er altijd een dansvloer voor nodig. Soms lukt het ook niet helemaal, dan voel je je als een voetballer op leeftijd die de bal niet meer weet te raken. Vroeger, meer in het begin van mijn dj-carriere, stond ik bijvoorbeeld wel eens in de bovenzaal van Paradiso met iemand als Joe Claussell beneden als main act. Dan hoef je maar een verkeerde plaat te draaien, of de mensen haken af. Op zo’n avond draaide je wel een paar keer de zaal leeg. Het was een goede leerschool, want zo leer je echt medley-draaien: elke minuut moet er iets gebeuren om de mensen bij je te houden. Als dat lukt, dan is het druggy en verslavend.”

En zo gaat Rush Hour een heel nieuwe fase in, met een overvolle agenda voor Antal tot gevolg. “Dit pand zou eigenlijk niet doorgaan, omdat de verhuurder ook de kantoren er boven al wilde verhuren. Uiteindelijk ging het toch door, maar mijn agenda had ik zich intussen al flink gevuld. Vorige week was ik in Cardiff en Parijs, dit weekend in Chicago en New York, volgende week naar Berlijn, Londen en Manchester. Dan heb ik nog een familie - ik ben ook voetbaltrainer voor het team van mijn dochter - en het is niet alsof de Belastingdienst ineens wacht. Gisteren dacht ik: tering he, het is too much. Maar straks staat de winkel er. Die gaat muziek ademen. Dat is het liefste wat ik doe: muziek zoeken, draaien en verkopen. En ik moet er echt bij zeggen dat zonder het Rush Hour team sowieso niets mogelijk is. De mensen die bij Rush Hour werken zijn geweldig.”


Rush Hour’s nieuwe pand is eigenlijk al open, maar wordt officieel ten doop gehouden met een Weekender in OT301 van 8 tot 10 april, waar onder andere Dego and the 2000Black Family, Sadar Bahar, Soul In The Hole, Mick Wills en Rush Hour residents Robert Bergman en Interstellar Funk optreden. Antal heeft o.a. Bar in Rotterdam (22 april), een all-nighter in De School in Amsterdam (23 april), Best Kept Secret (17 juni), Strange Sounds From Beyond (26 juni), Dekmantel Festival (5 augustus) in zijn agenda staan.