ITGWO 2014: Benjamin Clementine eist geduld van zijn publiek

En heeft ongetwijfeld zijn bootticket al uitgeprint

Ralph-Hermen Huiskamp ,

Op Eurosonic was Benjamin Clementine een van de grote ontdekkingen. Solo achter de piano maakte hij enorm indruk met zijn stem en kop en persoonlijke teksten over onder andere zijn moeilijke tijd als straatmuzikant in Parijs. Een paar maanden later was hij in het MC Theater grilliger. Halverwege de show vroeg hij mensen die zijn muziek niks vonden de zaal te verlaten. Op North Sea Jazz kwam hij zelfs helemaal niet opdagen, al zit daar nog wel weer een wonderlijk verhaal aan vast.

Op papier is het precies het verhaal dat mensen willen horen: jong van huis weggelopen, later in Parijs geld bij elkaar schrapend als straatmuzikant en spelend in kroegen en verjaardagen. Zijn belevenissen daar verwerkt hij in zijn liedjes. In zijn potentiële doorbraaknummer Cornerstone bijvoorbeeld zing hij over eenzaamheid, over de doos waarin hij leeft, zijn liegende omgeving. Met een groot gevoel voor drama, een snik in zijn stem, maar vol overtuiging. Het rare is weer dat hoe persoonlijk zijn teksten ook zijn, hij het totaal niet over zijn periode in Parijs en zijn jeugd wil hebben. “Laten we het over mijn muziek hebben, en niet over dat allemaal. Ik krijg er zo veel vragen over, maar het interesseert me niks.”

Zijn muziek dus. Hij heeft intussen zeven nummers uit, verspreid over twee EP’s. De eerste met slechts zijn zang en piano, op de vorige week verschenen Glorious You heeft hij dat uitgebreid met elektronica en strijkers: "Geen idee, waarom dat verschil is. Elk nummer heeft gewoon zijn eigen compositie." Er zit ook een album aan te komen. Maar “daar kan ik nog helemaal niks over zeggen. Het komt er aan. Mensen moeten niet zo veel daarover praten, maar gewoon luisteren. Praten is zilver, zwijgen is goud. Mensen gaan het saai vinden, maar mijn luisteraar moet geduldig zijn."

Satie
Via een omweg wil Clementine toch wel het een en ander vertellen over zijn weg die uiteindelijk naar het Bospodium op Vlieland heeft geleid. Een belangrijk moment was op zijn elfde, toen hij aan de knoppen zat te draaien van de radio. Vanwege zijn keyboardlessen was hij opzoek naar een radiostation dat pianomuziek draaide. Bij toeval hoorde hij muziek die hem meteen wegblies. “Ik kwam er later achter dat het Satie was, en begon meteen meer te zoeken. Het bleek dat zijn nummers goed op het gehoor was mee te spelen, zo moeilijk waren ze niet.” Die invloed van Satie hoor je nog steeds terug in zijn spel. Akkoorden worden opgesplitst, arpeggio gespeeld, en de melodieën doen ook vaag aan de Franse componist denken.

Uiteindelijk rolt Clementine vanzelf in de popmuziek, al ziet hij zichzelf nog steeds niet als muzikant. “Ik dacht nooit te gaan doen wat ik nu doen. Vroeger was ik opstandig, jong. Ik moest boeken lezen, studeren, maar ging liever muziek maken. Ik zie me zelf ook niet als een soulzanger, zoals ik vaak genoemd wordt door jullie, journalisten. Ik wil mezelf gewoon uitdrukken. De dingen die ik mee maak, komen er weer uit. Ik snap ook niet dat ik met zangers vergeTen wordt. Ik ben niet eens een zanger.”

Geduld is de sleutel
En hoewel hij hard roept dat hij het echt niet over Parijs wil hebben, wil hij er toch wel iets over kwijt. Tijdens zijn verblijf daar speelde hij niet alleen veel, hij schreef ook een hoop. “Soms schiet me iets te binnen. Woorden, geen idee waar ze vandaan komen. Ik probeer dan een manier te vinden om mijn idee op papier te krijgen. Meestal krijg ik dan automatisch een melodie in mijn hoofd, wat weer helpt om de goede woorden te vinden. Soms gaat het heel snel. Cornerstone schreef ik in vijf minuten, eerst met gitaar, omdat ik die toevallig in mijn handen had toen het gebeurde. Uiteindelijk kon ik dat nummer komen voorspelen bij Jools Holland. Ik dacht dat het niks werd, maar een paar weken later werd ik terug gebeld dat ik mocht komen. Toen ik daar aan kwam zag ik pas dat ik in dezelfde uitzending zat als Arctic Monkeys en Paul McCartney.”

Na die uitzending ging het hard. Cornerstone maakte grote indruk, en het balletje begon te rollen. Hij werd geboekt voor festivals, kreeg interviewaanvragen. “Opeens was ik zelf ook niet meer geduldig. Ik wilde ook dat mijn album toen al zou uitkomen. Maar dat geduld is toch belangrijk. Ik werk met mensen die weten hoe zulke dingen werken, en vind het zelf toch ook echt belangrijk. Voor de buitenwereld lijkt het allemaal snel te gaan, maar ze zien niet dat ik voor die uitzending al jaren bezig was. Schrijven, spelen, repeteren. Maar door dat tv-optreden kreeg ik wel meer zelfvertrouwen. Het voelde alsof ik aan het eind van de weg stond, om aan een nieuwe weg te beginnen. Eindelijk was ik op een plek waar artiesten willen zijn, nu moet ik bewijzen dat ik er thuis hoor.

Om echt zeker te zijn dat hij dat gaat bewijzen, weegt Clementine alles zorgvuldig af en neemt hij de tijd. “Er staat al een band klaar om mee te spelen, maar ik heb er bewust voor gekozen eerst solo op pad te gaan. Mensen moeten eerst de man achter de piano zien, wennen aan mij. Nu ze mijn meer elektronische nummers kunnen horen, merken ze dat er meer in me zit. Deze winter komt de band erbij. Daarbij gaat het studiowerk niet vanzelf. Ik merk dat ik vanwege mijn ervaring makkelijk optreed. Op het podium vind ik het vanzelfsprekend om eerlijk over te komen en contact te leggen met het publiek. Een album opnemen is een totaal ander ambacht. Ik wil er hetzelfde mee bereiken, maar het gaat me minder makkelijk af.”

Zwemmend naar Vlieland?
Hoewel grillig, heeft Clementine dus goede papieren om op Vlieland indruk te maken. Het enige wat nog spannend is, is of hij komt opdagen. Op North Sea Jazz bleef het podium immers leeg. Het zat het daarmee? "Ik kwam met de trein, en had mijn kaartje niet uitgeprint. Doordat ik geen WiFi had, kon ik hem vervolgens niet laten zien en werd ik de trein uitgetrapt. Ik ben maar gaan lopen, zo'n zeven of acht uur. Zeker 45 kilometer. Toen ik eindelijk in Rotterdam kwam was het veel en veel te laat."