Volgens Pepijn Lanen, die als Faberyayo en als lid van De Jeugd Van Tegenwoordig door het leven gaat, moet je in een studio wel een beetje afgesloten zijn van de buitenwereld. “Een studio moet niet te gezellig en te gemakkelijk toegankelijk zijn, anders gebeurt er ook weer niks.” Zijn producer Tim Berkestijn, oftewel Benny Sings, vindt van niet. “In mijn nieuwe studio heb ik daglicht.” Lanen: “Nee, ik bedoel niet dat er per se geen licht mag zijn, maar het moet wel dof zijn. Voor akoestieke doeleinden.” Die akoestiek is nog wel een dingetje in de studio van Berkestijn, waar Lanen zijn album opnam. We zitten in Tussen de Bogen, op een steenworp afstand van Amsterdam Centraal. De ‘studio’ is een veredeld hok, volgestouwd met oude piano’s, waarvan het stenen plafond in een boog loopt. Elke vijf minuten rijdt met zeer veel geluidsoverlast een trein over. Hinderlijk, en ook niet bevorderlijk voor het opnameproces. Benny legt uit hoe ze tussen de treinen door werkten: “Gewoon, midden in een zin stoppen en dan weer doorgaan. Dat is hoe ik m’n laatste drie albums gemaakt heb.” Faberyayo: “Het was ook wel grappig. Ik ben niet zo’n heel goede zanger en soms moet je dan een tweede stem inzingen. Ik weet wel een beetje hoe dat werkt, maar het gaat niet natuurlijk en moet het wel onthouden. Dan had ik het net in m’n hoofd, kwam er een trein voorbij en moest ik weer wachten en opnieuw gaan zitten en dan ben je het weer kwijt. Maar dat maakt het wel extra bijzonder.”
3voor12award: de werkplek van Faberyayo en Benny Sings
Bij opnames Coco ging het aloude adagium ‘geen gezeik, iedereen rijk’ wel op
Donderdag 20 september wordt de 3voor12award uitgereikt, in aanloop naar de uitreiking gaat 3voor12 langs bij de locaties waar de genomineerde albums zijn ontstaan. Waar en hoe werden deze albums gecreëerd? Hoe droeg de werkplek van de artiesten bij aan de excellente platen die er nu liggen? Vandaag: de werkplek van Pepijn Lanen, die als Faberyayo in de studio van en met Benny Sings zijn debuutalbum Coco opnam. Aanvankelijk dacht Lanen aan EP, "maar toen groeide het naar een cd waarbij het overkoepelende idee liefde is en het thuisgevoel dat je met z’n tweeën hebt.”
Productionele grappen met meeuwen
Coco is een warme plaat geworden, mede dankzij de productie van Berkestijn. Zijn producties vindt Lanen “hele gezellige muziek”, maar het is toch ook weer gelaagd. “Het ligt heel makkelijk in het gehoor, maar het is niet heel makkelijk.” Berkestijn werkt vaak in zijn eentje, dus komt hij al snel bij samples terecht. “Voor Coco hebben we voor drumsamples gekozen, en de rest speel ik dan gewoon in. Meestal kwam Pepijn met een idee, zo van ‘ik wil vandaag dit en dit maken’ en dan ging ik dat maken, of althans, mijn interpretatie daarvan. En dan zat hij tegelijkertijd achter mij al teksten te schrijven, terwijl ik alles aan het inspelen en het bedenken was. En dan kom je dus op van die grappen zoals meeuwen aan het begin van Zomer Aan De Wand.” Lanen bedacht zelf geen melodielijnen die hij dan aan Berkestijn overdroeg: “Als ik een idee heb, dan is het meer over wat voor soort muziek het moet zijn. Of het een beetje snel moet zijn, of langzaam. Op een gegeven moment hadden we bijvoorbeeld heel veel nummers met drumbreaks erin ofzo, of waar de drums een hiphopgevoel hadden, maar ik wilde meer een bandgeluid. Dat soort dingen. Zangmelodieën heb ik pas geschreven toen de muziek er al was.”
Van één nummer naar EP naar een album
Een heel album maken was aanvankelijk niet het plan, vertelt Lanen. “We hadden in de eerste instantie alleen Solonaise (op Lanens mixtape Het Grote Gedoe uit 2010, red.), dat gaat over dat ik in m’n eentje thuis zit en geen zin heb om met mensen te praten. Het tweede nummer was Een Echte, wat over m’n meisje gaat en dat we samen heel fijn in een huis wonen. Toen Restjesdag, wat ook gaat over in je eentje in een huis zijn en alcohol drinken. Toen had ik bedacht dat als we nog een of twee nummers opnamen, we een EP hadden. Het thema werd thuis zijn en binnenshuis dingen doen. Maar toen namen we nog een paar toffe nummers op en dachten we ‘misschien moeten we het hier niet bij laten en verder gaan’, en toen groeide het naar een cd waarbij het overkoepelende idee liefde is en het thuisgevoel dat je met z’n tweeën hebt.”
Geen gezeur in de studio: “Ja vet, ja vet, ok doei!”
Berkestijn en Lanen lieten elkaar heel vrij tijdens het schrijven en componeren van nummers voor Coco. Voor Berkestijn werkte dat bevrijdend: “Voor het eerst maakte ik gedachteloos muziek. Pepijn zei de hele tijd ‘ja vet’, dus dat was heerlijk om te werken en dan ga je gewoon de hele tijd door. Het is best een dingetje dat je in één dag een hele song erop krijgt. Meestal is het zo’n gezeik. Constant ruzie maken over die ene noot die anders moet of gezeur over tekst. Nu was het alleen maar van: ja vet, ja vet, oh hij is af. Doei!” Lanen voegt toe: “Met De Jeugd heb ik in de studio precies datzelfde gezeur. Moet je het eerst eens worden over het thema en wat het refrein wordt. Soms heb je het refrein maar dan weet je eigenlijk nog helemaal niet of het goed genoeg is, of je hebt mensen die zeggen ‘ik moet er nu vandoor, ik schrijf later wel wat’. Voor je het weet heb je twintig halve nummers liggen waarvan je ook niet weet in welke staat van ontwikkeling ze zijn.” Het enige nummer van Coco dat wat moeizamer ging was Splash. Doordat het een muzikale bewerking van een onafgemaakt Benny Sings-nummer was, moest Lanen zichzelf een andere manier van werken aanmeten. “Ik moest een bestaande vocale melodielijn vertalen naar het Nederlands. Als de melodie, het aantal lettergrepen en de timing er al is, moet je woorden verzinnen die bij het thema passen en precies daarin passen. Dat was al een heel gedoe en dan was er ook geen duidelijk einde aan het nummer, dus het heeft toen even gelegen. Uiteindelijk is het wel muzikaal één van de tofste nummers geworden.”
Lanen is heel trots op het album. “Ik vind het album voor zich spreken maar dat komt omdat ik het zelf geschreven heb. Het is op een heel non-lineaire niet geplande manier ontstaan, en toen het klaar was wist ik ook niet per se wat ermee moest gebeuren. Het is heel goed gegaan en ook echt helemaal een album geworden, nadat het een hele tijd lang alleen maar een stel mp3’s op m’n computer waren.”
De uitreiking van de 3voor12award is op 20 september in TrouwAmsterdam. De winnaar wordt gekozen door een jury.