Rotterdammers woensdag op de barricades voor de nacht

Het was het grote muzieknieuws van afgelopen week: na anderhalf jaar investeren in de nieuwe locatie door het team van BAR, heeft de gemeente Rotterdam de stekker uit het plan voor een nieuwe club getrokken. Dat betekent dat er geen nieuwe locatie komt voor de Rotterdamse club, ondanks dat de huidige locatie over een paar maanden al moet sluiten. Wanbeleid van de gemeente volgens een hele groep bezorgde Rotterdammers, D66 heeft al in de gemeenteraad gezegd dat het besluit moet worden teruggedraaid. En inmiddels hebben al meer dan 1400 mensen aangegeven woensdag de straat op te gaan, tijdens het protest Opstaan voor de Nacht.

Binnen een paar dagen heeft de actie een belangrijk deel van het Rotterdamse nachtleven achter zich gekregen: David Vunk komt draaien, Rotterdamse instituten en bekende dj’s als Job Sifre, Carlos Valdes, Operator Radio en Pinkman Records hebben zich aangesloten, BAR zelf deelt oproepen. Toch is het protest buiten de betrokkenen zelf ontstaan.

Het komt uit de koker van Thijs Boer, een Rotterdamse student die ‘gewoon gefrustreerd' het Facebook-evenement aanmaakte. ‘Ik heb geen belangen bij de club of iets. Ik ben voornamelijk betrokken als Rotterdammer. Niet eens als uitgaansliefhebber, want het uitgaansleven ligt hier op zijn gat, dus er is weinig om lief te hebben. Sinds kort hebben enkele Rotterdammers uit de culturele industrie een verbond opgericht. Het heeft nog geen vaste vorm, we hebben twee keer een drankje gedronken. Ik heb een beetje impulsief of zelfs egoïstisch het bericht de ether ingegooid voordat ik die groep heb gevraagd of zij zich ook wilden aansluiten. Gelukkig wilden ze dat.' 

Het verhaal van BAR is volgens Boer de trigger achter het protest van woensdag, maar het vooral een onderdeel van een groter verhaal. ‘Rotterdam is zich overdag gigantisch positief aan het ontwikkelen. De stad is veiliger dan ooit, toeristen komen hier, vastgoedprijzen stijgen. Er komen zelfs steeds meer Amsterdammers naar Rotterdam. Maar van al die ontwikkelingen is niets in de nacht terug te zien. Het aantal nachtclubs loop terug, en ik heb het gevoel dat dat door onbehoorlijk beleid komt. Er is natuurlijk een politieke stroming, een groep ouderen of wat dan ook, die hier helemaal geen boodschap aan heeft. Maar ik denk dat wij met dit protest een groep vertegenwoordigen die het wel belangrijk vindt. Ik wil niet alleen maar naar de gemeente wijzen, maar daar ligt wel een belangrijk deel van de problematiek. Clubs krijgen bijvoorbeeld vaak alleen maar tijdelijke locaties, waardoor het bijna niet te doen is om genoeg te investeren in het gebouw en de omgeving. Uiteindelijk wordt de stad denk ik alleen maar aantrekkelijker als de nacht door de gemeente net zo belangrijk gevonden wordt als de dag.'