Zeven april is voor vele programmeurs een goede avond om bands te boeken. Van The Kik in De Mythe, talentenjacht in Zeeuws Vlaanderen tot Zwaanfest met coverbands in Kapelle. En bij die laatste komt vrijwel hetzelfde publiek op af dat normaliter in ’t Beest te vinden zou zijn. Wellicht had men dit beter kunnen afstemmen met elkaar. In poppodium ’t Beest oogt het een rustige avond te worden. De terrassen zitten nog goed vol, en de eerste zomeravond is een feit.
De paasfestiviteiten zijn weer achter de rug, de vaste familietradities zijn ook weer gepasseerd, dus is het tijd om de podia te bezoeken. Deze zaterdagavond in april is het een drukte van jewelste. Overal in de provincie kan men gaan genieten van een goede bak muziek. Wij gingen kijken in Poppodium ’t Beest voor wat punkrock.
Desalniettemin staan er deze avond vier lokale bands geboekt die ze van jetje geven. De heren van Stockholm Syndrome mogen de spits afbijten. Hardrock met wat metal invloeden is wat de toon zet. De set heeft een kop en een staart, maar de zanger vindt de podiumvloer dusdanig interessant, en blijft naar beneden te kijken, waardoor hij het contact met het publiek verliest. Dat is jammer, want de zang is dik in orde.
- Tekst gaat verder onder de foto's -
Goesenaren The Unknown Children betreden als tweede de bühne met wederom invalgitarist Rick Tempelaars. Er is de afgelopen maanden duidelijk gewerkt aan het showelement. Van een introductie met quotes van Trump en space-sounds wordt er een geheel gecreëerd, waarop aansluitend het nieuwe nummer ‘Counterfeit’ wordt ingezet. Het enige minpunt is dat Tempelaars niet de energieke bewegingen en de gekheid heeft op het podium als de afwezige gitarist Bram Pelgrim, al wordt dit al aardig goedgemaakt door bassist Jelmer Goetheer.
TreeHook heeft afgelopen winter een reeks van Popronde-shows achter de rug, en deed vrijdagavond nog het voorprogramma van Claw Boys Claw in Gebouw-T. Noisepunkrock is het wat ze maken. Het is rauw, soms ietwat mysterieus en vol met verrassingen. Geen moment in de set om in verveling te raken. Van een ingevlogen saxofonist tot de energievolle uitspattingen van zanger Maric. Het cadeautje in de set zit vooral in de staart van het optreden. Het drumstel komt naar voren en krijgt in het publiek een plaats. Geen vijf minuten later gaat de show verder en gaat alles aan kant. Wat een bak goede herrie waarbij de drummer de show steelt.
Last but not least de band Doodskop. Een band waarvan je bij het zien van de naam al gaat fronsen. Wat kan ik verwachten? Het blijken korte punkrockliedjes te zijn over het wel en wee van het leven. Punkrock in zijn puurste vorm, waardoor het allemaal op elkaar gaat lijken. Het publiek vindt het wel prima en doet vrolijk mee. Fascinerend is het einde van de set. Nog voor dat het laatste akkoord heeft geklonken verdwijnt de zanger van het podium, om terug te komen met boodschappentassen vol merchandise. Hij loopt alvast vrolijk naar de stand om zijn boeltje klaar te zetten. Beetje vreemd, maar wel lekker.