Nadat bekend werd dat Kytopia ging stoppen, dachten zowel Kirkels als Van Wijk meteen: “Dit moeten we oppakken”. Dat kwam niet zomaar uit de lucht vallen, want de twee, die allebei lange tijd actief waren binnen Kytopia, hadden het er al eerder over gehad. “We spraken elkaar regelmatig op de vrijdagmiddagborrel, toen Kytopia nog aan de Oudegracht zat. Uit die gesprekken werd al vrij snel duidelijk dat we hetzelfde wilden, namelijk (nog) meer halen uit deze muzikale broedplaats”, blikt Van Wijk terug. “En we wilden absoluut niet dat alle muzikanten zonder werkplek zouden komen te zitten en er niks meer over zou blijven van alles waar we met elkaar voor hebben gevochten en gestreden”, vult Kirkels aan. Werk aan de winkel dus.
Toen Kytopia begin 2019 dakloos dreigde te raken, werd er op de valreep onderdak gevonden in de bossen van Den Dolder. Het doel was om ooit weer terug te keren naar Utrecht, maar na de zoveelste mislukte poging daartoe, besloten Erik en Colin Benders aan het einde van datzelfde jaar de stekker uit Kytopia te trekken. Dankzij Bonnie Kirkels en Iwan van Wijk konden veel Kytopia-muzikanten tóch in hetzelfde pand blijven. Met stichting KLANK gaan zij op een geheel eigen wijze verder, waar Kytopia stopte. Wij gingen langs.
Vorig jaar februari werden alle betrokkenen opgetrommeld voor een huisvergadering. Daar werden de muzikanten met een studioruimte gerustgesteld, want de overeenkomst in Den Dolder kon door stichting KLANK worden overgenomen en werkruimtes konden blijven bestaan. Tijdens diezelfde vergadering deelden Kirkels en Van Wijk ook meteen hun toekomstplannen. Ze dromen van een ‘broedplaats plus’. “Je moet het zien als een soort community waar alles binnen handbereik is: kennis, ervaring, talent, gezamenlijke activiteiten, apparatuur waar je gebruik van kunt maken, maar ook gewoon menselijke interactie waar veel muzikanten behoefte aan hebben.” Als voorbeeld noemt Kirkels De Basis in Nijmegen, waar ze in de startfase bij betrokken was. Een creatieve smeltpot waar je terecht kunt voor allerlei zaken op muzikaal gebied.
Dat is een groot verschil met hoe Kytopia was. Kirkels en Van Wijk benadrukken dan ook dat KLANK echt een vervolg is op dat wat tot nu gebouwd werd. Van Wijk legt dat uit: “Toen Colin in 2010 zijn droom tot waarheid maakte aan de Utrechtse Zeedijk, lag de focus op het samen muziek kunnen maken. Als dirigent wilde hij al zijn muzikanten het liefst op één plek samenbrengen. Dat was toen een heel vernieuwend idee, en ons businessmodel borduurt daarop voort. Wij gaan er vooral voor zorgen dat de muzikanten een fijn klimaat hebben om in te werken.” Daar voegt Kirkels aan toe dat ze, omdat het niet meer om één specifiek project gaat, ook veel meer openheid willen bieden: “We zoeken de connectie met de zorg en het onderwijs, maar ook met de buurt. Laten zien wat hier gebeurt is iets wat wij belangrijk vinden. En we kijken op een nieuwe manier naar de financiële mix. We willen zeker niet alleen maar leven van subsidies, maar ook zelf op zoek gaan naar investeringen vanuit het bedrijfsleven en andere modellen gebruiken om omzet te genereren. Muziek kan enorm veel bijdragen aan bedrijven, maar ook door samen te werken met mbo-opleidingen, de gezondheidszorg en andere partners houden we de onderneming gezond.”
Met die openheid willen ze laten zien dat stichting KLANK iets toevoegt aan een omgeving. Iets wat een belangrijke rol kan spelen in de toekomst, want uiteindelijk is het de bedoeling om terug te keren naar Utrecht. Na het vertrek van Kytopia, heeft Utrecht geen muzikale broedplaats meer. En dat is een gemis volgens de twee: “Er is op dit moment geen muzikale community in Utrecht waar je als artiest terecht kunt voor een mix van studioruimtes, repetitieruimtes en waar je andere muzikanten tegen het lijf loopt om mee te sparren. Dat is heel jammer.” Gelukkig is dit wel een agendapunt bij de gemeente, waar KLANK ook gesprekspartner is. “De gemeente gaat het komende jaar ook in gesprek met muzikanten om te onderzoeken wat er nodig is om het muzikale klimaat te verbeteren. We verwachten dus een positieve verandering in de komende periode qua ruimte en mogelijkheden”, sluiten de twee met een positieve noot af.