Je ziet de eerste voorzichtige bezoekers van Noorderzon wat vragend om zich heen kijken. Het festival is vandaag toch begonnen? Het regenachtige plantsoen is zo vroeg op de avond vrijwel uitgestorven. Slechts een handjevol mensen loopt, de paraplu in de hand, over de Leliesingel. Twee blije meisjes proberen bij een van de containers het publiek te enthousiasmeren. “Heeft u zin in een leuke cabaretvoorstelling?” De natgeregende bezoekers schudden neerslachtig het hoofd.

Meindert Talma

Voor zijn container staat Meindert Talma met tape en wat geprinte A4'tjes nog snel de naam van zijn voorstelling op de gevel te plakken. De Ballade van Jannes van der Wal staat er, het 22 minuten durende openingsnummer van zijn meest recente plaat, een ode aan de Groninger damlegende en voormalig wereldkampioen. Het is typerend, de lange man met zijn stuk tape. Nederlands Onbekendste Popster heeft een voorkeur voor gruizige PowerPointpresentaties en gortdroge observaties, de visuele afwerking is niet het belangrijkste.

Talma maakt op verzoek nog even een paar foto’s van zijn kassavrijwilligster en nodigt zijn handjevol bezoekers dan uit in de container. Binnen brandt één kaal peertje boven een laptop, waarachter Talma plaatsneemt. De beamer staat al te zoemen voor de onvermijdelijke diashow. Het begin van de voorstelling bestaat uit een kort college over zijn relatie met dammen en zijn fascinatie voor Van der Wal, begeleid door een aantal foto’s. Hierna start de backingtrack en zet hij de Ballade van Jannes van der Wal in.

Meindert Talma

Het is moeilijk uit te leggen wat er de 22 opvolgende minuten precies gebeurt. Talma zingt onversterkt mee met de karaoke-versie van zijn nummer en speelt tussendoor op de melodica, terwijl er tegelijkertijd een vrij abstracte diapresentatie meeloopt met daarin een reeks wazige foto’s en onscherpe video-fragmenten. En het is goed. Heel erg goed. De levensloop van Van der Wal wordt tot in detail bezongen, zonder opsmuk, en vormt samen met de beelden en fragmenten een pakkende live-documentaire.

Talma slaagt er in om in 22 minuten een compleet beeld te schetsen van een bijzonder complexe man, wat al een prestatie op zich is. De manier waarop hij dat doet is volkomen oprecht, en verveelt geen seconde. Misschien heeft het er mee te maken dat Talma en Van der Wal veel overeenkomsten hebben. Allebei Fries en verhuisd naar Groningen, allebei tot cultheld verworden en, om Talma’s eigen woorden te gebruiken, allebei “iemand die niet schroomt zichzelf neer te zetten als rare snijboon”. Nu maar hopen dat er iemand is die over een halve eeuw zo’n prachtig eerbetoon aan Talma schrijft.

De Ballade van Jannes van der Wal is nog tot en met 21 augustus te zien op Noorderzon. Voorstellingen vinden plaats tussen 16:00 en 23:00 en de toegang is € 4,-.

Meindert Talma

Electropoëzie

Even verderop betreedt Electropoëzie Podium Plataan met al net zo’n onorthodoxe show. Dichter en frontman Hans Hoeverloo stelt de vraag zelf ook: “Tijd voor het volgende liedje, nummer, gepruttel, hoe noem je dit eigenlijk?” Nou, Electropoëzie lijkt eigenlijk de beste beschrijving voorhanden. Hoeverloo draagt voor uit eigen werk terwijl zijn kameraad de Ridderbaas de zielenroerselen omlijst met elektronische beats. Leuk en origineel concept, maar helaas slaat het niet echt aan vandaag.

Niet dat het per se aan Electropoëzie zelf ligt, de mannen hebben er wel lol in. Hoeverloo flaneert gedurende het hele optreden wat tussen het publiek door en schuwt het contact niet. Jolige dansjes, een grapje hier en daar en doordringend oogcontact worden allemaal in de strijd gegooid om de mensen bij de keel te grijpen. Het gebeurt alleen niet. De lolligheden en grapjes vliegen je om de oren, maar de show komt niet tot leven. Misschien is het dat de praatjes die Hoeverloo tussen de liedjes door houdt al net zo cryptisch zijn als zijn gedichten, misschien zijn het de inside jokes van de Ridderbaas, maar misschien is het ook gewoon dat de aanwezigen zich niet echt láten grijpen.

Electropoëzie

“Wil ik teveel van mijn psyche aan jullie vrijgeven? Ik denk het niet”, spreekt de poëet. Nou Hans, doe misschien maar wel. Muzikaal is het namelijk allemaal wel in orde. De teksten zijn origineel en best grappig, de synthbeats mogen er ook zijn en daarbij voegt de violiste nog een zweverig laagje toe dat het literaire sfeertje mooi ondersteunt. Aan het eind komt er nog een gitaar tevoorschijn en speelt het duo ter afsluiting twee akoestische nummers, waaronder een bijzondere versie van Vensterbank. Op papier alle ingrediënten voor een leuke act, maar de toeschouwers voelen zich er nog wat onwennig bij.

Op een gegeven moment staat Hoeverloo achter het publiek, dat de ogen strak op het podium gericht houdt. Even verderop staan drie jongens bij een bankje. Zij joelen en dansen met de muziek mee. Het is veelzeggend. Zoals gezegd is Electropoëzie een onorthodoxe act, eentje die wellicht ook gebaat is bij een wat onorthodoxer publiek.

Electropoëzie

Electropoëzie

Electropoëzie