Vissers & Jansen brengen, ogenschijnlijk vanuit het niets, een verrassend hoogwaardig hiphop album uit. Interessant op z’n minst en hoe dan ook indrukwekkend is het debuutalbum ‘De Deale’. Doorspekt van 90's sound en een zekere koppige traditie binnen hiphop vertegenwoordigd: die van liefhebberij, bewijsdrang en liefde. De weg tussen Nijmegen en Winterswijk kronkelt door een spookachtig mooi platteland en is precies één luistersessie van ‘De Deale’ lang.

The Deale

25 oktober kwam het album De Deale uit van de Achterhoekse hiphopformatie Vissers & Jansen. Een oldschool hiphop album van opvallend goede kwaliteit uit deze kant van het land. Verantwoordelijk hiervoor zijn Stijn Vissers (Beats/DJ) en Jip Jansen (MC), beide werkende mannen met een gezin met (jonge) kinderen.

De cover van het album door Archibaldt à Volonté is een minutieus getekende schuur op een boerenlandschap. ‘De Deale’ is de werkruimte van een boerderij, uitgesproken met een zwaar Winterswijks accent. Winterswijk en ‘countryboys’ zijn belangrijke thema’s van het album. Daarnaast gaat het over ouder worden en nederigheid in de raps over vakkundig getimmerde beats.

Vissers & Jansen

Vissers & Jansen

We spreken af in Winterswijk bij Stijn thuis in zijn kelder, een microkosmos met 90's hiphop memorabilia. Het hele album is geproduceerd in deze bescheiden kelder, aan het eind van een gang met kinderfietsjes. De ruimte ademt De La Soul, A Tribe Called Quest en Das EFX.

Beide heren werken al sinds de middelbare school samen en hun vriendschap is hecht. Als ze geen muziek maken, spelen ze Fifa. Ze hebben een sterk werkethos opgebouwd met de jaren. Toen de vorige formatie Doorgewinterd uit elkaar ging, maakten Stijn en Jip een doorstart. ‘De Deale’ is daar het resultaat van. 

Waar komt dit opeens vandaan?

Stijn: Ja, het is vrij simpel. We hebben een tijdje Doorgewinterd gehad, maar door verschillen in muzikale visie gingen we uit elkaar. Jip en ik wilden graag door met z’n tweeën, maar hoe? Voor ons was het logisch iets unieks te gaan maken, iets origineels, iets wat we niet eerder hebben gemaakt. We merkten dat we het proces bijna gingen forceren om écht een nieuw geluid of iets te ontwikkelen. We gingen eigenlijk toch het lekkerste op maken wat uit jezelf komt, en dicht bij je staat. Jip en ik zitten op één lijn met de muziek waar wij van houden. De muziek die we delen uit onze jeugd. 

*Real hiphop van DAS FX speelt*

Jip: Het is niet dat we deze sound na willen maken of terugbrengen, maar het komt er automatisch uit. Het is wat wij altijd al deden. We zien wel dat de populariteit van deze muziek is veranderd. Daarom ook onze eerste probeersels. Je kan wel heel erg meegaan en zeggen ‘we gaan nu poppy trap-hop maken’, maar dat past niet bij ons. We zijn ook een tikkie ouder. Ergens zien we het wel als een uit de hand gelopen hobby, maar we willen altijd kwaliteit brengen, dát geeft ons die kick. We weten dat als we deze muziek blijven maken, dan hebben we minder en minder luisteraars. De jeugd heeft gewoon die andere stijl nodig. Dan blijven er een paar liefhebbers over voor deze stijl en daar doen we het dan voor.

Vinden jullie hier voldoende bodem en mensen met wie zo’n product tot stand kan komen?

Stijn: Ja, we wilden nu echt een keer een album afmaken. We weten hoe ‘t ook kan gaan, dan blijft het op de planken liggen en dan komt er niks van. Dan wordt het geen compleet product. Dus we hebben gezegd: het is belangrijker om eerst het album af te maken. Daar komt natuurlijk veel meer bij kijken dan alleen nummers opnemen. Want we zijn maar met z'n tweeën. Dus daar komt mixing, content, distributie en nog veel meer bij. We doen zoveel mogelijk zelf, behalve de cover. Die is gemaakt door Archibaldt à Volonté. Hij heeft er een echt handgemaakt kunstwerk van gemaakt en dit weerspiegelt voor ons wel het proces van Vissers & Jansen. Het is ambacht voor ons geworden na al deze jaren.

Waar willen jullie naartoe met het album? Willen jullie gaan optreden?

Stijn: We hebben als Vissers & Jansen en in voorgaande samenwerkingen al heel veel opgetreden. We speelden nog het voorprogramma van Apollo Brown & Skyzoo en stonden met onze Vissers & Jansen XL variant onder naam van 'Countryboys Movement' op de Zwarte Cross in 2014. Dit was met drums, bas, gitaar en blazer. Als Lowlands of Paradiso belt, nemen we ze gewoon weer mee! 

Jip: De Zwarte Cross was wel kicken. We vinden spelen hoe dan ook tof, en als dit kan op hiphop friendly avonden dan graag. The sky is the limit wat ons betreft, maar we beginnen met voorprogramma’s. We doen nu veel gigs in de lokale (rock)scene en vallen meestal goed in deze kringen, al is dit wel hard werken voor niet onze doelgroep. Dus als we kunnen uitbreiden naar andere groepen, dan gaan we daarvoor.

Stijn: Ja, het is het leukste als onze muziek gewaardeerd wordt en op waarde wordt geschat. Dus we willen graag spelen in de juiste omgeving waar mensen het kunnen waarderen. Dat is wel even goed zoeken in deze tijd en vooral in deze kant van het land.

Jip: We hebben hier dus een gevestigde rockscene. Dat is het publiek waar we vaak voor optreden als we in de Achterhoek spelen. Gemiddeld hebben we meer buiten dan binnen de Achterhoek gespeeld. We maken er altijd een toffe avond van en mensen kunnen het waarderen. Maar het liefst willen we spelen voor publiek dat echt van hiphop houdt, daarin willen we natuurlijk zo ver mogelijk komen. We verwachten er ook niet te veel van. Heel eerlijk: wat ik het liefste doe is deze tracks maken. Over elk wissewasje ons hoofd breken, en ook lol maken. En als er dan zo'n product uitkomt dan is dat top, als we kunnen optreden, subliem.

Vissers & Jansen op de Dag van de Achterhoekse Popmuziek 2018

Wat mist deze kant van het land voor jullie?

Jip: Handreikingen. We komen vaak uit bij de ‘info@’ van mailadressen. En er is hier verder weinig infrastructuur. We hebben wel Behind The Corner hier zitten, die goed werk doen en aandacht hebben voor de Achterhoekse popscene. Maar daar heb je het al, als hiphop-duo val je vaak toch buiten die popscene. Maar juist Behind The Corner heeft ook aandacht voor (onze) hiphop, dus een grote shoutout naar hen wel.

Stijn: We proberen wel zelf wat aan scene building te doen, maar niet per se met de Achterhoek of Winterswijk als basis. We krijgen op Instagram veel respons op ‘Countryboys’ vanuit het land. Mensen die zich niet in stedelijke gebieden bevinden, maar wel van hiphop houden en de identiteit en het idee achter Countryboys tof vinden. En dat vinden wij dan weer heel tof, dat je vanuit een hoekje van het land iets maakt waar mensen all over zich mee kunnen identificeren.