De eerste keer dat ik Roosbeef live zag was in 2005 tijdens de finale van Kaf en Koren. Toen vond ik Roos een interessant persoon die middelmatige Engelstalige liedjes vertolkte. Alleen dat ene Nederlandstalige liedje, dát was heel goed. In hetzelfde jaar won Roosbeef de Grote Prijs van Nederland en bracht Roos bij mij de Lowlands Krant rond, maar dat doet er even niet toe. Vier jaar later is er een hernieuwde confrontatie met Roos Rebergen en haar van oorsprong Duivense band in Doornroosje. Veel is er veranderd. Roosbeef heeft een goed ontvangen en fascinerend Nederlandstalig album uitgebracht (Goh, wat was ik blij!), krijgt door de pers emmers met lof over haar heen en ik mag nu openlijk mijn mening over Roosbeef verkondigen. Daar heb ik vier jaar op zitten wachten.
Maar we beginnen zoals elke avond met het voorprogramma; ditmaal verzorgd door Het Zesde Metaal uit Antwerpen. Deze Belgen zingen in het West Vlaams, hetzelfde dialect waarin ook Flip Kowlier zingt. Maar waar Flip een feestbeest is, is Het Zesde Metaal ingetogen en een ‘slow starter’. Het duurt even voordat hun optreden op gang komt. Het oplopende tempo neemt het publiek meer en meer in bezit. Met de tijd wordt het publiek minder stijf en gaan de heupjes los. Dat neemt niet weg dat Het Zesde Metaal niet echt wil of kan vlammen. Het overtreffende laatste stapje blijft uit. Het blijft inspiratieloze zomeravondmuziek voor boeren (vanwege het zingen in dialect). Wel maakt de humor en de grappige anekdotes van frontman Wannes Capelle veel goed. Ook het begin is onvergetelijk, tenminste voor mij. Lua van Bright Eyes in het West-Vlaams is in één woord briljant!
Gelijk vanaf het begin zorgt Roosbeef voor een visueel conflict. De hondjes waarmee het podium gedecoreerd is, zijn een leuke verwijzing naar het album Ze Willen Wel Je Hond Aaien, Maar Niet Met Je Praten. Echter, die broek met glitterbloemen van Roos Rebergen doet pijn aan mijn ogen en mijn zin voor esthetiek. De broek is wel symboliek voor het gehele optreden. Roos is zo’n opvallend en dominant persoon op het podium dat je bijna vergeet dat er nog een band naast staat. Hoewel de band Roosbeef perfect op elkaar ingespeeld is en een grootse show neerzetten, ontkom ik niet aan het gevoel dat Roosbeef niet meer is dan een twintigjarig meisje met een grote bos rood haar. De band valt en staat met de kuren van Roos. Zij is de grote kracht en het grootste manko van de band Roosbeef. Zij is diegene die het publiek betovert, vermaakt en aan het lachen brengt. En zij is het die de mensen willen zien. Zij schrijft die fantastische popliedjes met een diepgang, afwisseling en structuur om je vingers erbij af te likken.
Een recensie van een optreden van Roosbeef moet daarom een aparte alinea vrijhouden voor het optreden van Roos zelf. Tijdens het gehele optreden heb ik een vies smaakje in mijn mond. Ook ik ben Onder Invloed van Roos maar er is iets dat mij het gehele optreden lang stoort. Het is de veelduidige manier waarop Roos zich op het podium presenteert. Aan de ene kant presenteert zij zich misplaatst als het verleidelijke meisje met het doorzichtige rode bloesje, haar licht hijgerige zang en de subtiele lichaamsbewegingen met onder andere heupje wiegen en door de knieën gaan. Tussen de nummers in is zij echter het schattige en ondeugende meisje over wiens kopje je alleen maar wil aaien en die vol grappige opmerkingen zit (“En dan zijn we nu aangekomen bij het laatste liedje. Daar kan ik veel over vertellen.... maar dat doe ik lekker niet”). Maar de Roos van de persoonlijke liedjes, zoals Boerderij en Boerderij Deel II, die krijgen wij niet te zien. Zou die überhaupt bestaan?
Een perfect en groots Roosbeef met een vies bijsmaakje
Wil de echte Roos Rebergen opstaan?
Hoewel de van oorsprong Duivense band Roosbeef in Doornroosje een meeslepend optreden wist neer te zetten, stal frontvrouw Roos Rebergen de show. Daarbij bleef het gissen wie zij werkelijk is. Voorprogramma Het Zesde Metaal maakte indruk met materiaal van vreemde bodem.