Net als Duke Garwood, die vanavond als tweede artiest zal optreden, is ook de van Dans Dans bekende bassist Fred ‘Lyenn’ Jaques, een van Mark Lanegan’s bandleden. Hij heeft voor de gelegenheid zijn naam ingekort tot Lyenn. Hij brengt een fraaie, ingetogen singer-songwriter set, die nog het best te vergelijken is met het Naked Song-optreden van de Osse troubadour Robin Borneman. Absoluut prijsnummer in zijn set is het op een achtsnarige bouzouki gespeelde ‘Sometimes’.
“King of the collab”, zo omschreef de BBC Mark Lanegan onlangs toen hij het Britse Glastonbury aandeed tijdens zijn huidige Gargoyle-toernee. Het zal dan ook niet verbazen dat de huidige line-up van de Mark Lanegan Band bestaat uit muzikanten die hij tijdens zijn vele samenwerkingen ontmoet heeft. De twee meest in het oog springende bandleden vanavond zijn Duke Garwood, met wie hij het prachtalbum ‘Black Pudding’ maakte en stergitarist Jeff Fielder, die hij tijdens zijn Hawk-toernee met de Schotse Isobel Campbell (wiens muze het stoere grunge-icoon uit Seattle lange tijd was) leerde kennen.
Lyenn
Duke Garwood
Bij Duke Garwood is het compleet andere koek. Slechts geflankeerd door een drummer die zijn sporen zo te horen vooral in de jazzwereld verdiend heeft, betreedt hij het podium. In het kleine halfuur dat volgt, schuwt de Brit het experiment niet en lijkt hij de klankkast van zijn Harmony Rocket hollow body-gitaar vooral te gebruiken om de feedbackgeluiden nog meer te accentueren. Garwood is duidelijk een muzikale rebel. Eentje die met verrassend spel en dwarse ritmes zijn publiek graag op het verkeerde been zet.
Mark Lanegan Band
Maar het wachten was natuurlijk op Mark Lanegan, wiens schuurpapieren stembanden bij voorbaat al tot de verbeelding spreken. En die stem eist ook vanavond weer vanaf de eerste seconde een hoofdrol op in het ongemeen strak gespeelde ‘Death’s Head Tattoo’. Dat de drummer duidelijk ondersteund wordt door een drumcomputer, doet geen afbreuk aan het strakke spel van de band. En het past wel bij de experimenteerdrift van Lanegan; ook verderop in de set wordt de drumcomputer gebruikt in het heerlijk poppy ‘Beehive’. Lanegan is, zoals gedurende de set en ook op zijn meest recente album ‘Gargoyle’ blijkt, niet vies van elektronische ritmes en synthesizers. Dat alles wordt overigens wel op zéér subtiele wijze ingezet. Misschien wel het fraaiste voorbeeld hiervan is het gedragen ‘No Bells on Sunday’. Een song waarin Lanegan, verrassend genoeg, de hogere regionen van zijn stem gebruikt.
Het is vanavond niet alleen de diepe stem van Mark Lanegan die een hoofdrol opeist en die Pitchfork-recensent Saby Reyes-Kulkarni omschreef als “as if [he is] stuck in an eternal Leonard Cohen afterworld”. Ook zijn band is lekker op dreef en dan met name gitarist Jeff Fielder die het gruizige stemgeluid van Lanegan heerlijk weet te omlijsten met dwarse gitaarerupties en lekker losse solo’s.
Qua songmateriaal zijn er vanavond overigens niet écht verrassingen, of het moeten The Twilight Singers-cover ‘Deepest Shade’ en de van Joy Division bekende toegift ‘Atmosphere’ zijn. Wat de Mark Lanegan Band echter als geen andere band weet te doen is het publiek onderdompelen in een heerlijk donker-romantisch klanktapijt. Dit is “rock noir” pur sang!
Gezien: Lyenn, Duke Garwood en Mark Lanegan Band, op 1 juli, in de Effenaar.