Folk en roots zijn doorgaans enigszins voorspelbare genres. Genres die grotendeels bevolkt worden door mannen op leeftijd met een akoestische gitaar. Niet voor niets verkondigt de zingende protagonist in de film ‘Inside Llewyn Davis’: “If it was never new, and it never gets old, then it’s a folk song.” Of dat per definitie waar is valt te betwijfelen maar de uitspraak geldt zeker voor ‘Dorset Moon’, het album waarmee Van Meurs zich weer op bekend folkterrein begeeft. The Watchman blijft namelijk The Watchman dus ook op dit album niets nieuws onder de Amerikaanse zon. Wel lijkt Van Meurs alles wat rustiger aan te doen dan voorheen.
“While I’m smiling through my younger years, I start to realize… I like it, when life is small”, zingt Van Meurs in ‘Dinosaurs And Stars’. De strekking van ‘Dorset Moon’ in een enkele zin. Na een lastige periode kijkt de zanger terug op zijn leven en gaat daarbij geheel terug naar de basis. Drums en basgitaar ontbreken op ‘Dorset Moon’, waarmee het album een strikte ‘family affair’ geworden is. Ad van Meurs, zijn onafscheidelijke Ankie Keultjes en zoon Dylan Adrian, verder niets. Het gemis van een ritmesectie wordt echter nergens gevoeld. Het samenspel van Van Meurs & Zn. op gitaar zorgt op het complete album voor een vol, warm geluid. Nergens te veel, maar vooral niets te weinig.
In zijn typische, ietwat lijzige voordracht neemt Van Meurs de luisteraar mee op een trip door zijn leven. Teksten over relatieproblemen van de kinderen en de moeilijke rol als ouder, avonden in Dorset, dronken conversaties en het Heilige Vuur van de Rock & Roll geven een mooie inkijk in de belevingswereld van de introspectieve zanger. Dat doet hij in mooie, kleine nummers als ‘Sprinkles And Milk’, titelnummer ‘Dorset Moon’, ‘Time To Travel’, ‘Dinosaurs And Stars’ en de geweldig uitgevoerde cover ‘Columbus Stockade’.