Albumrecensie: Selim Lemouchi & His Enemies – Earth Air Spirit Water Fire

Alles vloeit, ook de geniale terugkeer van Selim Lemouchi in het muzikale landschap

Guido Segers ,

We schreven over het eerste concert, we spraken met Selim Lemouchi over het album en het pad ernaartoe, maar ook het product zelf dient natuurlijk besproken te worden. Onderdeel van het totaal is ‘Earth Air Spirit Water Fire’ dan ook zeker. Een complex meesterwerk dat luistert als één vloeiende muzikale beweging. De cover laat al gissen naar betekenis en inhoud. Deze gaat niet snel vervelen.

De plaat opent kalm met het geluid van vogeltjes, net zolang totdat er een toespraak begint. Het is een helse toespraak, uit de controversiële film ‘Coonskin’ uit 1975 van Ralph Bakshi. Na ongeveer anderhalve minuut rijst de muziek op en traag maar statig ebben de gitaarklanken voort. De tekst en zang, voorzien door Farida en Selim Lemouchi, zijn beklemmend. Op de achtergrond klinkt gezang dat na verloop van het nummer even verstikkend werkt als de tekst. Zoals de titel, wat een woord is voor de verdeling van donker en lichte tinten in een schilderij, voelt het nummer als een continue zoeken naar balans tussen verstikken en loslaten op de trage muziek. Ook deze scheert omhoog om weer hard neer te storten, steeds weer.

Langzaam gaan de elementen uit het nummer van een bundeling weer één voor één los tot er niets over is. ‘Next Stop, Universe B.’ volgt met een drammerig baslijntje en gitaarwerk dat heerlijk los gaat. De tekst gaat over het openen en naar buiten treden,iets wat Lemouchi ook nadrukkelijk als kenmerk van de plaat aangaf. Terwijl de structuur van het nummer telkens een stukje optrekt en bijna ongemerkt verandert, zingt Lemouchi over gevaren die op de loer liggen daarbuiten. Het nummer voelt dromerig, alsof het telkens net lijkt te ontsnappen, maar ook bombastisch, zoals aarde en lucht. Een bijzondere gewaarwording die samensmelt tot enkele heldere tonen, die ‘The Ghost Of Valentine’ inluiden. 
 
Het nummer doet aan als een postrock-song met een langgerekte toon die uitgerekt wordt gedurende net geen zeven minuten. Kille klanken worden toegevoegd terwijl het nummer traag voortvloeit. Zacht en dan weer scherp, bijna pijnlijk, tot weer enkel de stilte overblijft. Hieruit komt het kabbelende geluid van ‘Deep Dark Waters’ snel voort. Het geluid zwelt plots aan met ingetogen zang, precies zoals het zou moeten. Dat is kenmerkend voor de plaat, alles vloeit en lijkt op natuurlijke wijze het juiste pad te vinden. Waar de band uit lijkt te schieten, vindt het geluid vanzelf weer zijn grenzen. Langzaam, maar zeker, zakt de luisteraar weg in de diepe, duistere wateren, die in de vorm van misère bezongen worden. Wellicht zijn de woorden autobiografisch, een deel van het pad dat Lemouchi aflegde naar deze plaat, met deze vijf nummers. De antagonist van het nummer wil ontsnappen aan de diepte, maar die voelt erg prettig. Dan zakt het nummer even weg tot een zoet gitaarspel, vrijgelaten en onbesuisd. Plots splijt het water met een iele gitaarhaal en een uitbarsting van de drums en gaat het even los. Ook hier weer een stil einde tot slot.

‘Molasses’ begint met een paar drumslagen en neemt geen tijd om op te bouwen en spat meteen open. Gelaagd en complex dwarrelt de muziek door de ruimte, met een kosmisch gevoel mag gezegd worden. Na drie minuten verandert het nummer in kalmte, waarover Farida Lemouchi haar unieke stemgeluid ten gehore brengt. Deze fase van het nummer voelt meeslepend, hypnotiserend en bijzonder aangenaam. Het warme gitaargeluid heeft daar veel mee van doen, dat vervolgens minutenlang in alle gemak opbouwt tot een korte ontploffing, een stroomversnelling en weer later een val en een krachtige draaikolk. Hoewel melasse een bijproduct is, voelt dit nummer als een finale, niet groots of bombastisch, maar als de rivier die vijf nummers lang zijn weg vindt naar de zee.