Op de stormachtige zaterdag is het aan Speakeasy om de dag te openen. Met een muziekje dat regelrecht uit de Efteling lijkt te komen, treden de jongens het podium op. Gepaard met een flinke dosis energie rocken de jongemannen het publiek wakker. De band heeft goed gekeken naar rock uit de jaren 80, het volume van AC/DC, facepaint als Bowie en de danspasjes van Axl Rose, het komt allemaal voorbij. Dan kan een nummer met de titel ‘Sex, Drugs and Rock and Roll’ uiteraard niet ontbreken. De energie van het hele optreden ligt echter zo hoog dat SpeakEasy soms wat te schreeuwerig overkomt.
Net als vorig jaar laat het weer op Schollenpop te wensen over. Gelukkig hoeft er geen podium gesloten te worden dit jaar, maar mede door de buien die komen lijkt het festivalterrein iets leger dan normaal. De die-hards die er wel bij zijn kunnen genieten van een keur aan acts dat het festival ons biedt. Wij van 3voor12 Den Haag doen verslag.
Nieuw deze editie van Schollenpop is de tent waarin het tweede podium zich verschuilt. Een fijne plek om te schuilen en dat is dan ook precies wat men doen wanneer er een bui over het strand trekt. Dat Stoorzender toevallig op dat moment optreedt, neemt iedereen voor lief. De rapper heeft meerdere odes aan ‘ons stadje’ Den Haag, maar weet de mensen niet aan zich te binden. Zodra de bui voorbij is en de zon zich laat zien, sluipt het overgrote deel van het publiek ook weer de tent uit.
Op naar de Afterpartees dan maar. Het schema loopt inmiddels een kwartier uit dus de mannen moeten een paar nummers uit hun set schrappen. Maar dat weerhoudt de band er niet van om alles te geven. Frontman Niek Nellen springt zelfs het publiek in om iedereen even persoonlijk te bedanken voor hun komst. Iedereen een handje geven als er maar twintig man staat is niet heel veel werk natuurlijk.
Die vrolijkheid van Afterpartees kunnen we helaas niet lang vasthouden als we ons weer naar de tent snellen voor de Ready to play band Code 69. Even schakelen want dit is wat steviger materiaal. De band moet op gang komen maar de grove gitaren zijn een aangename toevoeging op de line-up van vandaag. De stem van de leadzanger laat wel wat te wensen over, niet altijd even zuiver en de uitspraak kan beter. Code 69 biedt wederom schutting tijdens de regen.
Alsof Code 69 een opwarmer is geweest gaan we door naar For I Am King. Een metal band voor Schollenpopgangers die het al twee jaar zonder metal stage moeten doen. Alma Alizadehoogt oogt misschien schattig maar grunt met gemak heel het publiek bij elkaar. Zoals het echte metalfans betaamt onstaat er zelfs in het zand een moshpit.
Na al het geheadbang kunnen we weer even aarden bij Ava Nova. Een groot contrast maar daardoor niet minder fijn. De wind is vrij koud maar binnen bij de Haagse all-star band kunnen we weer even warm dansen. Ava Nova maakt pure popmuziek, chill, dansbaar zelfs tijdens het sentimentele Gold. Ava oogt soms nog wat onwennig op het podium, vooral als je luistert naar de zelfverzekerde teksten die ze soms zingt.
Na dit debuterende bandje is het tijd voor een stukje rockgeschiedenis met Claw Boys Claw. Ook tijdens dit optreden springt frontman Peter te Bos het publiek in om vervolgens met zand naar het publiek te gooien, eenmaal weer op het podium, wordt er ook bier het publiek ingeslingerd. Op deze set is verder niks aan te merken, de band bestaat al sinds de jaren '80 en dat is hoorbaar. Pure klasse.
Nog meer rock vinden we vervolgens in de tent bij Mau! Veel gitaren en goede melodieen maar ook met een hoog coverband gehalte. Deze band mist vooral uniekheid en charisma. Ze zingen ‘Let me take your Rock and Roll’, hoogstwaarschijnlijk omdat ze die zelf kwijt zijn.
Dan maar weer terug de kou in voor The Cool Quest. De band begint heel vrolijk en doet denken aan een Chef' Special maar met meer invloeden van Hiphop, Pop en Funk. De groep lijkt te leven volgens het credo 'beter goed gejat dan slecht bedacht.' want er worden meerdere covers gedaan, maar dat gaat er bij het publiek wel goed in. Echte overtuigingskracht mist wel bij de Zwollenaren maar dat deert niet echt. Waarbij sommige bands hun sets moesten inkorten gaat The Cool Quest gerust langer door, maar dat mag niet baten het is koud en de groep laat je weer even warm dansen.
De vier jonge bandleden van No Justice wachten geduldig op het tentpodium omdat The Cool Quest van geen ophouden weet. Tien minuten later mogen ze eindelijk beginnen. Ouders en bekenden knikken enthousiast mee. No Justice wint op enthousiasme. In tegenstelling tot de geoliede show van The Cool Quest die hetzelfde riedeltje al honderd keer hebben afgedraaid, staan hier gasten die misschien op muzikaal gebied nog wat te leren hebben, maar die dankbaar zijn en het spannend vinden om hier te zijn. Het viertal komt er per nummer meer in en mag als toegift zelfs nog een nummer in de herhaling gooien.
Buiten mag de enige niet-Nederlandse band van dit festival (als we Afterpartees niet meetellen) spelen terwijl de zon in de zee zakt, altijd een bijzonder moment op Schollenpop. The Boxer Rebellion was een paar jaar geleden even hip, en bracht onlangs nieuwe plaat Ghost Alive uit. Op het strand is het vandaag nog niet zo druk geweest, wat zeker niet betekent dat het vol staat. De vier heren, met allemaal een zonnebril op het gelaat, openen met het kalme ‘What The Fuck’ waarna langzaam het tempo in de set komt. Echt knallen wil het echter niet. The Boxer Rebellion maakt mooie luisterliedjes die vandaag de aandacht van het Scheveningse publiek niet echt kunnen trekken. Pas tegen het einde van de set, bij het up-tempo ‘Always’, begint het optreden te leven. Het daaropvolgende ‘Here I Am’, afkomstig van het nieuwe album, heeft alle ingrediënten van een langzaam opbouwend stadionnummer en zou zo op een album van Imagine Dragons kunnen staan. Zo laat The Boxer Rebellion op de valreep een goede indruk achter, met het idee dat dit optreden perfect was geweest als de zon had geschenen en we het liggend op een handdoekje of met onze voeten in de zee hadden kunnen meemaken.
Het podium in de tent wordt afgesloten door La Bomba, een driekoppige rockband met Maroen Franse (eigenaar van tatoeageshop Fearless, tevens sponsor van het festival) in de gelederen. Het feit dat de zaak van de gitarist/zanger het festival sponsort lijkt de voornaamste reden dat deze band hier geboekt is, want muzikaal is het verre van interessant. De muziek stuwt voort als een stokoude stoomwals met four tot he floor drumbeats en een scala aan, enigszins achterhaalde, gitaarriffs als enige wapenfeit. Toegegeven, de gitaarsound is een van de betere die we dit festival hebben gehoord en vooral Franse en bassist Dave Bordeaux (die overigens in bewegingen en uiterlijk wat weg heeft van Bill Nighy’s personage Billy Mack in de film ‘Love Actually’) hebben hun instrument meer dan goed onder de knie, maar als de liedjes niet goed zijn zijn dit allemaal randzaken.
Het storendste is dat de band zichzelf ontzettend serieus lijkt te nemen (zonnebril op terwijl het donker is én je binnen speelt, moeilijk kijken, etc.), op deze manier lijkt elke vorm van spontaniteit en losheid overboord gegooid en ingeruild voor misplaatste overmoed. Af en toe lijkt er een herkenningsmomentje te zitten in de muziek, maar meestal komt dit omdat de nummers van de band lijken op bestaande nummers; “Is dit een cover van ‘Sympathy For The Devil’ met een lalala-refreintje?” horen we iemand zeggen. Nee, La Bomba overtuigt geenszins, maar een deel van het publiek lijkt het wel naar zijn zin te hebben en daar draait het uiteindelijk om.
In het niemandsland tussen De Jeugd van Tegenwoordig en Die Antwoord ligt het Rotterdam van De Likt. Aanvankelijk is een boeking van de act op een festival iets waar de gemiddelde persoon niet van opkijkt, ze staan immers op élk festival van Joure tot Maastricht. Iedere keer dat De Likt op een affiche verschijnt is de initiële reactie ook: “Moeten we daar wel heen gaan?” en iedere keer is het juist de herkenbaarheid die van een De Likt-show een absoluut festivalhoogtepunt maakt. Alles wat de band (lees: frontman Simon/Jordy) doet is al gedaan, van het crowdsurfend gedichten voordragen tot het op de schouders van zijn broer een lied zingen. Toch verveelt het geen seconde. Muzikaal zit het ook enorm goed in elkaar. De raps zijn schreeuwerig en toch goed verstaanbaar, de beats en liveband zijn ijzersterk en er mag zeker even stilgestaan worden bij back-uprappers Afronaut en Paparasta die het vocaal bijstaan van de frontman tot een nieuw niveau tillen. Even wordt de vaart uit de set gehaald omdat ‘Cocaine Cowboy’ wordt gespeeld met gastartiesten Barend Lippens en Vladimir Stevic, maar daarna wordt er weer keihard doorgebeukt. Wat ook opvalt is dat het ten opzichte van vorig jaar extreem rustig is op het terrein. Dit is voor Jordy geen issue, hij geeft evenveel als dat hij doet op een groot festival en het publiek neemt hem dat in dank af. Na een toegift van de Rotterdammers mag de jonge DJ Trobi het festival afsluiten met een dansbare set en daarna is het klaar. Schollenpop lijkt altijd de pech te hebben van slecht weer, toch weet de organisatie er ieder jaar weer het beste van te maken. Uiteindelijk is het een gezellig feestje op het strand en zit iedereen tot aan zijn ellebogen in het plezier.